Nu millennials en Gen X’ers eindelijk aan het opgroeien zijn, brengen ze massaal hun cd’s naar de tweedehandswinkel. Wij geven die met veel liefde een tweede thuis en fietsen aan de hand van onze vondsten elke maand door de alternatieve muziek van 1990 tot 2010.
Stel je even een feestje voor, in een braaf maar volledig gesloopt huis in de suburbs. In het midden van de huiskamer zit Brian Molko aan de livingtafel met zijn neus in een berg coke, met naast hem Greg Dulli lamgezopen in de zetel. Mark Lanegan rookt een sigaret, half uit het raam hangend. Dave Grohl is met rode oogjes een omelet aan het bakken. Nick Oliveri is God weet waar maar sowieso naakt, Josh Homme kreunt ondertussen zijn donkere slaapliedjes en misschien zit een jonge Tim Vanhamel wel ergens hyperkinetisch te doen. Kurt Cobain is dood maar zijn schaduw is zichtbaar op het plafond. Buiten aast MTV op een interview. Alex Turner zit nog ergens in Sheffield zijn snotneus af te vegen en zijn huiswerk te maken.
Ooit, in de jaren ’90, had je nog echte rocksterren. Frontmannen – meestal waren het mannen, op een zeldzame Kim Deal of Courtney Love na – die aan elkaar hingen van de seks, de drugs en de rock ’n roll. Ze schreven nummers over “nicotine, valium, vicodin, marijuana, ecstasy and alcohol/ c-c-c-c-c-cocaine”. Ze hadden A Drug Problem That Never Existed. De geschiedenis was toch gestopt, dus waarom zou je je best nog doen? Dit was de tijd van Bret Easton Ellis, van het mythologiseren van je eigen nihilisme en cynisme. Ze waren less than zero en hadden niks te verliezen. Het voelt als een verre planeet in een tijd van autofictie waarin iedereen de beste van de klas wil zijn. Het voelt bijna verfrissend moest het niet zo destructief zijn, voor jezelf en voor de ander.
Zoveel jaren later ligt het hedonisme van Gen X in de uitverkoop. Aan vijf euro per stuk stuiten wij op Without You I’m Nothing (Placebo), Gentlemen (The Afghan Whigs) en Lullabies To Paralyze en Rated R (Queens of the Stone Age). Allemaal ooit geluisterd in onze tienertijd, van de bib geleend voor een maand en vervolgens op onze computer geript voor de eeuwigheid. Rockhelden voor de zoekende tiener die zich cooler wil voordoen dan hij is. En niemand was meer rockheld dan Josh Homme in 2007. Daarna allemaal een beetje vergeten terwijl wij andere, meer akoestische uithoeken van de jaren ’90 gingen verkennen zoals Elliott Smith en Palace Brothers. Maar je oude helden val je niet af, toch? En wij zijn nu toch benieuwd: wat blijft er over van onze rockhelden en hun klassiekers, 25 jaar na het feestje?
Brian Molko hoort misschien niet helemaal thuis op het hierboven geschetste feestje. Molko was niet ruig, geen opgepompte macho. Hij was hedonistisch op een deels verfijnde, deels arrogante manier. De extraverte en biseksuele frontman leek de rockwereld als een performance te benaderen, een middel om een nog best conservatieve wereld uit te dagen met zijn androgynie. Zijn teenage angst sloeg ook commercieel aan, al werd er toch altijd een beetje meewarig gedaan over de teksten en muziek van Placebo. Niet onterecht: dit was een band die constant balanceerde op het randje van kitsch en er soms wel eens af viel. Maar Without You I’m Nothing bewijst dat Brian Molko echt wel weet hoe hij een Goeie Song moet schrijven. “With You I’m Nothing” is een bom prachtige emotie boven een moordriff die op de goedkeuring van David Bowie kon rekenen. Opener “Pure Morning” is pure decadentie op een manier die weinigen hem geloofwaardig zouden nadoen en is misschien wel Placebo’s beste nummer. “Every You Every Me” doet die decadentie nog eens dubbel over. De afstandelijke Molko roept het nihilisme van een hele generatie op: “It’s only comfort, calling late/ ‘Cause there’s nothing else to do/ Every me and every you”. Iemand nog een glas ennui van een goed jaar?
