Duizend jaar geleden voeren de Noord-Europeanen zuidwaarts om hun zwaard in onze maag te splitsen. Van recentere datum zijn hun doe-het-zelf boekenkasten en — bij Thor! — hun vrouwelijke singer-songwriters. Naast haar twee vorige pareltjes zal ook Hanne Hukkelbergs Blood from a stone niet misstaan in de Scandinavische sectie van uw (doe-het-zelf) cd-kast.
Blood from a stone is de derde van Hanne Hukkelberg. Zowel op Little Things als Rykstrasse 68 stonden zeer gesmaakte winterprikjes, die prachtige ijsbloemen op de vensters van je ziel tekenden. Herinner u “Two words and a piece of paper”, “Ticking bomb” en de fantastische Pixies-cover “Break my body”. Inspiratie voor haar meest recente album zocht Hukkelberg op Senja, hét trolleneiland bij uitstek, zo'n 300 kilometer ten noorden van de poolcirkel. Het resultaat is zeker geen demonisch gedrocht, maar een poolwind die je pal in het gezicht blaast. Gitaren krijgen deze keer een prominente rol toebedeeld. Maar vrees niet, de Noorse musiceert nog steeds met vlaggenstokken, treindeuren, klompen, meeuwen, keukengereedschap, schoolbanken en diepvriezers. En zonder drumstel.
Opener “Midnight sun dream” baadt in het onaardse licht dat de Noorse zomernachten overspoelt. “I'm no temptress, you can't resist”, prevelt Hanne. Je weet meteen dat ze liegt dat het kraakt. De titelsong drijft op een subpolaire bries, in de achtergrond aangewakkerd door Hukkelbergs onderkoelde klaagzang. Tijdens “No mascara tears”, weggelopen uit Japans Tin Drum, vallen de ijspegels je rond de oren. Tot Hanne je plots onder een ijsberenvel toedekt met een brugje dat Zooey Deschanel allicht koude rillingen bezorgt.
De winterequinox begint echter pas goed net na halfweg. Eerst en vooral is er “Salt of the Earth”, volgens haar website geïnspireerd op haar ervaringen bij metalband Funeral. Hukkelberg schittert in de rol van ongenadige Freya — de opper-walkure, niet de socialiste. Het begint allemaal met een onschuldig kerkorgeltje, maar plots draait haar ijle stem de thermostaat een paar graden lager. En de vorst houdt even aan. De eerste noten van “No one but yourself” slaan als een uit de kluiten gewassen hagelbui tegen je trommelvlies: “There's no one in the sky recounting our sins, forgiving our mistakes”. De gevoelstemperatuur is ondertussen ver onder het vriespunt gedaald en daar ben je ook het volgende nummer maar beter op gekleed. “In here/out there” komt als een lawine uit je boxen gejakkerd, aangedreven door een industrieel stomende beat. “Out there there's wars and battles from dusk till dawn…”
Gelukkig kunnen we ons op het einde warmen aan een sprankeltje hoop. “Crack” is van een ongehoorde, breekbare schoonheid. Als een bevroren gletsjermeer dat uitnodigt tot schaatsen, maar waarvan het ijs verraderlijk breekbaar blijkt te zijn. Daar waar de plaat opent met de middernachtzon, sluit ze af met het noorderlicht van het enige in het Noors gezongen nummer “Bygd Til By”. Prachtig, betoverend, maar evengoed mysterieus en grillig.
Blood from a stone is een donkere, directe plaat, doorspekt met echo's van Einstürzende Neubauten, Cocteau Twins, Pixies en Siouxsie and the Banshees. Luider en minder intiem dan we van Hanne Hukkelberg gewend zijn. Daar waar we vroeger vergast werden op fijne fonkelende ijskristallen, krijgen we nu een forse sneeuwbal in onze richting gegooid. Maar dan wel een van kristalheldere schoonheid.