Rare jongen, die Walt Disney. De man maakte naam als grote
kindervriend, maar was in werkelijkheid een chagrijnig alcoholicus
met nazistische sympathieën. Over zijn partijkaart bestaan
weliswaar nog twijfels, maar een rechtse rakker was hij zeker. Zo
had hij een belangrijke poot in de door John Wayne opgerichte
‘Motion Picture Alliance for the Preservation of American Ideals’,
een organisatie die vooral in de jaren veertig donkerbruin getint
was. Redelijk schizofreen allemaal, want net in die tijd bracht
Disney ook zijn meest experimentele films uit: in 1940 was er het
muziekspektakel ‘Fantasia’, een jaar later volgde ‘Dumbo’. Die film
moest vooral het financiële fiasco van ‘Fantasia’ doen vergeten,
maar groeide niettemin uit tot de studio z’n onconventioneelste
product. Die eer heeft de prent vooral te danken aan de geniale,
psychedelische sequens waarin Dumbo roze soortgenoten ziet tangoën,
nadat hij per ongeluk een fles champagne heeft leeggeslobberd. Om
een lang verhaal kort te maken: bezopen olifanten doen de
inventiviteit van een film nooit kwaad en het zag er op het eerste
gezicht dan ook oké uit voor ‘Water for Elephants’, een circusepos
van Francis ‘I am Legend’ Lawrence waarin Robert Pattinson de
olijke dikhuid Rosie tientallen emmers whisky voorzet.
Nazdrovje!
’t Moet zijn dat er aan die redenering toch ergens iets schort,
want veel vindingrijkheid viel er in deze tamme bedoening toch niet
te bespeuren: zo gedurfd als ‘Dumbo’ in zijn tijd was, zo braaf
plooit ‘Water for Elephants’ zich naar de hedendaagse normen. We
schrijven 1931, de Verenigde Staten hebben zwaar te lijden onder de
Grote Depressie. Tegen die achtergrond vertolkt R-Pattz de rol van
Jacob Jankowksi, een 23-jarige snul die op het punt staat zijn
diploma als dierenarts te behalen wanneer zijn beide ouders
jammerlijk komen te gaan. Totaal ontredderd laat hij zijn studies
voor wat ze zijn, trekt hij de hort op en sluit hij zich als
verzorger aan bij Circus Benzini. Daar schopt Jacob het al snel tot
vertrouweling van de ongelikte directeur August (Christoph Waltz),
maar laat hij tegelijk zijn felblauwe oog vallen op diens vrouw
Marlena (Reese Witherspoon). Het zal u niet verwonderen dat daar
serieuze vodden van komen.
Dat je de plot in drie zinnen kan samenvatten terwijl de film
twee uur duurt, laat ook al niet veel aan de verbeelding over:
ondanks de circussetting is ‘Water for Elephants’ een dodelijk
saaie boel. Het centrale conflict is al na twintig minuten
duidelijk, maar de afwikkeling ervan wordt nodeloos lang uitgesteld
en nergens wordt een verrassende wending ingelast. Zo krijgen we
eerst een zeer stapsgewijze ontvouwing van de liefde tussen Jacob
en Marlena, waarna August hun affaire al even schoorvoetend
ontdekt. Dat beide evoluties ook parallel hadden kunnen lopen, daar
had scenarist Richard LaGravenese blijkbaar niet aan gedacht. Door
zo langzaam naar het einde toe te werken, dicht hij het verhaal
bovendien een soort noodlottigheid toe die niet echt past bij de
banaliteit van de historie. Ondanks het decor van de Grote
Depressie en de losse handjes van mijnheer de directeur, heeft
‘Water for Elephants’ immers vooral oog voor de romantiek van het
circusleven. De film sluit dan wel af met veel
pathetiek, maar echt tragisch is het allemaal niet.
Die poëtische invalshoek wordt ook op vormelijk vlak
doorgetrokken. Goed een derde van de film bestaat uit feeëriek
gefilmde circusvoorstellingen vol slow-motion, zwierige
camerabewegingen en picturale shots in tegenlicht. Cinematograaf
Rodrigo Prieto (‘Wall Street: Money Never Sleeps’, ‘Brokeback
Mountain’, ‘Babel’, ’21 Grams’) is natuurlijk geen pannenkoek en
die scènes zien erg fraai uit. Op zijn best doet die
sprookjesachtige esthetiek zelfs denken aan de flashbacks van Doll
uit ‘The Thin Red Line’. Jammer is echter dat hij die dichterlijke
stijl ook buiten de arena hanteert, zodat het op den duur nogal
overdreven wordt en het sowieso al geromantiseerde verhaal nog
verder van de harde werkelijkheid komt te staan. Voorbeeld: wanneer
Jacob en Marlena op ’n drafje seks hebben in een luizig motel,
heeft dat meer weg van een soort surreële, onbevlekte ontvangenis
dan van een snelle wip.
Daarnaast is ook Reese Witherspoon niet echt believable
als onweerstaanbare thirties-vamp. Iele Reese blijft ook
met een Jean-Harlowcoupe en een pin-uppy outfit meer een
girl next door dan een hete truffel, wat pijnlijk is voor
een verhaal dat zijn centrale – en enige – conflict ontleent aan
het sexappeal van zijn female lead. Pattinson overtuigt
wel als charmante dierenarts, al doet hij hier in goede
‘Twilight’-traditie eigenlijk niet veel meer dan met half
dichtgeknepen ogen smachtend naar een vrouw pieren. Maar kom, het
is duidelijk dat die jongen talent heeft: David Cronenberg heeft
hem heus niet alleen voor zijn sexy five o’clock shadow
uitgepikt voor de hoofdrol in ‘Cosmopolis’ (release gepland voor
2012). Wij zagen hem in ”Water for Elephants’ alleszins liever
bezig dan Christoph Waltz, die verplicht werd zijn kunstje uit
‘Inglourious Basterds’ nog eens dunnetjes over te doen. Helaas:
buiten de ironische context van een Tarantino-film valt de
gestoorde Hanz Landa keihard op zijn gat. Geen bingooooo
voor hem, dus.
Francis Lawrence heeft met ‘Water for Elephants’ op veilig
gespeeld: alle potentiele weerhaken van het verhaal zijn vakkundig
afgestompt om de crowd te pleasen en geen diepe
wonden te slaan. Gevolg is dat de film ook geen diepe indruk maakt,
terwijl er op zich best veel potentieel in het verhaal zit. Echt
warm of koud kregen we het er dus niet van, al zagen we wel een
klad schone beeldekes en hoorden we een handvol fijne
muziekjes. Enfin, u zal op de uiterlijkheden moeten
letten, wilt u zich hier niet te pletter vervelen. ’t Is eens iets
anders.