Geef toe: meestal zijn ze uw geld niet waard, die verzamelaars van uw favoriete groep die u in de winkel vindt. De platenfirma denkt dat enkel singles in aanmerking komen en een artiest zelf is ook al zelden goed geplaatst om eigen werk te beoordelen. Tijd dus dat het eens aan professionals wordt overgelaten, en wie beter dan een team kenners van enola om maandelijks de beste tracks van een artiest te selecteren. Deze maand: het beste van Placebo.
1. Taste In Men
Nadat de groep op Without You I’m Nothing voor het eerst aan de slag ging met loops, ging ze op Black Market Music gewoon verder op de ingeslagen weg. Criticasters vonden “Taste In Men” niet meer dan een doorslagje van “Pure Morning”, maar Placebo is ook nooit de groep van de grote stijlbreuken geweest, maar wel van de gestage evolutie. “Taste In Men” raakt nog altijd dezelfde thema’s als vanouds — seks, gebroken relaties en drank — maar klinkt weer een stuk grootser, donkerder en — dare we say — volwassener. Dat de riff leentjebuur speelt bij “Let There Be More Light” van Pink Floyd doet amper ter zake.
Hoogtepunt: 0’00”.Die riff!
2. Nancy Boy
“Niemand houdt van zijn debuut, toch?” Zeggen dat de groep met gemengde gevoelens terugblikt op zijn eersteling is een understatement. Dat Molko en Olsdal in die tijd op gespannen voet leefden met hun eerste drummer Robert Schultzberg zal daar niet vreemd aan zijn. Toch nam het titelloze debuut met veel branie een optie op de toekomst en dat tegen de heersende tijdsgeest in. Anno 1996 had Suede zijn androgyne look al lang weer opgeborgen en voerden de lads van de Britpop het hoge woord. “Nancy Boy” trok zich daar niks van aan, nam machogedrag op de korrel en vervaagde grenzen tussen geslachten. Het nummer werd de eerste top tien-hit voor de groep, maar toch zou Molko “Nancy Boy” later brandmerken als hun “Creep”: het nummer dat de Grote Doorbraak forceerde, maar waarmee de groep desondanks een haat-liefde verhouding ontwikkelde.
Hoogtepunt: 0’43”. “And it all breaks down at the role reversal / Got the muse in my head / She’s universal / Spinning me round / She’s coming over me”. Genderbenden met een catchy refrein.
3. Pure Morning
Een metalige drumloop, een zeurende melodie, en een tekst die nonsensicaal stream-of-consciousnessgewijs doordreunt. Meer was niet nodig om van dat bandje van “Nancy Boy” plots een force te maken waar je maar beter rekening mee hield. Voor je ’t wist voerde het De Afrekening aan, en dat was niet eens onterecht: dit was opwindend, potig, en op een stiekeme manier een beetje ranzig: “A friend with breast and all the rest / friend who’s dressed in leather”.
Hoogtepunt: 1’11”. “A friend in need, a friend indeed / My Japanese is better”. Droog. Spitant. En een beetje grappig. Rock-‘n-roll, quoi.
4. For What It’s Worth
Niets nieuws onder de zon; zelden kom je als recensent een album tegen dat zich zo makkelijk laat samenvatten. Battle For The Sun gaf de band een tweede adem, maar kon op weinig punten bevestigen. En toch; dit is de plaat waarop Placebo voluit de kaart kiest van de platte radiopop afgewerkt met een productie die het geheel toch afkruidt met die typische snelle en claustrofobische elementen uit het verleden. “For What It’s Worth”, de eerste single, was niet alleen de verwelkoming van Steve Forest als nieuwe slagman; het nummer was ook veruit het beste dat er op het album te rapen viel: postpunk anno 2009, of hoe thema’s zoals eenzaamheid en apathie je toch aan het bewegen krijgen.
Hoogtepunt: 1’59”.”No one cares when you’re down in the gutter / Got no friends / Got no lover”, tekstuele teenage angst aangevuld met de ritmische perfectie die Forest aan het nummer toevoegde. Het voorbeeld van de nieuwe koers die de band probeerde te varen; jammer genoeg waren ze het spoor al erg snel bijster.
