Mark Lanegan is bij de iets oudere lezer ongetwijfeld gekend als de zanger van The Screaming Trees ("I Nearly Lost You"), terwijl het jonge volk hem ongetwijfeld herkent van zijn exploten bij Queens Of The Stone Age. Bubblegum zou daar wel eens verandering in kunnen brengen, want dit is een geniale plaat voor de 21e eeuw.
Bij de naam Mark Lanegan denken we automatisch aan zijn legendarische solo-album Whiskey for The Holy Ghost én aan een VRT-interview met Qotsa waarbij Lanegan de hele tijd voor zich uitstaarde waardoor zelfs Josh Homme zich leek af te vragen of Lanegan nog wel op deze aarde vertoefde. Lanegan heeft een indrukwekkend aantal solo-albums op zijn naam staan, maar lijkt ironisch genoeg dankzij zijn korte periode bij Qotsa terug in de schijnwerpers te staan. Bubblegum heeft echter alles in zich om een klassieker te worden en Lanegan zijn terechte plaats in de rockgeschiedenis te geven.
"Did you call for the night porter" vraagt Lanegan in "When You’re Number Is Up" met een doorrookte stem die te veel gezien heeft en te veel meegemaakt. Een gedesillusioneerde schandknaap op leeftijd die verlopen vrouwen tegen betaling dezelfde gunsten verleent waar mannen vroeger hun leven voor veil hadden. Enfin, dat is wat wij ons tenminste bij de song voorstellen. PJ Harvey gaat een eerste maal een prachtig duet aan met Lanegan in de onrustige grootstadblues van "Hit the City". Een tour de force die ze herhalen in het al even knappe "Come To Me". Een duistere liefdesballad: Bonny and Clyde revisited.
Het softere werk horen we ook terug in "Morning Glory Wine", "Wedding Dress" en het bloedmooie "One Hundred Days" waarin Lanegan zijn zware en ietwat monotone bas enkele octaven hoger laat gaan. Koude rillingen jongens en meisjes, koude rillingen. "Head" is een instantfavoriet door haar knappe keyboard en synthklanken (mede courtesy of Aldo Struyf van Millionaire) die tegen overstuurde en duidelijk verloren gelopen gitaren opboksen. Lanegan laat het niet aan zijn hart komen. "Methamphetamine Blues" is geniale blues voor de 21e eeuw en nu al een geheide klassieker voor tijdloze lijstjes.
"Like Little Willie John" is Lanegans versie van country-blues. Bezwerende en sterk mechanische drumritmes worden onder klassiek klinkende gitaren geschoven. Met kapot gezopen stem vraagt Lanegan zich af waar zijn baby is. Dat er ook gerockt mag worden, bewijzen "Can’t Come Down" en de kwaaie rocker "Driving Death Valley Blues": een Qotsa-song zonder manieren en nu al een klassieker. "Out Of Nowhere" sluit het album grandioos af.
Bubblegum van Mark Lanegan Band is een geniale plaat. De indrukwekkende schare gasten die Lanegan voor zijn band heeft weten te strikken, zegt genoeg: Josh Homme, Nick Oliveri, Chris Goss, Greg Dulli, Dean Ween, Aldo Struyf,Izzy Stradlin, Duff McKeegan en PJ Harvey om maar de bekendste te vernoemen. Of Lanegan zich nu waagt aan blues, rock ("Sideways In Reverse") of ballads, hij maakt er een klein meesterwerkje van. Zeldzaam zijn de platen waar geen valse noot op te horen valt. Bubblegum is er zo eentje. Voer voor eindejaarslijstjes dus!