Het eerste decennium van deze 21e eeuw wordt vaak omschreven als de start van PeakTV, ook wel de tweede ‘Golden Age of Television’ genoemd. De meest geciteerde reeksen voor deze periode zijn The Sopranos, The West Wing, Breaking Bad, The Wire, Lost of Mad Men. Maar er zijn nog een paar topreeksen uit die periode die minder vaak vermeld worden en wat rehabilitatie kunnen gebruiken, denk aan The Shield of 24. Nu, deze twee titels zijn niet toevallig vermeld. 24 grossierde in de heerlijke paranoia waarbij niemand in de Amerikaanse overheid te vertrouwen valt, behalve het hoofdpersonage dat opereert vanuit ‘het doel heiligt alle middelen’. Beide shows shockeerden geregeld de kijkers, al was The Shield wel evenwichtiger dan 24, waarvan toch enkel het 1de en 5e seizoen echt top waren. The Night Agent is dan wel een bewerking van een boek, de showrunner is Shawn Ryan, het brein achter The Shield, en de reeks schurkt qua niveau eerder aan tegen de andere iets mindere seizoenen van 24, al bevat dit niets van het vuile en meedogenloze karakter van 24 of The Shield. Dit is een zeer degelijke maar ook behoorlijk brave reeks geworden. Of die jaren nul echt de hoogdagen waren van kwaliteits-tv is voor interpretatie vatbaar, maar dat die periode gekenmerkt werd door een sympathie voor complexe, moreel ambigue antihelden, dat lijkt dan wel weer een onweerlegbaar gegeven. In deze jaren twintig is “root for the bad guy” niet meer aan de orde, dat is een droge vaststelling en zeker geen oordeel.
The Night Agent is gebaseerd op een boek van Matthew Quirk, een ex-journalist van The Atlantic en The Washington Post. Sinds een jaar of tien is hij voltijds schrijver en probeerde hij al ettelijke boekenseries rond een vast personage op te starten, maar dat kwam precies nooit echt van de grond. Twee boeken rond ene Mike Ford, twee boeken rond ene John Hayes en eentje rond Peter Sutherland, en het is dat laatste dat nu door Netflix werd verfilmd. De naam Sutherland is uiteraard een knipoog naar Kiefer die Jack Bauer speelde in 24, en ondertussen blijkt deze reeks een blijver nu er al meteen een tweede seizoen werd besteld na hoge scores in de kijkcijfers van Netflix.
Het verhaal is zoals het hoort (voor dit genre dan toch) opgebouwd rond allerlei weinig plausibele voorvallen en nog minder gangbare motivaties, maar dat is net een deel van de fun. The Night Agent raast voorbij aan een rotvaart tot aan een grandioze, bijna groteske finale in Camp David waarin het ondanks alles toch goed komt voor Peter Sutherland en Rose Larkin.
(Opgelet, bevat spoilers). We starten met een flashback, die toont hoe Peter een jaar eerder een bomaanslag op de metro verijdelde. De dader ontsnapt hem echter, een dader met een tatoeage van een slang. De Chief of Staff van het Witte Huis, Diane Farr, biedt hem vervolgens een job aan in de kelder van dat gebouw, in een kleine afgesloten kamer zonder vensters: postvatten bij de noodtelefoon voor de ‘Night Agents’, een lijn die nog nooit eerder gebeld werd. Night Agents zijn ultrageheime spionnen die rechtstreeks voor de president werken, los van elke agency (CIA, NSA, ….). Uiteraard wordt er tijdens de shift van Peter nu wel voor het eerst gebruik gemaakt van de telefoonlijn. Rose kreeg het nummer van haar oom en tante net voordat ze werden vermoord, en zij bleken twee geheime agenten voor de regering te zijn. Rose krijgt de raad niemand te vertrouwen, zeker niet in het Witte Huis. Ze vertrouwt dus enkel Peter, die haar beschermt tegen de moordenaars die nu achter haar aanzitten. Een eerste verdachte was FBI-adjunct-directeur Hawkins, maar die wordt algauw dood aangetroffen. Rose en Peter vinden ondertussen een ‘MacGuffin’, een beveiligde harde schijf. Er blijkt een link te zijn tussen de moord op de oom en tante van Rose en de door Peter verijdelde bomaanslag. Niets blijkt te zijn wat het lijkt in dit alles en al snel ontspint het verhaal zich tot een kluwen van ingeloste vermoedens, want wie initieel schuldig leek, is het ook, en alles eindigt in Camp David waar de president een ontmoeting heeft met een buitenlands staatshoofd dat in de ogen van het Witte Huisentourage een terrorist is. Peter wordt aan het eind een volwaardige Night Agent en de reeks wijst dus vlot naar een vervolgseizoen.
De regie van dit alles is vakkundig, zij het volledig gericht op functionaliteit. Geen waanzinnige cuts, camerashakes of andere hyperkinetische foliekes, gewoon heel degelijke beeldtaal. Alles blijft overzichtelijk, nachtscènes en duistere interieurshots zijn voldoende uitgelicht om altijd te weten wie wat waar doet. De acteurs zijn goed gecast, al springt niemand eruit omwille van al te veel charisma. Geen enkel personages steelt immers scènes, het is allemaal heel gebalanceerd. Je zou voor een serie als deze een hoofdrolspeler verwachten met meer aantrekkingskracht, maar de protagonist is in niets opvallend, eerder saai en routineus. Gabriel Basso is dus eigenlijk geknipt gecast (zijn eerdere claim to fame was een van de jongeren – met bril – in Super Eight). Het valt verder af te wachten of het volgende seizoen er komt met of zonder boek van Quirke, het is in ieder geval een ontspannende binge om naar uit te kijken.
The Night Agent is te bekijken via Netflix.