Laat u niet misleiden door de pastorale filmaffiche van Lamb! Actrice Noomi Rapace is geen gesublimeerde versie van moeder Maria en het lammetje, dat nochtans op kerstavond geboren wordt, is niet het Lam Gods. Kersvers debutant Valdimar Jóhannsson laat ons maar liefst vijfenveertig minuten wachten op ‘de grote onthulling’. Ons vermogen om toch mee te gaan in het ongeloofwaardige, de zogenoemde ‘suspension of disbelief’, wordt hierna aardig op de proef gesteld. Niettemin slaagt de Ijslandse cineast erin om de touwtjes grotendeels in handen te houden door zijn onderwerp heel serieus te nemen.
Ingvar en Maria zijn een stug boerenkoppel dat zich elke dag uit de naad werkt op hun afgelegen boerderij in Ijsland. Hun dagelijkse routine wordt plots onderbroken door een wonderbaarlijke geboorte bij een van hun schapen. Maria ontfermt zich onmiddellijk om het bijzondere lammetje, dat al gauw de naam Ada draagt. Ook Ingvar krijgt vrij snel gevoelens voor zijn ‘nieuwe dochter’. Als Pétur, de nogal onbeholpen broer van Ingvar, komt aanwaaien, wordt de sociale en zelfs de seksuele orde van het jonge gezinnetje zwaar verstoord. De dreigende aanwezigheid van de echte moeder van Ada en ‘indringer’ Pétur provoceren Maria zodanig dat ze haar gezinnetje koste wat het kost wil beschermen.
In de internationale filmpers werd Lamb snel vergeleken met Gräns, de Zweedse film uit 2018 met een al even uitzinnige premisse. De Zweedse film was echter meer dan zijn ‘high concept’ en bleek uiteindelijk zijn tijd ver vooruit in de invulling van de genderidentiteit van de personages. De Ijslandse film gaat nog subtieler te werk in zijn benadering van thema’s als moederschap en traumaverwerking. Regisseur Jóhannsson en scenarist Sjón maken immers duidelijk dat de mens nog altijd deel uitmaakt van de dierenwereld en dat de mechanismen die daar gelden om problemen op te lossen even goed opgaan voor de mensheid. Als Pétur in beeld komt, moet Maria niet alleen de rol van moeder en echtgenote vervullen, maar ook die van schoonzus. Als er seksuele gevoelens de kop opsteken bij haar schoonbroer worden die in eerste instantie gekanaliseerd door sport en spel. Maria, Pétur en Ingvar kijken naar het voetbal en spelen handbal. Dit werkt echter maar tijdelijk en uiteindelijk wordt schoonbroer Pétur letterlijk op de bus gezet en dus ‘verbannen’ om de eenheid van het gezin niet verder te verstoren. Hetzelfde mechanisme zien we bij beren. Als er een concurrerend mannetje in de troep verschijnt, bedreigt deze de eenheid van de troep. Met het nodige gegrom of zelfs met een regelrecht gevecht wordt hij uiteindelijk uit de groep gestoten. Dit is slechts één voorbeeld van de vele parallellen met de dierenwereld die we in het door de filmpers sterk verguisde tweede hoofdstuk van de film te zien krijgen. Er is dus meer gaande dan we op het eerste zicht kunnen bevroeden.
Sterk verankerd in de Ijslandse mythes en sagen is Lamb een eigentijds sprookje dat ons herinnert aan de werkelijke functie van dergelijke verhalen. Traumaverwerking en hoe je het moederschap het best kan invullen, worden hier op een gesublimeerde manier gepresenteerd om onze omgang met deze onderwerpen te vergemakkelijken of om ons te waarschuwen dat we bepaalde grenzen niet mogen overschrijden. In een interview naar aanleiding van Lamb vertelde actrice Noomi Rapace dat haar grootmoeder haar altijd waarschuwde voor waterelfen telkens ze een rivier overstaken. Kleine Noomi kwam daarna nooit meer te dicht bij de snelstromende Ijslandse rivieren. Een mooi voorbeeld van de manier waarop folklore ons tegelijk amuseert, op de vingers tikt en begeleidt op ons levenspad.