Aangezien de zoveelste poging om de Ghostbusters-franchise nieuw leven in te blazen in 2021 met Afterlife voldoende geld opbracht (al lag dat vooral aan het relatief bescheiden budget), staat er drie jaar later een nieuwe aflevering op het programma, die het mag doen met een licht hoger prijskaartje van om en bij de honderd miljoen dollar.
Aan het roer staat niet langer Jason Reitman – zoon van de regisseur van het origineel aan wie deze nieuweling is opgedragen – wel Gil Kenan, die in 2015 een fletse remake afleverde van Poltergeist en die als scenarist meeschreef aan Afterlife. Die voorganger verdronk in de nostalgie, maar ergens zat een halve glimp verborgen van wat een ietwat betere prent had kunnen zijn. Je zou kunnen denken dat het een goed idee zou zijn daarop voort te bouwen, maar dat is dan gerekend buiten het feit natuurlijk dat de Ghostbusters-franchise en enige vorm van inspiratie altijd al een soort contradictie is geweest. En dus is Ghostbusters: Frozen Empire (de vierde ‘officiële’ film als je de reboot en de afkooksels niet meerekent) niet meer dan een vervelende nostalgische trip die werkelijk in iedere scène probeert om knipogen uit te delen naar het origineel: van de plotlijnen, personages, visuele effecten en locaties, tot en met – uiteraard – de titelsong.
Het is ook een teken van armoede dat terwijl de vorige prent bedoeld was om zogenaamd de fakkel door te geven aan een nieuwe generatie, het toch vooral de oude gezichten zijn (Dan Akroyd, Bill Murray, Ernie Hudson, Annie Potts en zelfs nemesis William Atherton treden opnieuw aan) die de boel draaiende moeten houden. De plot opent nochtans met de nieuwe garde (Paul Rudd, Carrie Coon, Finn Wolfhard en McKenna Grace), die in New York het oude hoofdkwartier uit 1984 opnieuw in gebruik heeft genomen en op een geheimzinnig eeuwenoud artefact botst dat als gevangenis fungeert voor een kwaadaardige god die de doden kan controleren en die – wat had u gedacht – vanzelfsprekend zichzelf zal weten te bevrijden. Wat volgt, is niet grappig (tenzij u denkt dat tieners die een vuilniszak achterna zitten in de New York Library hilarisch is), noch spectaculair en maakt bovendien de fatale fout om ook te proberen enig echt drama binnen te smokkelen in de nonsens. De kleindochter van Egon Spengler (de overleden Harold Ramis, die dit keer niet tot leven wordt gewekt met behulp van speciale effecten) voelt zich namelijk eenzaam en beleeft een soort kalverliefde met een geest. Dat zorgt boven op de ongein voor hemeltergend banale dialogen over het belang van ‘familie’ die zo tenenkrullend slecht zijn dat ze gelijkaardige door Vin Diesel gegromde bespiegelingen in de Fast & Furious-franchise doen voelen als Kierkegaard.
Ghostbusters: Frozen Empire is vervelend, ontbeert humor en spanning, en ziet er zo generisch uit als maar mogelijk is – een andere manier om deze totale sof samen te vatten, is er helaas niet.