Gabriels, het soultrio uit het zonnige Californië en officieuze hype van 2021 brengt vandaag zijn debuut album Angels & Queens uit – of althans de eerste helft daarvan. Part 2 zal begin 2023 verschijnen, maar wat we nu al voorgeschoteld krijgen, is op zijn minst om duimen en vingers van af te likken.
Je moet het moment pakken wanneer het zich presenteert, zo luidt het devies. De Rode Duivels hebben er een handje van weg om het niet te doen, maar de heren van Gabriels zijn vastberaden om hun momentum wél te verzilveren. Na twee gehypete ep’s moest 2022 het jaar van de grote bevestiging worden. Dat is maar half gelukt. Het debuutalbum is alvast maar voor de helft af geraakt en dan nog moesten er wegens vertragingen optredens (zoals op Pukkelpop) voor sneuvelen. De keerzijde is dan weer dat Gabriels geen half werk levert. Wat ze hier presenteren, verraadt een doorgedreven zoektocht naar perfectie waardoor we hen die extra tijd die ze nodig hadden ootmoedig vergeven.
Angels & Queens, Part 1 is de unieke mix geworden van de drie heren in de band: Californiër Ari Balouzian is een klassiek geschoolde componist, de Britse Ryan Hope is zowel videoartiest als een muzikant met een verleden in technomuziek en zanger Jacob Lusk is een gospelzanger uit Compton – u weet wel, de wijk in L.A. waar doetjes het doorgaans moeilijk hebben. Samen brouwen ze een hedendaags equivalent van tijdloze soul en gospel. De sound doet niet aan goedkope retro, maar voegt moderne toetsen toe aan de oerkracht die de stem van Lusk is. In “To The Moon and Back” of “The Blind” krijgen we slimme en subtiele elektronische uitschuivers en glitches vermengd met klassieke strijkers die het geheel vaak ook filmisch doen aanvoelen – hadden we al gezegd dat deze band vroeger ook soundtrackwerk opknapte? Zodoende is de veelzijdige maar altijd subtiele instrumentatie op zichzelf méér dan enkel een vehikel voor de vocale capriolen die we hier voorgeschoteld krijgen.
Want wat het meest opvalt is natuurlijk die stem van Lusk. Wat een stem. We herhalen het even. Wat. Een. Stem. CD&V zou tegenwoordig al blij zijn met één stem, in Lusks indrukwekkende borstkas huizen er minstens vijf. Naast die van hemzelf vind je daar in even gelijke mate die van Aretha Franklin, Nina Simone, Screamin Jay Hawkins en Cee Lo Green – nog zo’n orkaan uit de ghetto – en afhankelijk van waar de song om vraagt kan hij ze moeiteloos bovenhalen. Zo vraagt “Taboo”, dat gaat over een toxische liefde, om een scheut vitriool als tegengewicht voor die priemende blazerstoten. In “If You Only Knew” zingt Lusk over zijn nicht die stierf aan een overdosis en dus brengt de zang troost en verheffing. Opener “Angels & Queens” heeft een sexy funkvibe en bulkt van het gehijg en kreetjes – ook al gaat het diep vanbinnen over knagende onzekerheid. Een stem als een gereedschap zo degelijk en veelzijdig, daar koestert zelfs de producent van zwitserse zakmessen een gezonde portie jaloezie voor.
Zeven nummers, dat is misschien nét wat weinig om nu al te gaan roepen dat Angels & Queens, Part. 1 het album van het jaar is. Vergelijk het daarom misschien met porties in sterrenrestaurants: die zijn ook niet groot, maar wel perfect uitgebalanceerd en maken nieuwsgierig naar wat er nog allemaal mogelijk is. Always leave ‘em hungry is nog zo’n devies. In december zullen we zien hoe we dit verteerd hebben.