Waar, o waar is die heerlijke, poppy sound van de Amerikaanse band Throwing Muses ten tijde van The Real Ramona (1991) gebleven? Al jaren vertrokken samen met groepslid Tanya Donelly, zo vermoeden wij. Wat overblijft anno 2025: een album dat zo hermetisch is als een gedicht van Rainer Maria Rilke; toevallig één van de beste dichters uit de literatuurgeschiedenis .
Om maar te zeggen dat deze zeer homogene, door frontvrouw Kristin Hersh zelf geproducete plaat, de eerste van Throwing Muses in vijf jaar, niet bepaald vanaf de eerste seconde een oorwurm is, bijlange niet. Toch krijgt u, als een bloem die slechts langzaam tot bloei komt, gaandeweg een knaller van een esthetische kick. Neem nu plaatopener “Summer of Love”: loodzware bas, onheilspellende cello, folkgitaar en daarbovenop Hersh haar als vanouds bezwerende zang; dit lijkt wel de soundtrack van de betere griezelfilm.
“South Coast” drijft volledig in diezelfde sfeer: dit is behoorlijk goede akoestische horror. Ook de teksten, nochtans volgens de persbio doodgewone, dagdagelijkse observaties in de stijl van Raymond Carvers meesterlijke Short Cuts, hebben vaak een meer dan dreigende tekst. Of wat dacht u van een zinsnede als “This is the last curse/something to lose yourself in / don’t cry it means you die in the end”. Nou nou. “Theremini”, met alweer die quasi perfecte samenhang tussen de folkgitaar van Hersh, een zware bas en een cello katapulteert de argeloze luisteraar eeuwen terug in de tijd: zo moet barok hebben geklonken als er in die tijd al akoestische rockmuziek had bestaan. “No rules / so be cool”, zingt Hersh.
Jawel, ook met een simpele folkgitaar kan je dus de Do It Yourself-attitude uit de punk én de beginjaren van Throwing Muses uit de vroege jaren tachtig naadloos vatten. Wat wel, we schreven het al, weggevallen is: de invloed van vroeger groepslid Tany Donelly die altijd ging voor de Pure Popsong -denk bijvoorbeeld aan het vederlichte “Not Too Soon”, een song waar je effectief vleugels van krijgt. Dat is ook niet meer, alhoewel de muzikanten dezelfde bleven sinds 1992, het trio dat destijds de stevige doorbraakplaat Red Heaven uit datzelfde jaar maakten: Moonlight Concessions is op en top unplugged, een soort van dark folk, zo u wil. De plaat doet daarentegen wel sterk denken aan Hersh soloalbum Hips And Makers uit 1994 met daarop de wereldhit “Your Ghost”.
En dus drijft deze ganse plaat op een pikdonker elan en blijft het genieten én huiveren van songs als “Libretto”, “Albatross” , “Sally’s Beauty” en “Drugstore Drastic” . In “You’re Clouds” eist de cello een prominente plaats op terwijl hekkensluiter “Moonlight Concessions” grimmig én betoverend de puntjes op de i zet: dit is niet bepaald muziek om nadien jodelend je dag in te klimmen, bijlange niet. Maar Grote, Waarachtige kunst heeft altijd de verrekte plicht om te verontrusten, toch? Zo bekeken is dit album een moedige zet van Hersh en haar kompanen: niets in de handen niets in de zakken; gewoon steengoede muziek die de duisternis volmondig omarmt. Uiteindelijk ga je toch ook niet uit na films als Kubricks meesterwerk The Shining of, recenter, Aronofsky’s sublieme Black Swan, nietwaar? Moonlight Concessions is, anders gezegd, een plaat om in te kaderen en op gezette tijden met gepast kippenvel te beluisteren. Wij kijken nu al reikhalzend uit naar het Belgische concert van de band, die voor het eerst sinds 2011 terug naar Europa komt. Aanrader van het huis.
Throwing Muses staat op 30 mei in Cactus Club, Brugge.