Manu Chao

Copa Dok, Gent
,
21 mei 2025

Manu Chao weet ze wel te kiezen. Vorig jaar selecteerde hij Sint-Niklaas voor een bijzondere avond, dit jaar mocht het nieuwe Copa Dok Festival zijn beide pollekes kussen dat het werd uitverkoren voor een Gentse passage. Vinnig en opzwepend als weleer werd het echter nooit.

“Hoeveel synoniemen voor ‘gezapig’ zouden er zijn”? Het schiet ons ergens halverwege het optreden van Manu Chao door het hoofd. We hebben dan al genoteerd: ‘gemoedelijk begin’ en ‘gezellig hobbelend’, en dat zegt het wel: Manu Chao is de tijd voorbij dat zijn concerten één langgerekt energiebombardement waren. Net als vorig jaar in Sint-Niklaas is dit de Ultra Acústico-tour waarbij hij enkel wordt bijgestaan door Lucky Salvadori op Argentijns-Italiaanse gitaar en Miguel Rumbao op Galicische percussie.

De sfeer is niettemin anders, location oblige. Waar vorig jaar de chique middenstand van een provinciestad was uitgetrokken, voelt dit nieuwe festival als een nog vooruitstrevendere enclave in een al zeldzaam progressieve Vlaamse vlek. Dat de organisatie bij wijze van introductie ietwat overloopt van enthousiasme en zelfbewieroking, schept het sfeertje dat we hier het tuinfeest crashen van iemand die we niet kennen. Het voelt alsof we dat ook mochten – geen zorg. 

En zo sjokt de boel op gang. Er wordt al in het begin een “proxima estacion: Esperanza” gelost, maar in tegenstelling tot 24 jaar geleden, toen dat als een dringende roep klonk, is hier van urgentie geen sprake. Een vroeg nummer houdt het erg rustig en melodieus over kletterende percussie, roept om “Libertá!” maar alweer heb je niet het gevoel dat het echt moét. Zelfs al stopt het trio nog een song verder om even “nunca!” te roepen. Wat nooit? Onduidelijk.

Chao is ondertussen 63 jaar, en kalmer dan ooit. Ook nieuwe plaat Viva Tu was vorig jaar meer het werk van een chansonnier, dan van de rocker die eind jaren tachtig met Mano Negra het patchanka-genre uitvond, en die bouillabaisse van invloeden – noem het wereldmuziek naar rock vertaald – de aardbol rond sleepte. “Me Llama Calle” zingt hij over een hoertje, maar met haar ook schouderophalend “La vida es una tombola”; een “Vrede voor Palestina” niet te na gesproken is Chao niet meer van de strijdvaardigheid.

Af en toe roept hij “Etes-vous prêt?”, en dan denk je dat er eindelijk een uitbarsting komt. Blijkt het niet meer te zijn dan een niet eens geroepen “libertá!” of een zoveelste “lalala” van dat ene nummer dat meer tot “lalala”-zingen noopt dan de gemiddelde schlager.

Moeilijk begin dus? Moeizaam, ja. Zoals gewoonlijk weeft Chao enkele nummers in elkaar tot een nieuw geheel, waarin stukken telkens weer terugkomen tot een eindpunt wordt bereikt. Dat is niet langer de triomfantelijke vierstoot van vroeger – ta-ta-ta-tá – maar een rustiger cha-cha-cha. En te pas en te onpas vliegt er een flard cover van “Pinocchio (Viaggio in groppa al tonno)” doorheen; sinds jaar en dag Chao’s feestanthem.

Het doet deugd om de blazers van L’Orchestre International du Vétex het podium op te zien wandelen, je weet wat volgt; “Mala Vida”, die ultieme hit van Mano Negra, vandaag ietwat verbouwd met onder andere een trombone-solo. Het is het startpunt voor een wedstrijdje “paraparapapapa”-zingen dat nooit echt meer zal gaan liggen. Elke keer Chao het gevoel heeft dat er nog wat energie nodig is, zet hij het nog eens in; het publiek volgt telkens gedwee.

Het hoogtepunt in al dat kabbelen zonder pieken en dalen? Ongetwijfeld “Mr. Bobby” dat een al bij al getrouwe uitvoering krijgt, een vinnig gespeeld “King Of Bongo”. En dan is het tijd voor het originele “Pinocchio”, in de versie van Fiorenzo Carpi. Chao danst alsof zijn leven er van afhangt: eens sprinkhaan, altijd sprinkhaan.

Gedaan? Natuurlijk niet. De uitgebreide bisronde is er voor de echte klassiekers, want die heeft Chao wel degelijk. “Clandestino” blijft het lijflied van elke ongelukkige die ook maar een beter leven wil, uit vierduizend kelen schalt het mee “Boliviano? Clandestino. Marihuana? Illegal!” Vandaag net iets minder indrukwekkend daarna: “Bienvenida a Tijuana”. Chao laat het niet aan zijn hart komen, steekt zijn vuisten de lucht in als heeft hij net de wereldbeker gewonnen, en meandert “El Viento” en “Por El Suelo” in. Nog eens een stukje “Pinocchio”, de blazers keren terug voor een laatste rondje Malavida-parapapa, en de zanger klopt zijn microfoon in dubbele tijd op het hart; dan toch de hartenklop waar we deze avond op wachtten.

Gedaan? Was er een avondklok om tien? Niets van. “Dankoewel, on continu!” verschijnt Chao weer op het podium, en over een mariachigitaar bezingt hij “Roberito americano”. Nog een laatste bekend nummer, want “Desaparacedio” is nog niet geweest. Het hobbelt alweer over hetzelfde bedaarde ritme. 

Het eindigt allemaal met een “Crazy Ghent!” waarvan je je afvraagt waaraan we het verdiend hebben. Chao was vanavond makker dan we hem al gezien hebben, maar ook zo bleef hij niettemin charmant. Levens veranderen, zoals hij ooit deed, lang geleden? Dat zit er niet meer in. 

 

Beeld:
Tom Leentjens

verwant

Manu Chao :: Viva Tu

De wereld rondtrekken, allemaal goed en wel. Een nieuwe...

Manu Chao

16 april 2024Het Bau-Huis, Sint-Niklaas

Morrissey wilde op de Lokerse Feesten geen paardenworst, Manu...

Manu Chao :: Bloody Border

Clandestino mag dan al 21 jaar oud zijn, het...

Interactief met Manu Chao

Lang geleden dat we nog iets van Manu Chao...

recent

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in