Nooit eerder riepen wij zo vaak "Oh komaan! Niet onnozel doen!" naar onze cd-speler als tijdens het beluisteren van de nieuwste Magnetic Fields. Nu is dat niet bepaald een band die grossiert in ernst en zwaarmoedigheid, maar een kerstplaat in disguise is er net dat kleine beetje te veel aan.
We zijn nochtans wat gewend van Stephen Merrit en zijn kompanen, die nogal eens graag een conceptplaat maken. Dat leidde onder andere tot het driedubbele meesterwerkje 69 Love Songs uit 1999, dat precies deed wat zijn naam beloofde met liefdesliedjes als "Let’s Pretend We’re Bunny Rabbits", "Love Is Like A Bottle Of Gin" en "Absolutely Cuckoo" en muzikaal alle kanten uitschoot — van Schotse folk over jazz naar country en helemaal terug naar experimenteel gefriemel; met als belangrijkste constante de smartass lyrics van Merrit. Die laatste zijn drie platen verder nog steeds aanwezig op Realism, maar met het geluid van de plaat zit het iets minder snor.
Het begint anders nog lichtjes fantastisch met het vintage Magnetic Fieldsnummer "You Must Be Out Of Your Mind": rijkelijk georkestreerd met strijkers, belletjes en vooral — zoals duidelijk in de liner notes vermeld staat — no synths, en dat overgoten met typische, wijsneuzerige Fieldsteksten als "I want you crawling back to me/Down on your knees, yeah/Like an appendectomy sans anesthesia". Waren de belletjes daar echter nog charmant, dan loopt het een paar nummers later helemaal fout: "We are havin’ a hootenanny now" zingen Stephen Merrit en vrouwenkoortje Claudio Gonson en Shirley Simms in de gelijknamige banjofolksong en als het aan hen ligt, haken we met zijn allen in en hossen we gezellig mee. Niet met ons, echter.
"Everything Is One Big Christmas Tree" gaat op eenzelfde elan verder, maar slaagt er niet eens meer in nog wat stiekeme vrolijkheid op te wekken (wat de nonsens van "Hootenanny" nog net lukte). Ligt het aan de plotse omschakeling naar het Duits ("Alles ist ein gro?er Tannenbaum"), het drammerige ritme of de carnavaleske dronkenmanssamenzang? Feit is dat visioenen van lederhosen en bierpullen opdoemen, en de skiptoets dus niet dicht genoeg binnen handbereik kan zijn.
Lijnrecht tegenover die gezellige joligheid staan de songs die de vrouwelijke helft van The Magnetic Fields voor haar rekening neemt: "Interlude", "Painted Flower" en "The Dolls’ Tea Party" zijn broze, zoeterig klinkende intermezzo’s die door de wat ijle zang en de hen omringende Merritnummers verdrinken in het totaalgeluid van de plaat. Want vergis u niet: de distortion van de gelijknamige voorganger mag dan wel ontbreken op Realism, het blijft een erg luide en volle plaat. Door zijn veelheid aan lagen en instrumenten lijkt het album bij momenten haast uit zijn voegen te barsten en dreigt al snel overdaad.
Net voor het einde van de plaat probeert "The Dada Polka" nog herinneringen op te roepen aan ons oorspronkelijke enthousiasme met nogal opzichtige, rammelende verwijzingen naar Velvet Underground en een refrein waar allerlei onbekende dansen bij te bedenken zijn ("Gyrate like a gyroscope/Collide like a kaleidoscope") maar na zoveel in roodgroene tinten gedrenkt folkamusement is het daar al veel te laat voor: wie erin slaagt tot aan dit voorlaatste nummer te blijven luisteren, mag gerust een volhouder genoemd worden.
Realism lijkt dan ook het meest op een suikerzoete taart die je onmogelijk in één keer kan opeten — een paar happen of zelfs maar wat glazuur op een vingertop zijn al genoeg voor een voldaan gevoel. Ergens blijven we hopen dat plots een persbericht opduikt waarin Merritt en de zijnen bekennen dat het allemaal maar om te lachen was, en "ziehier, dit is het échte album", maar met "Nein, vielleicht ist Alles nicht ein Traum" in gedachten vrezen we dat zulks er niet meteen in zit. Op naar nog maar eens een nieuw concept dan maar?