Met Afghan Whigs kan het nachtelijk feestje pas echt beginnen. Greg Dulli zingt “Your attention, please / Now turn off the light / Your infection, please / I haven’t got all night “ en wij rijden door het donker geworden overgangsgebied tussen de hoofdstad en het achterland. Een typisch Vlaams burgerlijk niemandsland, doorkruist door een typische Vlaamse steenweg. Een nette gemeente waarin achter keurige gevels keurig getrouwde koppels elkaar langzaam kapotmaken. De schijnheiligheid van de liefde, daar komt Gentlemen thuis. Dulli besefte dat niemand zo hard op je hart kan gaan staan als diegene die je het beste kent en die perfect weet waar het pijn doet. Die daar duwt en blijft duwen tot je het uitschreeuwt. Dulli kende er alles van, want Dulli was zelf zo. Hij was een klootzak van het zuiverste water en hij wist het. Hij zong sardonisch dat hij een “gentleman” was, puur om jou, iedereen en zichzelf te pesten. Gentlemen verbergt haar inherente droefheid en zelfhaat onder een ijskoude blik en een sigaret bungelend in de mondhoek. En aan zijn lever moest Dulli toen ook nog niet te veel denken. De wereld lag immers aan zijn voeten.
Maar de ultieme rockgod zo rond 2000 was Josh Homme. Hij was dan al de gitarist van Kyuss geweest, een erfenis waarop je artistiek kan rentenieren. Met Queens of the Stone Age speelde hij het spel van de rock ’n roll uit. Songs For The Deaf uit 2002 is een van de beste rockplaten ooit. Wij stoten tweedehands op Lullabies To Paralyze, de donkere opvolger van dat meesterwerk. Een schattige “Parental Advisory”-sticker lacht ons toe – wie gaat er nu zijn ouders toestemming vragen om naar de corrumperende Queens te luisteren? Onze versie komt met een extra dvd met – vermoeden wij, wij hebben geen dvd-speler meer – nietszeggende studiobeelden. Het kan niet altijd Some Kind of Monsters zijn. Alhoewel, de losgeslagen drummer Joey Castillo zat toen in de band, kan nog interessant worden. Lullabies To Paralyze stond destijds wat in de schaduw van zijn voorganger, maar heeft zich die donkerte volledig eigen gemaakt. Mark Lanegan zingt ons op “This Lullaby” huilend van angst in slaap. “Little Sister” is een van de beste riffs van dat decennium, “Tangled Up In Plaid” en “Someone’s In The Wolf” wil je niet tegenkomen ’s nachts. En Josh Homme doet je er nergens aan twijfelen wie hier de wolf is, en wie het onschuldig schaapje dat moet vrezen voor zijn leven. Homme’s gestel leek ondertussen alles aan te kunnen.
Dat feestje kon niet blijven duren. Brian Molko voerde zichzelf in 2006 in de clip van het claustrofobische “Meds” op als een levend lijk, bijeengehouden door cocaïne en Xanax. “A crying tragic waste of skin” zong hij elders. Dat lag waarschijnlijk niet zo ver af van de waarheid. Sindsdien is Molko clean. Mark Lanegan is dood, Dulli van de drank af. En hij kan al eens lachen zonder sardonisch te grijnzen. Homme verloor zijn halve telefoonboek, ging een pijnlijke scheiding door en kreeg zelf kanker. Hij wil tegenwoordig vooral liefde geven, al was comebackplaat In Times New Roman… nu toch ook niet bepaald om te lachen.
Het doet je mijmeren: wat blijft er van rock-‘n-roll helden over wanneer zij ouder worden? Of nog belangrijker: wanneer jij ouder wordt? Want de jongere versies van je rockhelden blijven gewoon ronddrijven in de dieptes van je platenkast, strak in het pak van hun oude imago, stijf van de coke en lam van de drank. Klaar voor de fan om zich nog eens aan te laven als je het saaie kantoorleven wilt ontvluchten. Tegelijk zijn hun hedonistische klassiekers nu ook maar gewoon een cd in een vergeeld doosje in de tweedehandsbak, achtergelaten door weer iemand die het feestje verlaten heeft. Die zijn jas gepakt heeft en de deur achter zich dichtsloeg met bestemming huis, tuin en keuken. Dat was het dan. Misschien wil iemand op den duur de rock ’n roll mythe niet meer aan zijn mouw voelen trekken? Haalt het leven je uiteindelijk toch te hard in, zelfs die nihilistische Gen X’ers en feestende millennials? Rockster worden, het moet niet meer. Zelfs niet tijdens die drie heerlijke harde minuten “Little Sister”. De wasmachine stopt maar niet met piepen en de belastingbrief ligt op tafel te wachten.
Queens of the Stone Age brengt anno 2025 akoestische liveregistraties uit. Zou Josh Homme tegenwoordig ook avocado’s eten?
Queens of the Stone Age bracht onlangs Alive In The Catacombs uit, te vinden op hun website. Onze recente best of van de band kan u hier lezen.