5. Infra-Red
Dat Brian Molko niet de makkelijkste man is om mee samen te werken, valt moeilijk te ontkennen. Na Meds werd drummer Steven Hewitt bedankt voor bewezen diensten, en beweren dat dat als een donderslag bij heldere hemel kwam, toont niet meteen veel inzicht in de werking van de band. Geen ander nummer op het laatste album met de voormalige slagwerker vertaalt de onderliggende strubbelingen en frustraties beter als “Infra-Red”. Terwijl de muziek dienst doet als een aangename terugkoppeling naar de meer benepen nummers op Without You I’m Nothing, steelt de bijzonder vileine tekst met verve de show.
Hoogtepunt: 2’12”. Molko die voor de laatste keer in het nummer sneert zoals alleen hij dat kan: “Someone call the ambulance / There’s gonna be an accident”. Hewitts vertrek lag er hier al vingerdik op.
6. Loud Like Love
Nooit klonk Placebo euforischer dan op dit titelnummer van hun laatste plaat. “Breathe” en “believe” en het komt allemaal wel goed. Even wennen was het om Molko’s nasale stem niet te horen neuzelen over teenage angst, maar over een liefde even krachtig als de oerknal. Het doet hem mijmeren over het ontstaan van het heelal, maar de brug die daarbij gelegd wordt naar de liefde, houdt niet bepaald stand. Op Loud Like Love zijn de lyrics meer dan ooit het zwakke punt van Placebo. Het nummer zelf scheert langs de berm van de guilty pleasure en zorgt voor het Coldplaymomentje tijdens hun concerten, maar het wérkt. Een dijk van een song als een eerste stap in een dam tegen cynisme. Mag het even, 2016? “Breathe” kunnen we nog, “believe” met de dag minder.
Hoogtepunt: 4’06”. En weet je wat, laat die confetti daarom maar knallen op dat moment. Handen de lucht in en laat de liefde inderdaad maar even lawaai maken. Omdat het kan.
7. Every You Every Me
De komst van Steve Hewitt op drums betekende niet alleen dat de spanningen die er op persoonlijk vlak waren tussen de bandleden wegvielen, maar had ook muzikaal een grote weerslag. Dankzij Hewitt kan de groep op Without You I’m Nothing uitdiepen, uitvergroten en verfijnen wat al aanwezig was op het debuut, inclusief de popgevoeligheid zoals “Every You Every Me” bewijst. Maar Placebo zou Placebo niet zijn als wat op het eerste gezicht een doorsnee liefdesliedje lijkt niet doorspekt zou zijn met verwijzingen naar zelfverminking, seks en misbruik van drugs en geliefde.
Hoogtepunt: 1’20”. “Sucker love is known to swing / Prone to cling and waste these things / Pucker up for heaven’s sake / There’s never been so much at stake / I serve my head up on a plate / It’s only comfort, calling late”. Molko gunt zichzelf amper de tijd om adem te halen.
8. Special Needs
Een nummer dat de thematiek van Sleeping With Ghosts, terugblikken op afgelopen relaties, compleet vat. Iemand die z’n leven wel iets anders had voorgesteld dan in een rolstoel, hoopt dat z’n jeugdliefde van weleer hem nog herinnert en een plaats voor hem houdt in haar biografie, nu zij wél haar dromen heeft nagejaagd – een glamoureus sterrenleven. Een destructieve driehoeksverhouding tussen nostalgie, verlangen en zelfbeklag. Verliefd worden op een herinnering is nooit goed.
Hoogtepunt: 0’43”. “Just 19, a sucker’s dream”. Molko wikkelt z’n personage in een gitaardeken van zelfbeklag.
9. Meds
Ontegensprekelijk een van de beste Placebosongs uit het oeuvre. Molko zwalpt tussen de psychoses door, ijlt, verliest zichzelf in paranoia en vervreemding. Alison Mosshart (The Kills) probeert hem erdoor te sleuren (“Baby, did you forget to take your meds?”), maar kan alleen maar lijdzaam toezien en ondergaan hoe ze meegesleurd wordt in de destructieve spiraal van “sex, drugs and complications“. Het is hét sleutelnummer op een grauwe plaat die vooral handelt over alcohol- en andere verslavingen.
Hoogtepunt: 1’40”. Ontlading na de opgebouwde, jachtige spanning, maar het is zoals bij verslavingen: van bevrijding is geen sprake wanneer Mosshart haar wanhoop uithijgt.
