Dat nobele intenties niet altijd garant staan voor even goede resultaten, bewijst Pig Destroyer met deze EP. Die was begin 2013 al even beschikbaar in digitale vorm naar aanleiding van het overlijden van Relapse-medewerker Pat Egan, maar krijgt nu pas een volwaardige release. Het is vooral voer voor de fans.
Dat de formatie ook al eens buiten de lijntjes van de grindcore kleurt waarmee hij steevast geassocieerd wordt, zal niemand verbazen. Vooral sinds Terrifyer (2004) is de band zijn actieradius meer gaan uitbreiden (al zal het voor metalhaters allemaal hetzelfde zijn) en meer invloeden uit thrash en death metal gaan toelaten, met hier en daar zelfs een forse vertraging. En dat is exact wat hier gebeurt: Mass & Volume, twee songs die samen goed zijn voor 25 minuten slepende misantropie, duiken in de pruttelende soep met laaggestemde gitaren van de doommetal.
En trouwens: de opnames van de release dateren eigenlijk al van 2007, toen meesterwerk Phantom Limb net ingeblikt was en er nog studiotijd over was om iets ongehoords mee uit te vreten. Zelfs dat was niet de eerste keer, want daarvoor had de band ook al een epos van 37 minuten opgenomen dat uiteindelijk op de markt zou komen als Natasha. Toch gaat het om twee zeer verschillende releases. De sound was op Natasha scherper en meer gevarieerd, het lonkte naar noise én ambient, met grotere dynamiek, textuurverschillen en meer theater dan op Mass & Volume. Het leek alsof de band naar Today Is The Day had gelonkt, terwijl deze monoliet dichter aansluit bij bands als Eyehategod of Sleep.
De sound is massiever en homogeen, modderig en loodzwaar. Maar dat wil eigenlijk niets zeggen, want met sound alleen geraak je er niet en JR Hayes’ intensiteit kan de boel niet redden. De negentien minuten van het titelnummer hebben te weinig om het lijf om te overtuigen. Goed, de band weet hoe er sfeer geschept moet worden — ze hebben met Blake Harrison tenslotte een man aan boord die er exact omwille van die reden bij zit –, en dat de heren kunnen spelen, dat hoeft geen betoog, maar deze slepende trip met vette betonakkoorden en tegendraadse start/stop-aanpak heeft te weinig om het lijf of krijgt te weinig de kans om te evolueren om een echte impact te hebben.
Bands als Harvey Milk en Boris pakten al eerder uit met dergelijke kolossen, maar die gaven ze dan een context waarin ze perfect konden gedijen. “Mass & Volume” voelt echter aan als een geïsoleerde schets die nooit een degelijke uitwerking kreeg. Alsof de band de juiste sound en het tempo gevonden had, maar niet wist wat ermee aan te vangen. Dan is “Red Tar” (goed zes minuten) al een stuk beter. Het tempo wordt een beetje opgekrikt en het sleept met een genadeloze punch. Hier kan je tenminste op meeknikken. Opnieuw massief en bijna goed voor een ziekelijke groove. Best goed eigenlijk, ware het niet dat de meesters van de stoner- en doomwerelden dit met meer panache brengen.
Dat bands over de muurtjes kijken, kan enkel aangemoedigd worden. Anno 2014 zijn dingen mogelijk die in het vrij conservatieve metalwereldje van twintig jaar geleden nooit hadden gekund. Maar aan een lovenswaardige intentie is idealiter ook een bevredigend resultaat verbonden en dat is iets waar Mass & Volume schromelijk tekortschiet. Soms is er een reden waarom spul jarenlang in de archieven weggestopt bleef.