Een zeevonk is een spookachtige blauwe gloed die door de beweging van het water een flitsend beeld veroorzaakt. Het is ook een pittig blond biertje uit Koksijde, maar het is vooral een innemende Vlaamse film die op de laatste editie van het Internationaal Filmfestival van Berlijn enthousiast onthaald werd en deze week aan zijn veroveringstocht in eigen land mag beginnen.
In een wereld waarin alles in hokjes moet geplaatst worden komt Zeevonk bijna automatisch in de categorie van de jeugdfilm terecht. De hele film mag dan wel rond de jonge Lena draaien – een indrukwekkende 14-jarige Saar Rogiers die hiermee aan haar debuut toe is – het is toch een aanrader voor alle leeftijden, al was het maar omdat dit drama over het Oostendse vissersmilieu over universele gevoelens gaat waarmee iedereen, vroeg of laat, geconfronteerd wordt. Vanaf de openingscène merken we het markante camerawerk van Anton Mertens op die van Oostende een personage op zich maakt, met op de voorgrond de innemende beelden van de innige vriendschap tussen Lena en haar vader (Valentijn Dhaenens) met de Noordzee als vriend (voor eventjes toch) die hun doen en laten verbindt. De vreugde krijgt een fatale breuk wanneer Lena’s familie het mistroostige nieuws te horen krijgt dat vaderlief samen met de rest van de bemanning van De Zegevier in vol noodweer is omgekomen op de Noordzee.
Zeevonk gaat over rouwverwerking en zorgt voor een emotionele kaakslag die na het verlaten van de bioscoopzaal nog lang blijft nazinderen. Maar hoe hard en onomkeerbaar het allemaal ook is, Domien Huyghe die hiermee als regisseur aan zijn filmdebuut toe is, kiest voor een evenwichtige balans tussen intens verdriet en hoop. Daarvoor greep hij samen met zijn zus Wendy (die het scenario schreef) terug naar zijn eigen leven, en wel naar de periode waarin hij zijn eigen vader op jonge leeftijd verloor door een hartaanval. Het verwerken van de dood is een deel uit het leven dat je niet uit de weg kan gaan, maar iedereen verteert het op zijn eigen manier.
Dat laatste lijkt onmogelijk voor Lena die het maar niet kan verkroppen dat haar vader er niet meer is, en nog minder dat hij met zijn reputatie als waaghals van Oostende door sommigen de schuld krijgt van het fatale ongeluk. Lena gelooft hier niks van en zoekt de verklaring op de bodem van de zee waar een meedogenloos monster huist dat haar vader van haar weg rukte. Haar moeder (Hilde De Baerdemaeker) probeert er terug bovenop te geraken door bijna weer van nul te beginnen, terwijl haar broer Jules (Thibaud Dooms) zich op zijn eigen carrière als rapper stort. Voor dat laatste werd Thibaud bijgestaan door Brihang wiens muziek je meermaals doorheen Zeevonk hoort en het drama nog een extra weemoedig tintje bezorgt.
Hoewel Zeevonk over een zwaar onderwerp gaat en bepaalde scènes voor een gemeende krop in de keel zorgen, laat Huyghe niet na om er ook wat humor in te lassen. Dat lukt vooral met de geslaagde vertolkingen van Sebastien Dewaele als cafébaas Fluppe of Zouzou Ben Chikha als Lena’s zeiltrainer, maar eveneens door de ontluikende liefde tussen Lena en Vinnie (Sverre Rous die eerder zijn debuut maakte in Dealer). Huyghe koos ervoor om zijn debuut volledig in het Oostendse dialect op te nemen, niet zo zeer als fun factor maar wel om het hele aangrijpende verhaal een nog grotere authenticiteit te bezorgen, wat overigens aardig is gelukt. Zonder ook maar één keer toe te geven aan meligheid of clichés grijpt Huyghe je bij de keel waardoor Zeevonk een plaats verdient tussen recente Vlaamse klappers als Close of De Acht Bergen.