“The world loves us and is our bitch”, klonk het bij Mclusky in de gelijknamige song op Mclusky Do Dallas uit het verre 2002. Die wereld is veel veranderd sindsdien, maar Mclusky is, ondanks die wereld, Mclusky gebleven. Met The World Is Still Here And So Are We bewijst de onnavolgbare Welshe band dat tijd een relatief begrip is, en de wereld nog altijd Mclusky’s “bitch”.
Op vele vlakken kwam de comeback, als het al die term verdient, niet uit de lucht gevallen. Stichtend lid en zanger-gitarist Andrew Falkous (ondertussen net de vijftig voorbij) speelde al jaren met het geduld van de fans, en raakte daarmee weg zoals alleen een man die bijtend sarcasme en gewelddadige humor tot een absurdistische kunstvorm verhief dat kan. The World Is Still Here And So Are We doet zo meteen vergeten dat er een gat van eenentwintig jaar sinds de vorige Mclusky-release, The Difference Between You And Me Is That I’m Not On Fire, gaapt.
Dat op zich zou al straf genoeg zijn, maar Mclusky zou Mclusky niet zijn als de band dat niet deed met de swagger van intellectuele hooligans wiens ploeg de laatste jaren niet al te deftig meer presteert. “The World Is Still Our Bitch” had ook gekund en gemogen als albumtitel, zeg maar. Iets meer dan een halfuur lang brult, krijst, fluistert, schatert, stottert en spuwt de band tegen alles wat scheef zit aan de wereld, en alsof het gisteren nog 2005 was doet het trio dat met dezelfde eloquente ongein die de vorige drie platen kruidde.
Opener “The Unpopular Parts Of A Pig”, de single die al enkele jaren de ronde doet, is duidelijk gestoeld op die eeuwige banger “Lightsabre Cocksucking Blues”. “I close my grip, I mean my sighs”, maakt Falkous zich druk over de alledaagse platte zever om zich heen, “Then patronise my hurt inside a rib lesion”. Om zijn pijn kracht bij te zetten maken gitaren en drums een heerlijk potje teringherrie zoals dat Mclusky betaamt.
In nerveuze bedoening “The Way Of The Exploding Dickhead” zitten onbehaaglijke gitaren die migraine kunnen uitlokken. Da’s een compliment, in dit geval. Elders, bijvoorbeeld in “The Competent Horse Thief” of “The Digger You Deep” zijn de gitaren net iets vunziger dan strikt genomen nodig. Opnieuw: compliment. “Chekhov’s Guns” (vette knipoog naar het literaire principe: Falkous mag dan een nar zijn, hij leest ook al eens een boek) klinkt als de foute neefjes van Beastie Boys die te lang bleven toogfilosoferen met een pseudo-intellectueel in een gore pub.
Mclusky kan het natuurlijk even goed anders. “Not All Steeplejacks” en “Hate The Polis” hebben de relatieve rust van een song als “Fuck This Band” (Mclusky Does Dallas). Hier gebruikt Falkous een stem die minzaam genoeg klinkt om de goegemeente bij de neus te nemen – tot de teksten vol hilarisch vitriool binnensijpelen. Dat acrobatische veelvoud aan (stem)geluiden, zonder twijfel geboren uit een middelvingerattitude, is trouwens ook nog steeds een constante bij Mclusky.
Meestal houdt het trio zijn teksten lekker cryptisch: zoek het zelf maar uit. “Kafka-Esque Novelist Franz Kafka” jakkert een eind weg op een punkrockdrumritme terwijl de zang als mitrailleurschoten de hypocrisie van roem aan flarden lijkt te knallen: “Tell me you’re famous without being famous / … / Tell me you’re Banksy without being Banksy”. Wie wil zal inderdaad in elke song wel een venijnige uithaal naar de maatschappij ontwaren, en Mclusky zal alles ontkennen.
The World Is Still Here And So Are We is vintage Mclusky. De plaat doet alles wat de fans mogen verwachten van een Mclusky-album, zonder in de val van de gemakzucht te trappen. Meer zelfs: met zijn eerste in eenentwintig jaar geeft Mclusky heel wat jongere noisecorebands die een zelfgenoegzame fase doormaken het nakijken. Vijftig is het nieuwe dertig!
Mclusky is live te zien in Trix op 2 oktober.