Na het succes van doorbraakplaat Multi-Love lijkt Ruban Nielson zich af te vragen waar hij naartoe wil. Zo mainstream als zijn Australische genregenoten van Tame Impala zal Unknown Mortal Orchestra wellicht nooit worden, dus gaat hij elders op zoek naar inspiratie.
De sympathieke Ruban Nielson heeft zijn plaatsje in deze wereld nog niet helemaal gevonden: hij mag dan wel al tien jaar in Portland wonen, maar voelt hij zich ook echt thuis in het land van Uncle Sam? Uit “American Guilt”, de eerste single van zijn Unknown Mortal Orchestra’s vierde plaat, lijken we alvast eerder het tegenovergestelde te kunnen concluderen – “Oh no/Here it comes/The American guilt,” luidt het in het neurotische refrein, terwijl de sixtiesgitaren schuimbekken. En ook in het psychedelische “Ministry of Alienation”, met zijn exotische modulaties, zingt Nielson dat hij “sick of fake democracies” is; het “ministerie van vervreemding” mag zijn ontslagbrief eerstdaags in de bus verwachten.
Toegegeven, in de Verenigde Staten zijn het tegenwoordig geen hoogdagen voor de progressieven, het kamp waartoe ook de creatieve sector traditioneel behoort. In die zin is het dan ook begrijpelijk dat Unknown Mortal Orchestra (UMO) de horizon afspeurt naar alternatieven. Maar tegelijkertijd wil dat niet zeggen dat Nielson er per se op gebrand was een politieke plaat te maken. Integendeel, de lo-fi akoestische gitaren van “Chronos Feasts On His Children” en “This Doomsday” verraden, samen met de bij momenten nauwelijks verstaanbare mijmerzang, dat het niet bepaald ‘s mans bedoeling is om een volksopstand te ontketenen.
Nee, Sex & Food wil de luisteraar vooral verwennen: zo vormt het funky “Hunnybee” gewoon een charmante en aanstekelijke ode aan Nielsons dochtertje. “Only you could love me that way” croont de man verder begerig in “The Internet of Love (That Way)” onder het dartele tokkelen van een elektrische piano. En “Everyone Acts Crazy Nowadays” kan zelfs bogen op een dansbare discobeat; naar het einde toe trakteert Nielson u op een onvergetelijk refreintje terwijl een viool subtiel tegen de haren instrijkt. Over het algemeen laat dit vierde album dan ook een lekker virtuoos geluid horen dat meestal best weet te boeien: bas, gitaar, toetsen en blazers zorgen voor stevige instrumentale fundamenten die Unkown Mortal Orchestra de ruimte geven om wat te dollen.
Want experimenteren, dat doet Nielson graag – vooral als het over verdovende middelen gaat. Het nieuwe album mag dan wel bol staan van verwijzingen naar zijn eigen druggebruik of dat van zijn omgeving, maar ook op dat vlak valt er geen enkele politieke ondertoon te bespeuren. Voor hem zijn drugs eenvoudigweg een constante factor in het leven: zijn tevens in de muziekwereld actieve ouders kampten allebei met een verslaving toen hij nog een kind was, en zelf heeft hij evenzeer moeite met het afzweren van die levensstijl. “Where did all my druggy friends go/Mississippi, San Francisco/They think I don’t understand anything anymore/I miss how we used to speak the secret loser language/You blocked my number just because I stayed alive,” klinkt het bijvoorbeeld melancholisch in aflsuiter “If You’re going to Break Yourself”.
Ondanks de vele verschillende opnamelocaties – Nielson en de zijnen blikten het album onder meer in Mexico-Stad, Reykjavik en Hanoi in – laat Sex & Food geen noemenswaardige verbreding van UMO’s muzikale horizonten horen. Maar dat de inmiddels 38-jarige songschrijver vooral veilige paden bewandelt, stoort eigenlijk amper wanneer het resultaat zo energiek als “Major League Chemicals” klinkt – denk Ty Segalls vuile gitaren met het prettig gestoorde van Ariel Pink – of zo soulvol als het toch behoorlijk geestverruimende “Not In Love We’re Just High”. Enkel de nogal vlakke garagerock van het eerder vermelde “American Guilt” lijkt het spoor ironisch genoeg wat bijster te zijn: door die miskleun tot single te verheffen, botst UMO als het ware op de grenzen van het eigen geluid.
Het probleem is dat Nielson na de release van Multi-Love iets te open is geweest over de driehoeksverhouding die dat album had geïnspireerd, waardoor hij zichzelf en zijn familie enigszins in verlegenheid bracht. Als reactie daarop hanteert deze vierde langspeler een ietwat voorzichtige aanpak die UMO ervan weerhoudt een echte voltreffer te scoren. En hoewel het de band zeker niet aan pepmiddelen allerhande ontbreekt, besluipt je als luisteraar toch het gevoel dat dit nieuwe album wat levendigheid mist.
Maar laat u niet misleiden: Sex & Food is en blijft een best genietbare plaat waarop Nielson zich nog maar eens een echte rasartiest toont. Niet alleen druggebruik maar ook (en vooral) muziek zit in zijn genen – zolang hij zich daarvan bewust blijft, komt Unknown Mortal Orchestra zeker op zijn pootjes terecht.