Donkere schaduwen glijden over een voor de rest helblauwe lucht. Ze kronkelen etherisch, halfvast als ze zijn. Een mond opent zich in een verbluffend timbre: "in our own time, we’re the Giants Of The Air". En ze hebben nog een geweldig debuutalbum onder de arm ook. Eindelijk mag het ook in Vlaanderen eens flamboyant.
Ze waren de meest bizarre en muzikaal ambitieuze deelnemers aan de laatste Rock Rallyeditie. "Radiohead", gokten we toen we Giants Of The Air op de halve finale in Hof ter Lo hun instrumenten zagen installeren. "Erger, Sigur Rós", grijnsde ons malicieus gezelschap. We betaalden hem een extra pint en godzijdank konden we zo een kwartier lang zonder ongewenste commentaar genieten van een erg sterke set waarin de ijkpunten in ons hoofd nu Mercury Rev, Grandaddy en — dankzij een geniale cover van "A Man Needs A Maid" — Neil Young werden. Een geheide winnaar, zo voorspelden wij toen in ons al te voortvarend enthousiasme. In de finale bleek de band immers nét dat beetje minder op dreef.
Nu het stof is opgeklaard, vinden we nog steeds dat we toen gelijk hadden (we snoeren de egotripper in ons zó de mond, maar dit moest hij nog even kwijt): met Where People Need No Ratio leveren Giants Of The Air een on-Vlaams gedurfd album af dat alle Van Jetjes reduceert tot de brave schooljongetjes die ze zijn. Vergeet uitdrukkingen als "doe maar gewoon, dan ben je al gek genoeg", al dat bekrompen understated Vlaams is niet aan deze mannen besteed: het mag er al eens férm over zijn. En — hoera nog aan toe — dàt zijn net de momenten dat de groep er boenk op zit.
Zo bestaat frontman Stef De Clerck erin om "Oceans Glowing" met een halve operakeel aan te vatten. Er wordt al eens aan Suede-frontman Brett Anderson gerefereerd, maar dat is een dwaling. Denk bij De Clerck in overdrive eerder aan een volumineuze Walküre: schel en overslaand, maar doorleefd. Het werkt net zo goed in de geweldige rock-out van "You Hurt Yourself Too Much Today" als in het ingetogen hoogtepunt "All The Good Folks".
Dé referentie is Mercury Rev, maar deze groep durft verder gaan. Het mag al eens rechtdoorzee rocken in "Enough Of The Road" of het nogal múm-achtig getitelde "In The Morning We Become Eclectic". Alles op deze plaat heeft overigens een erg groot weigevoel: deze muziek moet vooral brééd kunnen gaan en we gunnen de reuzen met véél plezier een openluchtpodium naar keuze. In "From The Trees" laat de band zich nog eens van zijn meest ingetogen kant horen, een machtige coda krijgen we met het epische titelnummer. "Where People Need No Ratio" bloeit traag open tot een mooie finale.
Zesendertig minuten. Meer heeft Giants Of The Air niet nodig om ons met zijn debuut omver te blazen. Van de hele Rock Rallyklas lichting 2004 (met anderhalf jaar na datum al releases van meer dan de helft van de finalisten, zowat de meest succesvolle van het nu al 25-jarige verhaal) waren zij diegenen die echt een eigen geluid hadden. Dit debuut bevestigt dat alleen maar en in één beweging solliciteren ze overtuigend voor ons eindejaarslijstje. Where People Need No Ratio is van een duizelingwekkend hoog niveau.