10. Twenty Years
Zwaar ondersteund door elektronica en opgenomen voor de retrospectieve singles-compilatie Once More With Feeling vormt “Twenty Years” de missing link tussen Sleeping With Ghosts en Meds. Voor de basis van de song gebruikte de groep een embryonaal idee van een muzikale vriend die Molko ook al uit de nood had geholpen met de tekst van “Every You Every Me” toen die met een writer’s block zat. De groep maakt er een van hun beste songs van en Molko schrijft er een van zijn mooiste teksten bij.
Hoogtepunt: 1’53”. De omschakeling van elektronische naar akoestische drums waarna de intensiteit stapsgewijs wordt opgevoerd.
11. Brick Shithouse
Placebo heeft zich meer dan eens vastgeneuzeld in een overdaad aan mid-tempo tracks. Waarom dat zo’n zonde is, hoort u aan dit “Brick Shithouse”. En daarom staat het in deze Best Of. Omdat het zo verdomd zeldzaam is dat Placebo zo lekker doorscheurt. Aan een rottempo raast Molko met zijn ritmesectie door dit ogenschijnlijk niemendalletje, dat voor één keer nog eens de gitaartjes van het debuut laat weerklinken.
Hoogtepunt: 0’00”. Gewoon dat begin met al dat elektronisch gefriemel, om dan een riffje from hell los te laten. Meer is echt niet nodig als je dit hebt.
12. This Picture
Het zoveelste emotioneel relaas rond een verloren liefde. In feite kan het niemand wat schelen tot het gaat om alledaagse gevoelens die een donker en brutaal randje meekrijgen. Het gebroken hart van Brian Molko waarop sigaretten worden uitgeduwd en dat allemaal in het licht van een masochistische relatie waarin bepaalde genderpatronen nooit meer dezelfde zullen zijn. Elk nummer dat de band afwerkte, kreeg een bepaalde persoonlijke kern mee, maar op “This Picture” krijg je een zeldzame keer op Sleeping With Ghosts een effectieve inkijk in het persoonlijke leven van Molko.
Hoogtepunt: 1’44”. Dat elektroachtige kermisdeuntje gekoppeld aan die gierende gitaren terwijl Molko zijn eigen angsten rond ouder worden uitspuugt.
13. Without You I’m Nothing
Placebo en Bowie; geen combinatie die op het eerste zicht lijkt te werken, maar op “Without You I’m Nothing” word je getrakteerd op misschien wel de beste samenwerking die de band ooit is aangegaan. In toenmalige interviews liet Bowie graag optekenen een grote fan van de Londenaars te zijn; het feit dat de band op dat moment meer weltschmerz uitschreeuwde dan de jonge Werther, zorgde voor een ongekende aantrekkingskracht en dito muzikaal vuurwerk. Dat Bowie zich ook niet te beroerd voelde om het nummer samen live te brengen, maakt het geheel er alleen maar mooier op.
Hoogtepunt: 1’55”. “I’m unclean, a libertine / And everytime you vent your spleen / I seem to lose the power of speech”, twee grote muzikale outsiders die elkaar vinden en elkaar enigszins moeiteloos emotioneel op de spits drijven.
14. Begin The End
De optimistische toon op Loud Like Love ruimt hier baan voor de keerzijde van de liefdesmedaille. We zijn voyeur bij het bittere einde van een koppel, dat oog in oog met elkaar in de hal lijkt te staan vlak voor het afscheid: “You and I kept looking to transcend / The fact that I was breaking to your bend / But this is now and sadly that was then / And tonight’s the night, that we begin the end”. Gitaren als het strijkersensemble op de Titanic en in de instrumentale stukken als een soundtrack bij herinneringen aan toen het beter was. Ondertussen wordt er gehuild, schuld gezocht, gegeven en op zichzelf genomen.
Hoogtepunt: 5’03”. Bij elk laagje gitaar extra, wordt de onontkoombaarheid duidelijker.
15. Bitter End
Brian Molko heeft 1984 gelezen en schrijft een liedje. Maakt niet uit. Wat wel belangrijk is: Brian Molko heeft een killermelodie bedacht, smijt daar een lekke riffje onder, en bas en drum jagen hem naar het gaatje. Een druppelend pianootje plonst er doorheen. Popmuziek hoeft echt niet moeilijker dan dat te zijn.
Hoogtepunt: alweer 0’00”. Beste. Placeboriffje. Ooit.
Placebo viert op 19 november twintig jaar mascara en tranen in Het Sportpaleis.