Sault kon de laatste jaren weinig verkeerd doen voor ons, maar eerlijk? Wij vinden niet zo gek veel aan het nieuwe album 10.
Hoe lang nog zal Sault ons geduld op de proef stellen? Hoe lang blijft geheimzinnigheid interessant? Ondertussen weet toch iedereen dat de Britse producer (van o.a. Little Simz) Inflo achter de knoppen zit en Cleo Sol de zoetgevooisde sirene is die richting geeft aan ’s mans rudimentaire muziekgolven? Waarom dan nog van die trucjes uithalen zoals de afgekorte titels? En steeds dat teasen van releasedata, zoals dat gebeurde in de aanloop naar het Paasweekend? In 2020 waren de twee Untitled albums ook als donderslagen bij heldere hemel op ons neergevallen, maar ze waren vooral een reactie op de moord op George Floyd. De manier van releasen volgde de urgentie van de muziek en verdroeg geen marketingcampagne. De woede gulpte eruit. Nu, en dat kunnen we meteen als eerste punt weggeven, spreekt er vooral géén urgentie uit 10. Een song als “H.T.T.R.” wuift lieflijk, maar dat doet een bloemenveld ook en dat kan ons ook geen half uur boeien, net zoals de tien songs op het halfuurtje dat 10 duurt. Allemaal mooie liedjes uiteraard, daar niet van, maar we zouden geen enkel nummer uit de Untitled-albums willen ruilen voor eentje van dit album.
Wat is er dan mis mee? Nou, niet veel eigenlijk. “W.A.L.” is funky als de neten en “S.O.T.H.” tapt met de flessenpercussie en Joy Division-achtige baslijn als vanouds uit verschillende vaatjes om er een zwoele cocktail van soul en gospel mee te mixen. Daarnaast wordt er op 10 zoals steeds gerefereerd aan vroegere ‘zwarte’ muziek. Opener “T.H.” rinkelt Michael Jacksongewijs zonder stoppen tot je er genoeg van hebt, en “I.L.T.S” heeft de cadans mee van Lauryn Hills “Superstar” (je kan de zinssneden “tell me your philosophy” er haast woordelijk opleggen). Het is een subtiel en fijn spel van herkenning en appreciatie.
Maar even vaak valt er ook niet zo gek veel vóór te zeggen. “P” knettert weliswaar zachtjes van de afrofunk, maar dan ook maar héél zachtjes. Waar het lappendeken van de vijf simultaan uitgebrachte albums uit 2022 ons gehoor nog vierendeelde door ons alle richtingen tegelijk uit te trekken, is het nu allemaal wel érg rustig. Waren de vroegere albums open wondes die leeggebloed moesten worden, dan is 10 het zachte velletje nadat het roofje is losgekomen. Het is de lieve kus na de val, maar dat is ook het moment waarop het interessantste deel van het verhaal al verteld is. Wat we hier krijgen zijn tien songs in de lijn van “Wildfire”, wat destijds een welgekomen rustpunt was in het gewoel, maar een heel album vol wildfires is van het goede te veel. Het klinkt allemaal hi-fi maar tegelijk ook afgelikt, bij wijlen haast van Lionel Richie-niveau. Daarnaast zijn nummers als “L.U.” met dat minimalistisch instrumentarium gewoonweg té mager.
Ook het gedweep met de religiositeit dat sinds Untitled (God) meer op het voorplan treedt doet Sault geen deugd. Voor een groep die bekend is geworden door sociale problemen aan te klagen, is God eigenlijk een vreemde partij om je naar te richten, wanneer je de wandaden die in zijn naam worden gepleegd in achting neemt. Iedereen gelooft in wat hij of zij wil, maar écht veel inspiratie had de Heilige Geest blijkbaar toen hij zinnen inblies als “One thing you should know, God is in control / We are dedicated to the Highest”. Dit stijgt niet uit boven het niveau van predikanten bij een Bijbelstandje op straat en daar lopen wij ook gewoon aan voorbij. Geloven is een kwestie van begeestering, anders werkt het niet en komen de feiten bovendrijven. En het feit is dat wij 10 zeker geen slecht album gaan noemen, maar het simpelweg minder goed vinden dan het voorgaande werk van Sault.