Eindelijk: een plaat. Na elvendertig passages in dit land met nauwelijks één EP op zak, was het dringend tijd voor Deadletter om dat debuut af te leveren. Hamvraag: is het ook Een Plaat?
Mensen die ons niet goed gezind zijn, zeggen wel eens dat je objectief moet schrijven. Wel dan, objectief gezien is Hysterical Strength een plaat. Het is zwart, er zit middenin een gaatje, en als je de naald van de platenspeler erop legt, hoor je geluiden. Muziek? Ssst, niet zo subjectief.
Ach, hoor ons aan, lees de armzalige mening van deze mere mortal. We zagen Deadletter nu ondertussen verschillende keren optreden in varianten van ‘aan gort spelen’ – al blijven we vinden dat Werchter viés tegenviel – de kwestie is of al dat livegeweld ook op donker vinyl overeind blijft. We houden u niet in spanning, het antwoord is: ja hoor.
Natuurlijk klinkt Hysterical Strength een pak cleaner dan de vettigheid die het zestal op de planken serveert. Hier hoor je hoe hard het hoekige van Talking Heads deze band heeft gevormd, maar dan wel als David Byrne zijn teksten met een fluim en een vuil lodderoog richting publiek had gegooid, en de band al even hard uit was op ruzie. Er is geen tijd voor lolligheden, op de wat stommelende trage “Mother” na jaagt dit vooruit met de power die Deadletter ook live laat zien.
Schiet “Credit To Treason” vinnig uit de startblokken, dan is “More Heat” – geen toevallige knipoog naar debuut-EP Heat – meteen daarna proeve van kunnen: Zac Lawrence marcheert krachtig door zijn woordenstroom, het eindigt autoritair in die titel als gescandeerd directief. Wordt straks sowieso een live-favoriet, net als “Bygones”, waar we in de sax een stukje Madness vermoeden.
Moeten we trouwens over praten, die blazer, want de ondertussen vertrokken Poppy Richler is op deze plaat stiekem het hart van deze band. Nu eens hint ze op ska, dan weer krijgen we een mopje jazz, in de outro van “Relieved” ruikt het naar “Theme From Pink Panter”. Op haar eentje jaagt ze “It Flies” de coulissen uit, en je beseft dat dit nummer anders nooit had gewerkt.
Het interessante is hoe de power ondertussen bijna onzichtbaar wordt opgedreven. Hysterical Strength is een plaat die vol op het gaspedaal trapt, en daar de druk nummer na nummer verhoogt. In “It Flies” valt het voor één keer op hoe we hier wel een flink stukje meer vooruit gaan dan voordien. “The omnipresent flicker of the television set”, herhaalt Lawrence, en de saxofoon van Richler schiet er uit tevoorschijn als een duiveltje uit een doosje. Uiteindelijk vliegt ook de zanger uit de bocht, en komt er niet meer uit dan “joink joink joink joink”: klaar.
Het is een schwalbe, want nog geen halve minuut later schiet hij in het titelnummer weer recht: “hà-hààà”. Dit is een plaat die je op je qui-vive houdt. Het is een momentje, een van de vele op deze plaat vol momentjes. Sommige nummers bevatten er zelfs meerdere. “A Haunting” heeft immers niet alleen dat geweldig meeslepende “And on his shoulders is a build up” van het refrein, maar ook die donderende break “if there is a god; send a lightning bolt to me”. Easy? Ja. Aanstekelijk? Nog geen beetje.
Je kunt Lawrence sowieso niet van gemakzucht beschuldigen. Zijn met de geest van John Cooper Clarke bewasemde teksten bulken van de vinnigheid en taalrijkdom: “I’m far too vertebrate to face you with my spine”. “Practice Whilst You Preach” is een al even slimmige vondst, en muzikaal toch nog een zeldzame keer gas terugnemen. Een beetje, dan toch, want Lawrence klinkt er niet minder gejaagd op.
Deadletter heeft een debuut uit, is ondertussen een bandlid verloren. Dat laatste lost de groep wel op – saxofonisten genoeg, al zal het nooit meer hetzelfde zijn – dat eerste was hoog tijd. We zijn er, tijd voor een nieuwe reeks concerten, en dan zal ongetwijfeld blijken dat “Binge” en “Fit For Work” niet per se nog de hoogtepunten moeten zijn. Meer nog, het voelt alsof dit vijftal nog maar aan het begin staat van zijn verhaal.
Sterk debuut? Sterk debuut.