Sommige labels zijn onlosmakelijk verbonden aan een bepaalde stijl of artiest. Zo zal u in De Slimste Mens gegarandeerd scoren als u “grunge”, “Nirvana”, “Soundgarden” en “Mudhoney” aan het Amerikaanse label Sub Pop linkt. De term hiphop zal u wellicht minder punten opleveren.
Aan het begin van dit millennium kwam Sub Pop gaandeweg los van zijn emblematische grunge-acts en werd er onderdak geboden aan fijne indiegroepen als Fleet Foxes, The Shins en Low. Met Black Up van Shabazz Palaces gaat het vermaarde label nog een stap verder, richting aardedonkere hiphop. Vooraleer u de wenkbrauwen fronst, stellen we u meteen gerust door te melden dat de combinatie wel degelijk werkt. Net zoals bij hiphopgroepen op andere atypische raplabels — denk maar aan Antipop Consortium op Warp of Automato op DFA Records — levert Shabazz Palaces extra inspanning om het kader waarin gewerkt wordt, zo breed mogelijk te houden, zonder hierbij aan geloofwaardigheid in te boeten.
Old skool hiphopheads zullen frontman Ishmael Butler nog kennen van Digable Planets, een hiphopcombo dat begin jaren negentig scoorde, in het kielzog van groepen als A Tribe Called Quest en De La Soul. Liefhebbers moeten zeker eens hun semi-klassieker Reachin’ (A New Refutation Of Time And Space) beluisteren. Wat Butler overgehouden heeft aan zijn tijd bij Digable Planets is een voorliefde voor jazz en improvisatie. Nummers als “Endeavors For Never (The Last Time We Spoke You Said You Were Not Here. I Saw You Though.)” en “Are You… Can You… Were You? (Felt)” maken dankbaar gebruik van pure, jazzy klanken die de draagwijdte van zijn koele raps gevoelig verbreden.
In tegenstelling tot Digable Planets kiest Shabazz Palaces ervoor om niet op de voorgrond te treden. Er is weinig over de groep geweten, de leden zijn niet gekend en in een zeldzaam interview stelde Butler dat er “al genoeg groepen zijn die willen dat je alles over hen weet”. Wie meer over Shabazz Palaces wil weten, vindt die antwoorden volgens hem in de nummers. Dat laat de groep ook toe om veel persoonlijker te gaan, om een ziel in de tracks te leggen. Het dreigende “Youlogy” of het kale “Recollections Of The Wraith” laten absoluut een band horen die leeft voor zijn vak, zonder toegevingen of oogkleppen.
In zekere zin laat Black Up horen hoe een Anticonplaat zou klinken met echte rappers. En de puristen? Die zullen moeten concluderen dat “hiphop” en “Sub pop” wel degelijk kunnen samengaan. Meer zelfs, net zoals de grungegozers twintig jaar geleden, geven deze heren een in het slop geraakt genre een fikse stamp onder zijn kont. Of ze voor eenzelfde impact zullen zorgen, is wel nog maar de vraag.
Wat we wel al kunnen meegeven, is dat Black Up alvast veel spannender is dan Goblin, de fel gehypete soloplaat die OFWGKTA-frontman Tyler, The Creator, ons enkele maanden geleden voorschotelde. Op weg naar onze favoriete hiphopplaat van het jaar?