Cocktails bestaan bij de gratie van het mengen van onverwachte combinaties. De Mechelaars van Shubil smijten op Patterns met veel gevoel voor smaak bas, drumcomputers, synths en etnische instrumenten in de blender tot een verrukkelijk geheel.
Twee jaar geleden kondigde deze band zijn debuut aan met de single “Manali” – die je op dit album in een licht vertimmerde, maar niet minder aanstekelijke versie terugvindt – maar daarna werd het stil. Het leven kwam er (je zal het altijd zien) tussen gefietst: er was een wissel op de drumkruk en persoonlijke besognes stonden een muzikale output in de weg. Toch bleven Timothy Vanvaeck en gitarist Bert Janssens telkens opnieuw de studio in kruipen om te knippen, plakken en knutselen aan die plaat. Emoties kristalliseerden zich uit tot nummers, schrijven en repeteren deden dienst als remedie tegen de moeilijke periode. David Van den Bosch zette zich achter de drumvellen en Simon Mahieu maakte als vierde man op de bas dit trio compleet.
Ondanks die moeizame ontstaansgeschiedenis is Patterns een album geworden dat bovenal positiviteit uitstraalt. Het glas is hier altijd halfvol, maar nergens stroomt het over. Er gebeurt immers veel in de nummers van Shubil, maar dat leidt niet tot drukdoenerij. ‘Elegant’ is het codewoord om te omschrijven hoe verschillende lagen op de songs van Patterns zich over of naast elkaar wurmen om rijke texturen te weven. Zachtjes worden we via opener “Wish You Well” het album binnengeleid met een gedurig in de duisternis oplichtende bliep, om vanaf “Reflight” met die speelse zinderende gitaarlijnen en handclaps te kiezen voor de volle vlucht. Een nummer als “Wei/Shu/Wu” mag dan weer fluitend beginnen als iets meditatiefs (we zweren het, we gingen André 3000 niet vermelden, maar die naam was letterlijk het eerste dat ons hoofd kwam binnenwaaien) en krijgt na anderhalve minuut toch een hiphopcadans mee. Samen met afsluiter “Tony” verwijst dit nummer het duidelijkst naar het muzikale verleden van Vanvaeck. “Aogashima” krijgt minutenlang de tijd om te borrelen als een vulkaan, tot het zaakje niet anders kan dan uitbarsten.
Ook elders mag er gedanst worden. “Dopamine” is pompend, waarbij de elektronica zich mengt met xylofoonachtige geluiden en het geheel doet denken aan Jamie XX. Het nummer bouwt op verschillende momenten de spanning op, maar de heren van Shubil zijn slim genoeg om die spanning niet te verzilveren met goedkope drops. Liever gaan ze voor de verrassende wending in de vorm van maaiende synths. Handclaps en opzwepende zang maken het titelnummer tot niet minder dan een feest. Het uitgebreide arsenaal aan minder voor de hand liggende klanken (zoals de snaren van de oud in “Aogashima” en de tablapercussie in het openingsnummer) doen prettig denken aan artiesten als Bonobo die elektronische muziek mengen met elementen van over de hele wereld.
De positieve vibe wordt in de regel met maar weinig woorden overgebracht. “Counting” (met zang van Kirstie de Alegria van SONDER.) en “Cotton” zijn de uitzonderingen met de duidelijkste tekst, maar jammer genoeg kabbelen net die nummers het meest voorbij. Waarschijnlijk omdat de melancholie hier het meest tastbaar is, zoals met de zang van Stefan de Graef die via teksten als “So now, let the dust settle, let the windows close around you, high on solitude, another sip from your glass” de zwaarte van zijn band Psychonaut op “Cotton” binnensmokkelt.
Maar dat is kritiek in de marge. Het album vraagt enkele luisterbeurten – een hoofdtelefoon of luid volume in de boxen zijn zeker aangeraden. Maar wie het tijd geeft, krijgt er veel moois voor terug. Patterns is simpelweg een fijn plaatje waaraan werkelijk niemand zich een buil kan vallen op mooie zomerdagen. Laat die zomer overigens nu ein-de-lijk maar eens komen.
Bovendien komt Patterns van Shubil niet enkel met goede muziek, maar ook met goede bedoelingen. Op Bandcamp kan je het album aankopen voor een door jezelf gekozen prijs, maar weet dat alle opbrengsten gaan naar humanitaire hulp voor Artsen Zonder Grenzen in Gaza. Een goed doel steunen in ruil voor goede muziek, waar wacht u nog op?