Baloji (die op zijn website heel duidelijk stelt hem niet te verwarren met fotograaf Sammy Baloji) is een bijzonder veelzijdig kunstenaar die met Augure nu ook een eerste langspeelfilm aflevert en dat meteen verzilvert door de Belgische inzending te zijn geworden voor de Oscars in 2024. In zijn debuut verkent Baloji problematieken rond identiteit en vooral hoe bepaalde Afrikaanse – in casu Congolese – tradities een bijzonder moeilijke hybride relatie zijn aangegaan met de erfenis van het implementeren van meer rigide Europese systemen tijdens het koloniale tijdperk.
Om die ideeën te verkennen, bedient de regisseur zich van een beeldtaal die ontstaan lijkt uit een droom en die het midden houdt tussen brutaal-realistisch en poëtisch-surrealistisch. Van bij de intrigerende ouverture waarin een vrouw uit de woestijn opdoemt en een paarse moedermelk uit haar borst in een poel laat lopen, is dit een film die een sterke visuele signatuur verraadt en die ook blijft volhouden.
De wereld die de protagonist binnenstapt samen met zijn blanke Brusselse vriendin, is die van zijn ouderlijke herkomst, maar ook een wereld die hij zelf nooit gekend heeft aangezien hij naar een oom in Europa gestuurd werd omdat er gevreesd werd voor zijn veiligheid: een geboortevlek werd gezien als een merkteken van hekserij. De film kijkt vervolgens naar de manier waarop die traditie nieuwe gewelddadige vormen aannam in het koloniaal en postkoloniaal tijdperk, terwijl de traditionele invulling van dat concept eigenlijk niks met wraak en geweld te maken had (zelfs de betekenis van de uitdrukking veranderde nadat het gebruik vervlochten raakte met systemen die helemaal vreemd waren aan de origine ervan). Ook het hoofdpersonage zelf maakt deel uit van die hybriditeit en worstelt duidelijk om een balans te vinden tussen respect voor de cultuur van zijn familie, scepsis en geloof.
Om de kijker deelgenoot te maken van die twijfels wordt die ook zelf ondergedompeld in een even verwarrende als ongrijpbare wereld. Augure weigert resoluut om hapklare antwoorden te bieden en de keuze om de kijker zo weinig mogelijk echt houvast te bieden, werkt zeker in het voordeel van de film. De caleidoscoop aan explosieve kleurvlakken en delirante vormen, is immers veel meer dan enkel mooifilmerij en maakt wel degelijk deel uit van het inhoudelijke en thematische concept van dit geslaagde debuut. Dat is zeker geen toeval, aangezien ‘synesthesie’ (het mengen van verschillende zintuiglijke ervaringen in kunst waarbij het ene zintuig het andere oproept) ook in andere media waarin Baloji werkzaam is, vaak aan bod komt.