Labelproblemen en rechtendiscussies, meer was er niet nodig om het officiƫle debuut van Outkasts Big Boi voor onbepaalde tijd in de vriezer te plaatsen. Enkele met mondjesmaat vrijgegeven songs maakten weliswaar al duidelijk dat de stijl van Speakerboxxx (het officieuze solodebuut wegens uitgebracht onder de Outkastnaam) verdergezet zou worden, maar het bleef wachten op het volledige album voor een bevestiging.
Het meest opvallende is dat net als op het zeven jaar geleden uitgebrachte Speakerboxxx AndrĆ© ā3000ā Benjamin nogmaals de grote afwezige is, wat de geruchten over een breuk tussen beide rappers opnieuw aanwakkerde. Maar waar dergelijke roddels ten tijde van Speakerboxxx/The Love Below nog enigszins te verdedigen waren, is de waarheid ditmaal een stuk minder prozaĆÆsch. Dezelfde (juridische) strijd die Sir Lucious Left Foot : The Son Of Chico Dusty een tweetal jaar naar de schappen verbande, verbood ook de gastoptredens van AndrĆ© 3000. Maar zoals het vorige album al bewees, heeft Big Boi de hulp van AndrĆ© 3000 (die wel te horen is op de oorspronkelijke promosingle āRoyal Flushā uit 2008) niet nodig. Ook zonder de inbreng van zijn excentrieke kompaan betreedt hij hiphopterrein dat buiten ieders verbeelding ligt.
āRoyal Flushā klinkt zelfs relatief braaf in vergelijking met de (uiteindelijke) plaat, zoals onder meer de eerste single āShutterbugā aantoont. De song combineert het type electrofunk waar Prince in de jaren tachtig een patent op had met harde beats en katapulteert zo hiphop rechtstreeks de volgende eeuw in. Ook tweede single āFollow Usā is meer dan het vermelden waard, al was het maar omdat Big Boi enkele zanglijnen van de verder volledig te negeren band Vonnegut perfect weet te integreren in het nummer en zo een hitgevoelige song creĆ«ert (inclusief enkele āeightiesā-klanken) zonder in de al te diepe poelen van platte commercie te trappen.
Wie het liever wat gedurfder heeft, kan zichzelf laven aan het tribale āTangerineā dat zichzelf — dankzij pompende drums en in gitaarlijnen verborgen gefluisterde seksuele toespelingen — verliest in tropische temperaturen en zwoele nachten. In schril contrast ermee staat het epische āGeneral Pattonā dat koorgezang koppelt aan hiphopbeats en soulblazers, maar desondanks niet kan tippen aan het superieure āNight Nightā dat opgefokte funkklanken samenperst om ze daarna opnieuw te laten ontploffen in een vervormde kamer. Geen wonder dat levende legende George Clinton zijn opgang maakt in het lome āFo Yo Sorrowsā dat nieuw leven blaast in de P/G-Funk door het in een southern bad onder te dompelen.
Een doorgedreven electro-aanpak is dan weer te horen in het soulvolle āBe Stillā (of hoe robots romantiek zien) enerzijds en het door AndrĆ© 3000 geproduceerde āYou Aināt No DJā anderzijds. De kille electropercussie in dit nummer is opvallend en lijkt nog het meeste verwant aan Green Velvets āAnswering Machineā. Zelfs binnen de plaat die ver voorbij de klassieke genreafbakeningen durft te kijken, staat het nummer op een eenzame, experimentele hoogte. Dat een nummer als āHustle Bloodā hierbij productioneel pover afsteekt, zegt dan ook weinig over de track zelf. Het nummer lijkt gevaarlijk te balanceren op de dunne lijn tussen geslaagde soulballad en kleffe hiphop/R&B, ,maar de meligheidsmeter gaat net niet in het rood.
Een ander mooi voorbeeld hiervan vormt het op soulgezang, loopse baslijnen en futuristische keyboards drijvende āThe Train Part II (Sir Lucious Left Foot Saves The Day)ā dat net als āShine Blockasā laat horen hoe hiphop en soul elkaar het hof behoren te maken. Met opener āDaddy Fat Saxā (de met electrofunk doorspekte intro āFeel Meā terzijde gelaten) en het afsluitende āBack Up Planā weet Big Boi bovendien het album treffend te omkaderen. Want waar āDaddy Fat Saxā bravourevol de spierballen laat rollen, kiest āBack Up Planā voor een minder dwingende maar even vitale aanpak.
Het is bijna niet te geloven dat Sir Lucious Left Foot : The Son Of Chico Dusty twee jaar geleden al had moeten verschijnen, zozeer weet Big Boi, bijgestaan door een schare producers, zichzelf buiten stromingen en genres te zetten en de marsrichting van hiphop voor de volgende tien jaar vast te leggen. In 2011 zou zowel een opvolger van dit soloalbum als een nieuwe Outkastplaat verschijnen. Terwijl de leerlingen nog jaren zoet zullen zijn met het ontcijferen van dit album, heeft de meester zijn blik opnieuw naar de toekomst gericht. Big Boi heeft zijn vinger niet aan de pols van hiphop, hij is de puls die hiphop voortstuwt.