Hoezo, indie ligt op apegapen? Wat nou, gitaarrock is iets voor dudes? Negeer die tot op de draad versleten doemberichten maar. Rock mag dan niet het meest populaire genre van het moment behoren, dood is het allerminst. Het huidige muzieklandschap is bezaaid met artiesten die de mosterd halen bij alt-rock uit de jaren 90, en vaker wel dan niet lijken vrouwen aan het roer te staan.
Dit is in feite geen nieuws. Pitchfork duwt Snail Mail dan wel naar voor als “de toekomst van indie”, het is realistischer hen te zien als een onderdeel van de golf jonge, vrouwelijke singer-songwriters en gitaristen die de laatste jaren hun ster zien rijzen. Denk aan Courtney Barnett, Waxahatchee, Japanese Breakfast, Charly Bliss, Soccer Mommy, Julien Baker, Phoebe Bridgers en talloze anderen.
De drijvende kracht achter Snail Mail (slang voor de handbedeelde postbedeling) is de 19-jarige Lindsey Jordan, afkomstig uit Baltimore. De grootste gemene deler tussen die groepsnaam en de bijhorende sound: een gematigd tempo in een voorbijrazende wereld. Het etiket ‘slacker’ lonkt, maar daarvoor blijft Jordan te ver weg van groezelige jingle jangle en is er een gebrek aan geluidseffecten op haar heldere stemgeluid. ‘Clean’ en ‘afgemeten’ zijn hier de ordewoorden. Op single “Pristine” doen vage echo’s van Sonic Youth haasje-over met meer gespierde gitaarakkoorden. “I’ll never love anyone else” lacht Jordan half sarcastisch met haar eigen gevoel voor melodrama. Even later roept ze met een zin als “It just feels like the same party every weekend, doesn’t it?” de luxe van onbezorgde verveling op die het tiener zijn met zich meebrengt. Dit is in wezen wat elk nummer op Lush ons biedt: een blik op de wereld van een jonge vrouw die aan het begin van haar leven reflecteert over wat was, is en nog moet komen (“We can be anything”). En ja, dat blijken vooral simpele, maar oprechte observaties over opgroeien, romantiek en de pijnlijke hel van onbeantwoorde liefde te zijn. Die transparante, eerlijke vertelstijl knipoogt nog het meest naar Liz Phair, wiens Exile In Guy Street net zijn 25ste verjaardag viert.
Het zwoele “Heat Wave” vult de warme textuur van Jordans gitaargepluk aan met enkele riffs die iets meer snijden, al blijft ‘snijden’ relatief bij een bevredigende slow burn. Zelfs over de krachtigste nummers op Lush hangt een zomerse, gouden gloed en nooit overstijgen die het mid-tempo ritme. Daarin ligt meteen de grootste potentiële zwakte: slaapverwekkende monotonie gespreid over 10 nummers die vaak eenzelfde recept volgen. Tracks als “Pristine”, “Heat Wave” en “Full Control” hebben de grootste impact, maar al te vaak kabbelen nummers haast ongemerkt voorbij en vervagen de melodieën als weggespoelde voetafdrukken bij hoog water. Net daarom werkt de toevoeging van een vleugje Franse hoorn op “Deep Sea” als een vingerknip die je terug bij de zaak brengt en kan een eenvoudige ballade als het mooie “Let’s Find An Out” de waas doorbreken. Het gepingel met lichte reverb, verstrengeld met nauwelijks hoorbare bas en drums, werkt hier wonderwel.
En toch… Het creëren van buzz rond een jonge getalenteerde artieste, zoals hier het geval is, is niet zonder gevaar: uiteindelijk kan men er een pak minder bij voelen dan verhoopt. Snail Mail levert een traag ontbrandend en verdienstelijk debuut af, maar aan het einde van de rit blijken te weinig nummers te beklijven. Daartegenover staat dat wie het gevoel van ennui-voor-adolescenten wil herbeleven, ongetwijfeld een grote klik zal voelen en de zoektocht naar een low key zomersoundtrack kan staken. Het leven hoeft niet altijd intens te zijn.
Snail Mail staat op 11 november in Départ (Kortrijk).