George Chadwick mag dan wel niet de beste naam zijn om het in de rockwereld te maken, Telephone Jim Jesus is dat evenmin. Maar toch zijn er weinig groepsnamen die zozeer weten te omschrijven voor wie ze staan als Chadwicks pseudoniem.
Telephone Jim Jesus is het buitenbeentje op het label van de buitenbeentjes. Waar het avanthop-label Anticon zich met één been in en één been buiten de hiphop plaatst, staat Telephone Jim Jesus er volledig buiten. Net zoals A Point Too Far To Astronaut staat het al even toepasselijk getitelde Anywhere Out Of The Everything op eenzame hoogte temidden van een muzikale woestijn. Flarden hiphop worden gemengd met de eerste electro-uitstapjes en overgoten met een extravagante flair die heden ten dage nog weinig te vinden is. Niemand doet wat Telephone Jim Jesus doet en niemand doet dat beter.
Neem nu de openingstrack "Did You Hear". Het nummer labelen als een op hol geslagen electrotrack is een voorzichtige en veilige gok die eigenlijk niets zegt, want dit nummer doorbreekt alle genreconventies. Hoogstens kan er verwezen worden naar Aphex Twin in een luimige bui. Ook de andere tracks laten zich kennen als eclectische gehelen die verschillende invloeden door de mixer halen om daarmee een geheel nieuw brouwsel te maken.
"Featherfall" bijvoorbeeld laat zich enerzijds gewillig plaatsen tussen electro en hiphop maar gooit er anderzijds ook genoeg stoorzenders tussen (korte breaks op onverwachte momenten, onbestemde samples …) om elke bepaling te overstijgen. In "Dice Raw", een pure old school/eighties-track, treden labelgenoten Pedestrian en Whyè naar voor terwijl "Hit By Numbers" klinkt als een electrosong uit de pioniersjaren die een verjongingskuur ondergaan heeft.
Horen blijft geloven, want een plaat als deze met het gebruikelijke idioom omschrijven, is vragen om problemen. Niet dat de elementen op zich niet te herkennen of te duiden zijn — zo kan "A Mouth Of Fingers" als de basistrack voor het betere avanthop-werk dienen — alleen krijgt het geheel een nieuwe invulling die allesbehalve eenduidig is. Zo klinkt "Suicide Wings (Birdstatic Remix)" als trance voor de vijfentwintigste eeuw. De fraaie blazerpartij en droog echoënde drums worden nu en dan ingeruild voor interdimensionale onbestemde geluiden.
In "Ugly Knees" wordt de onderhuidse dreiging die in de titeltrack van de televisieserie The Persuaders zat, opgeroepen om een hiphopnummer te katapulteren naar een andere planeet. Hier zijn geen bleke surrealistische dichters aan het werk maar a mean mothafucka from another planet. Ook "Leather & Glue" heeft een hiphop-feel maar opnieuw is het nog maar de vraag welke hiphop dit dan wel mag wezen. Ergens in dit immense heelal knikt iemand ongetwijfeld goedkeurend mee.
Efterklang-echo’s weerklinken in "Birdstatic" maar hier doemen geen fjorden en elfjes voor het geestesoog op, alleen breed grijnzende Cheshire katten voor wie waanzin een accident de parcours is. "Faces All Melted" start als een relatief normale electrosong maar voegt gaandeweg steeds meer misplaatste klanken toe tot het geheel als een vertegenwoordiger uit een andere wereld afscheid neemt. De kers op de taart is evenwel het acht minuten durende "The Castle By The Freeway" dat zichzelf als een clubhit voor het einde van de wereld presenteert. Een laatste dans, Anja, en dan is het definitief gedaan.
Telephone Jim Jesus is de nachtmerrie van iedereen die iets relevants wil vertellen over muziek. Zijn albums laten zich immers niet definiëren. De leuze "vertrouwd maar o zo vreemd" was zelden meer van tel. De kracht van het album ligt immers niet zozeer in zijn toegepaste samples of songstructuur als wel in de sfeer die het oproept. Anywhere Out Of The Everything is een ondefinieerbare plaat die speelt met vertrouwde begrippen.