(illustraties)
Het genre van de superheldenfilm zit in een dip. ‘The Dark
Knight’ was twee jaar geleden nog een artistiek en commercieel
monstersucces, maar sindsdien is het stil geworden rond onze
spandexdragende vrienden. Misschien is dat niet al te gek. Akkoord,
‘The Dark Knight’ was steengoed en verdiende zijn succes, maar het
was tegelijk een wel erg serieuze bedoening die het gegeven van de
superheld zo ver dreef als maar kon. ‘The Incredible Hulk’ was even
routineus als saai, ‘Spider-Man 3’ meer een speciale effectenshow
dan een echte film en ‘Iron Man’ een Robert Downey Jr.-vehikel dat
niets te bieden had naast een geinige hoofdacteur. En ‘Hellboy 2’?
Dat zag er erg mooi uit en had een paar memorabele scènes, maar
echt indruk maken deed het nu ook weer niet. Enter
‘Kick-Ass’, het wild om zich heen schoppende geesteskind van
comicauteur Mark Millar dat nu naar het grote scherm wordt gebracht
door Guy Ritchie-protégé Matthew Vaughn. ‘Kick-Ass’ neemt
het superheldengenre, keert het binnenstebuiten, wringt het een
paar keer goed uit, dient het enkele welgemikte elleboogstoten toe
en zwiert het als herboren weer de zaal in. Het resultaat is een
subversieve en heerlijk verfrissende cinefiele party van heb ik jou
daar, één van de beste comicverfilmingen ooit en één van de films
van het jaar. Damn straight, it kicks fucking ass!
‘Kick-Ass’ – héérlijke titel – is het verhaal van de
nerdy Dave Lizewski (Aaron Johnson), een onopvallende
tiener wiens grote talenten bestaan uit het lezen van comic
books, masturberen en onzichtbaar zijn voor meisjes. Dave
vraagt zich of waarom veel mensen zo verslingerd zijn aan
superheldenverhalen, maar niemand ooit zelf probeert om een
superheld te worden. Hoe moeilijk kan dat zijn? Naïviteit en een
ontwapenend gevoel voor gerechtigheid drijven hem naar eBay, waar
hij een groen wetsuit en enkele gummiknuppels op de kop
tikt: Kick-Ass is geboren. Van crimefighten komt
aanvankelijk nog niet veel in huis – in een hilarische scène gaat
Kick-Ass in z’n groene maillot mensen op straat aanspreken om te
vragen of ze nergens een verloren kat hebben gezien – maar
wanneer een filmpje van een heldhaftige vechtpartij dan toch z’n
weg naar YouTube vindt, wordt Kick-Ass een nationaal fenomeen. Dat
is echter niet naar de zin van de lokale maffiabaas (Mark Strong),
die denkt dat Kick-Ass achter zijn organisatie aanzit. Vanaf dan
wordt het pas echt tijd voor Dave om een stevig potje ass
te gaan kicken.
Onbekend gezicht Aaron Johnson – deze week ook te zien als de
jonge John Lennon in ‘Nowhere Boy’ – doet het meer dan goed als
verlegen tiener met superheldencomplex, maar het zijn Nicolas Cage
en (vooral!) Chloë Grace Moretz die de show stelen als het
dodelijke vader-dochterduo Big Daddy en Hit-Girl. Cage levert hier
na zijn hoofdrol in de ‘Bad Lieutenant’-remake van Werner
Herzog een tweede glansprestatie op rij. In zijn rol van Big Daddy
is Big Nic (zonder pruik, met snor) tegelijk manisch en
vertederend, psychotisch en geestig. Veel meer dan zomaar een
bijrolletje in een comicadaptatie. Natuurlijk is het Moretz – het
kleine zusje van Joseph Gordon-Levitt in ‘(500) Days of Summer’ –
die de meeste harten zal veroveren, en terecht. Ook zij laat
tegelijk een breekbare en moordzuchtige indruk na en zet als
Hit-Girl een van de sterkste vrouwelijke personages van de
afgelopen jaren neer. The Bride van Kill Bill, maar dan in
zakformaat en dodelijker. Ma Flodder, maar dan vuilgebekter en –
mèh – stijlvoller. Lisa Simpson, maar dan met ballen en
een scherp zwaard.
Hit-Girl belichaamt natuurlijk ook alle controverse die rond
‘Kick-Ass’ hangt. Een elfjarig meisje dat haar vijanden met
venijnig plezier in stukken hakt, headshots uitdeelt met
de regelmaat van de klok en haar vijanden uitdaagt met een kloek
“come here, you cunts!“? Dat is vragen om problemen
natuurlijk. ‘Kick-Ass’ werd dan ook zo goed als uitgespuwd door
conservatief Amerika, met verwijten als ‘onverantwoord’, ‘immoreel’
en zelfs ‘pornografisch’. Het zij zo. Dit is dan ook geen film voor
mensen die zweren bij politieke correctheid. No, baby, in
deze superhero movie geen proper PG-13-geweld, nette
scheldwoorden als ‘damn‘ of garanties op een netjes
gepolijst happy end. ‘Kick-Ass’ geeft je op tijd en stond
een rake klap in het gezicht, en dat op momenten wanneer je het
écht niet zag aankomen. “Zouden ze echt zo ver durven gaan?” vraag
je je soms af in het begin van een scène. Wel, ja.
Big Daddy belooft zijn dochter een ijsje als ze niet zeurt
wanneer hij van op enkele meters afstand een kogel tegen haar
kogelvrij vest jaagt. Kick-Ass wordt tijdens zijn eerste
vechtpartij met een mes in de buik gestoken. En ook andere passages
doen je soms even slikken dan wel grijnzen door een onverwachte
brutaliteit. Verder is ook de humor volledig toepasselijk – de
personages nemen hoegenaamd geen blad voor de mond. ‘Kick-Ass’ is
niet alleen een Tarantino-achtige hommage aan de verzamelde
comicverfilmingen van over heel de wereld, maar brengt ook
uitgebreid hulde aan de slacker-humor van Judd Apatow en
de zijnen. ‘Superbad’ is met alle seksueel getinte dialogen
(“I, for one, would definitely fuck his brains out.“)
nooit veraf. Matthew Vaughn (nogmaals: protégé van Guy
Ritche, hé – of all people!) weet de verschillende stijlen
naadloos tot een coherent geheel te smeden en hoewel de felle
kleuren soms niet écht mooi zijn om naar te kijken, passen ze wel
perfect in de over-the-top comicwereld.
En dan hebben we het nog niet eens gehad over Daves lichtjes
geniepige, maar o zo begrijpelijke versierpoging van Katie (de
verrukkelijke Lyndsy Fonseca), de knetterende actiescènes (een
live-executie zorgt voor kippenvel) of de bespottelijke pimp
mobile van McLovin (übergeek Christopher Mintz-Plasse
heet hier Red Mist). Laten we dan maar besluiten door te zeggen dat
‘Kick-Ass’ een dijk van een film is die alleen zal uitgespuwd
worden door mensen met een komkommer in hun gat en doemdenkers die
ook ‘Inglourious Basterds’ postmoderne rommel vonden. Vaughn zet de
superheldenfilm in zijn hemd en versiert hem met een volledig
nieuwe garderobe die zó in je gezicht springt. Subversief en
ultracool, maar ook diepgaand en hilarisch grappig. Schot in de
roos. Of beter: kick in de ass. En for the
record: Chloë Moretz, dertien jaar oud, dat is onze nieuwe
Clive Owen. Oh yeah.