Voor zijn tweede album — en dus de plaat die voor de bevestiging moet zorgen — doet het Noorse Grand Island boter bij de zalm. Dat is jammer, want het onversneden enthousiasme vormde net het sterkste punt van het debuut.
Dat debuut, Say No To Sin, was vorig jaar net een hondsdolle viking die in onze stereo gevangen zat. Zonder compromissen werden bluegrass, disco en rock in de wastrommel opgesloten voor een stevige kookwas. Het resultaat was een schandaal voor de muzieketiquette, maar tegelijkertijd zo over the top en aanstekelijk dat we niet anders konden dan er finaal voor door de knieën te gaan (wat trouwens op een niet-seksuele manier bedoeld is). Om maar te zeggen: muziek laat zich niet door wetten beoordelen, maar door het gevoel dat we eraan overhouden.
Anders is het bij deze Boys & Brutes. Hoewel de titel laat vermoeden dat er meer jongensachtig enthousiasme en uitgelatenheid op terug te vinden is dan op een multimediabeurs, wordt net een zachtere weg ingeslagen. De spontane onbevangenheid van deze rekels werd zorgvuldig in het glas gewalst, geproefd en zorgvuldig getoetst aan de criteria van succes. Hoewel de band nog steeds herkenbaar is, werd bij deze plaat te veel nagedacht en laat dat nu net nefast zijn voor een recept van de molotovcocktail die Grand Island is.
Bij “Ass And Disco” is de voorzichtigheid al meteen duidelijk. Nog steeds een stevige kapstok voor disco, maar gebracht zonder het schuim op de lippen. Zachte zanglijnen, beheerste akkoorden: dit neigt naar pop: radiovriendelijk en alles behalve shockerend. Ook “I Am The Horizon” ligt in die lijn. Een beetje een fout, licht heroïsch klinkend refrein, dat graag het speelse van The B 52’s opzoekt maar voor de rest zeer vriendelijk blijft. Op zich geen slechte nummers, maar zoals opa zegt als hij de eerste slok van zijn Stella neemt: “vroeger was’t beter”.
Toch wordt af en toe nog eens uit het keurslijf ontsnapt. “Behemoth” klinkt vertrouwd, verhoogt de hartslag en spaart de drumvellen niet. Dat de tot hiertoe afwezige orgel- en banjoklanken weer mogen meedoen, helpt ook om de band weer een flink stuk dichter bij het geluid van het debuut te brengen. Meer van dat! Toegegeven, de pop van “Wish It Was Summer Always” kunnen we wél smaken en ook pogingen om de nieuwe trend te breken zoals “Please Consider” maken alsnog dat er wat te beleven valt op Boys & Brutes.
Vooral het eerste deel van deze plaat maakt duidelijk dat Grand Island een bredere voet tussen de deur van de muziekmarkt probeert te krijgen. Dat is ergens te begrijpen, maar het is jammer dat de groep daar toegevingen voor doet. Al lijkt de kans groot dat de nieuwe nummers live nog wel zweetparels op het voorhoofd toveren, maar om dat te weten moeten we de komende maanden de grens over. Als deze Boys & Brutes een ‘tijdens’ is, zijn we vooral benieuwd naar de ‘na’. We hopen alvast dat het spelplezier het haalt en de balans weer zal overhellen naar aanstekelijke zottigheid.