Op haar derde plaat creëert Trixie Whitley een nieuw, elektronisch geluid dat tegelijk aanvoelt als een perfect natuurlijke evolutie. De sound van Lacuna zit haar immers als gegoten.
Het was een hobbelig parcours in aanloop naar deze release, die oorspronkelijk voor de herfst van 2018 gepland stond. Dat uitstel kwam er door Whitley’s afstel van een tour die planmatig en gewoon qua gevoel tout court niet goed viel. Hoogst ongelukkig voor iemand die schrijft en musiceert puur op gevoel. Ze weigerde mee te draaien in een opgelegde ratrace, creëerde ruimte in agenda en hoofd, voor zichzelf als artiest én als moeder van een vierjarige dochter.
Daar is het woord: ruimte. Lacuna. Ze was al geruime tijd bezig met het concept “ruimte”, tot een vriend haar auteur Marguerite Duras leerde kennen, een schrijfster die grossiert in ruimte laten in haar verhalen, die de lezer doelbewust desoriënteren. De luisteraar desoriënteren doet Whitley echter niet, maar ook Lacuna ademt, laat veel ruimte in de muziek en u maakt ervan wat u wilt. Het zijn echte, sterke songs die broeien, verleiden, wat schuren.
Dat komt enerzijds door de inbreng van Run The Jewels-producer Little Shalimar, aan wie ze brieven vol schreef over haar visie. Zijn inbreng is een cruciale verrijking die aanvoelt als een finishlijn voor de muzikale zoektocht van Whitley sinds haar twaalfde. Anderzijds komt het ook door de andere werkwijze die ze toepaste: ze trok met slechts halve songs naar de studio, waar ze er vervolgens op gevoel aan begon te sleutelen. “De studio als extra instrument”, noemt ze het zelf.
Op Lacuna is een ontzettend sterke, zelfbewuste vrouw te horen die twijfels en demonen op tijd de juiste plaats kan geven. Tussen Porta Bohemica en Lacuna is ook de etterbuil van #MeToo opengebarsten, waarbij Whitley opzien baarde met een getuigenis als slachtoffer van aanranding in de van alfamannetjes vergeven muziekwereld. Ook haar statements over de “Trumpisering” van de wereld waren afgelopen jaar niet van de lucht. Het hangt als een parfum over deze plaat, maar wordt pas echt tastbaar in het venijnige “Dandy”, op gang getrapt door een overstuurde sax die een moordende groove inleidt. Het venijn wordt gecounterd met een vocaal spel dat haar in de studio aan het lachen bracht. Het maakt het nummer wellicht efficiënter dan meer voor de hand liggende en weliswaar terechte schuimbekkerij.
Het is vooral op de eerste helft van de plaat dat de muzikale vlucht vooruit tastbaar wordt. Het vorig jaar reeds geloste, briljant zwoele “Heartbeat” voelt ondertussen vertrouwd aan. Zo is het de ideale wegbereider voor songs als “Long Time Coming” en het koortsige “May Cannan”, dat Whitley perfect past als een speciaal op maat ontworpen kledingstuk. En “Touch” is misschien gewoon het beste nummer dat ze tot dusver heeft uitgebracht, waarin buik, hart en gevoel de ratio knock-out meppen: oriëntaalse invloeden en haar elastieken stem deinen zinderend zwoel op een elektronisch spijkerbed.
Een van de sterktes van Lacuna en die nieuwe sound is dat de experimenteerdrang altijd ten dienste staat van de songs. Zo zijn “Time” en “Bleak” de perfecte symbiose van haar eerste officieel uitgebrachte songs met de broeierige analoge elektronica van deze plaat. En “Fishing For Stars” is inderdaad het best gebaat met een akoestisch arrangement. Op Lacuna leeft Whitley haar eigen mission statement na: vanuit eigen sterkte de juiste keuzes maken.
En dat niet alleen muzikaal. Ook zakelijk (zoals de uitgestelde tour) én op andere creatieve vlakken. Drie songs van Lacuna vormen een videodrieluik, gemaakt door Hannah Marshall die eerder samenwerkte met Florence + The Machine, The xx en Goldfrapp. In navolging van haar samenwerkingen met choreograaf Wim Vandekeybus en Kid Koala ontvouwt Whitley zich op enorm natuurlijke wijze tot een veelzijdige artieste. Lacuna mag dan wel als het einde van een muzikale zoektocht voelen, maar klinkt vooral als het definitieve begin van een enorm boeiend, veelzijdig, artistiek parcours.