Hoewel het nooit lang stil is rond Simian Mobile Disco is Temporary Pleasure nog maar hun tweede album. Het telefoonboekje van het duo staat ondertussen wel vol genoeg om een indrukwekkende resem gasten achter de microfoon te laten plaatsnemen. Met wisselend succes.
We wisten al dat Simian Mobile Disco niet vies is om eens over het genreafbakenende hek te kijken. Weliswaar maakt het duo nog steeds dance, maar niet meer persé van het oncompromisloze genre zoals "Sleep Depriviation" of "Tits & Acid" op debuut Attack Decay Sustain Release. Het werk dat nu gepresenteerd wordt, maakt al meer kans om ook bij daglicht eens op de radio gedraaid te worden. Het oeuvre moet als het ware niet meer opgesloten worden in een club om tot zijn recht te komen. Er is een duidelijke verschuiving van tracks naar songs en dat komt vooral omdat nu bijna elk nummer van tekst voorzien is.
En aan die zangpartijen wordt misschien wel iets te veel aandacht besteed. James Ford rolde zijn tentakels tot ver buiten de dance scene uit: vorig jaar verscheen er al Sample And Hold, waarbij bevriende dj’s het debuut van SMD remixten. Ford deed de laatste jaren ook productiewerk voor schoon volk als Klaxons, The Arctic Monkeys en The Last Shadow Puppets. Tel dat op en je komt aan heel wat Facebookvrienden. Op drie nummers na, waaronder het fijne en uit bliepjes opgebouwde "10000 Horses Can’t Be Wrong", worden op alle nummers guest vocals toegelaten.
Die gasten zijn niet van de minsten. In de single "Audacity Of Huge" bijvoorbeeld maakt Chris Keating (Yeasayer) zijn opwachting. Het nummer zelf is in het beste (of slechtste?) geval een geestige guilty pleasure. En kijk: we betrappen onszelf op de ziekte die deze plaat met zich meebrengt: de namen zijn schijnbaar belangrijker dan de songs. Neem nu "Off The Map" of "Bad Blood", zonder de bijdragen van Jamie Lidell en Alexis Taylor (Hot Chip) zouden ze waarschijnlijk bij het afval beland zijn.
Overdaad leidt dus helaas tot middelmaat. Maar niet alle samenwerkingen op Temporary Pleasure zijn een teleurstelling. Ook als SMD wat strenger was geweest zou het erg eighties ruikende "Cruel Intentions" met Beth Ditto van Gossip en "Turn Up The Dial", wanneer Young Fathers aan betere perioden van N.E.R.D doet denken, moeiteloos tot de selectie behoren. "Cream Dream", waarin Super Furry Animal Gruff Rhys de grote falsetto doet, krijgt het voordeel van de twijfel.
Temporary Pleasure is dus geen danceplaat geworden met waardige opvolgers voor "Hustler" of "It’s The Beat". Het legertje bekende gastzangers zal misschien wel enkele nieuwsgierige indiefans over de streep lokken, maar of die blijven, is maar zeer de vraag. Al is het waarschijnlijk een open doel waar meer recensenten in trappen; de titel verklapt hier perfect wat je mag verwachten: leuk, maar onwaarschijnlijk dat hier volgend jaar nog veel over gepraat wordt.