Het deels op ware feiten gebaseerde Tatami handelt over twee vrouwen die de strijd aanbinden met een patriarchaal systeem. Met deze prangende film wordt meteen een stukje geschiedenis geschreven, want het markeert de allereerste samenwerking tussen een Israëlische regisseur en een Iraanse cineaste/actrice.
Tatami zoomt in op Leila Hosseini (Arienne Mandi), de aanvoerster van het Iraanse judo-team. Halfweg het wereldkampioenschap in Georgië – waar ze furore maakt en zelfs haar meest geduchte tegenstanders in het zand doet bijten – komt de jonge vrouw voor de moeilijkste beslissing in haar leven te staan. De reële kans dat Leila het tijdens haar steile opmars (een medaille ligt immers binnen handbereik) zal moeten opnemen tegen een Israëlische atlete, is een doorn in het oog van het conservatieve en weinig flexibele Iraanse regime. Uit vrees gezichtsverlies te lijden, wordt de coach van Leila voor een ultimatum geplaatst. Zij moet haar pupil ervan overtuigen om een blessure te veinzen en uit de competitie te stappen, zodat de kans onbestaande is dat de atlete zou kunnen verliezen tegen haar Israëlische tegenstandster. Leila is uiteraard niet zomaar van plan haar kans op te geven, tot ook haar familie onder druk wordt gezet.
Filmmaker Guy Nattiv (die onder meer de biopic Golda op zijn actief heeft) en coregisseur Zar Amir Ebrahimi – bekend van haar glansrol in het onthutsende Holy Spider – pleiten met Tatami voor vrouwenrechten en maken samen een vuist tegen onverdraagzaamheid, maar dan zonder dat hun boodschap al te veel overheerst of de prent daardoor aan kwaliteit moet inboeten. De goed gefundeerde film slaagt erin iedere vorm van sensatie te ontwijken, maakt weldoordachte keuzes en bouwt gestaag naar een crescendo toe. Voor een film die zich situeert in een milieu waar ik zelf geen enkele affiniteit mee heb, zijn de verwikkelingen behoorlijk meeslepend. Uit de summiere plot groeit dan ook gelukkig een stevige politieke thriller die u niet onberoerd zal laten.
Het koortsachtige verhalende ritme van Tatami laat zich ook voelen in de dynamische montage van Yuval Orr en de vormgeving van DOP Todd Martin. De camera (die bijna altijd in de directe omgeving van de protagoniste blijft) beweegt achter de schermen quasi onafgebroken door smalle gangen, grauwe kantoren of kleine kleedkamers, wat in schril contrast staat met de grootte van de sportarena. Martin weet optimaal gebruik te maken van deze beperkte filmische ruimte en hanteert het compacte 4:3-formaat om op overtuigde manier een claustrofobisch gevoel op te wekken. Ook de sterke zwart-witfotografie blijkt een goede keuze.
Wat Tatami tot slot zeker naar een hoger niveau tilt, zijn de doorleefde vertolkingen. Zar Amir Ebrahimi geeft eens te meer het beste van zichzelf. Haar tegenspeelster Arienne Mandi, die door televisiewerk de nodige ervaring opdeed en vooral bekendheid verwierf met The L-Word: Generation Q, is zeer geloofwaardig in een zowel fysiek als dramatisch veeleisende rol: een judoka die van haar lichaam een politiek instrument moet maken. De scène waarin Leila de uitputting nabij is en vervolgens haar hoofddoek afwerpt om haar lange donkere lokken die eronder verscholen zitten aan de buitenwereld te onthullen, is een mooi symbolisch gebaar en tegelijkertijd een heel sterke scène.