Een bekende familienaam hebben, is tegelijk een vloek en een zegen. Brent Cobb mag dan wel de neef zijn van Dave Cobb, met zijn debuutalbum toont hij dat ook hij een voornaam heeft om in de toekomst rekening mee te houden.
Die Dave Cobb moet zowat de meest hippe producer zijn in de hedendaagse alternatieve countryscene. De voorbije jaren was hij de man achter de knoppen op albums van schoon volk als Jason Isbell, Sturgill Simpson en Chris Stapleton. Muzikanten die zich niet naar de wetmatigheden van de mainstreamcountry plooien, maar toch commercieel en artistiek succesvol zijn. De ondertussen dertigjarige Brent Cobb is al vele jaren actief in Nashville als songschrijver om den brode. Na al die jaren in dienst van een ander werd het nu tijd om onder eigen naam een album uit te brengen.
Brent Cobb mag dan wel in Nashville wonen, Shine On Rainy Day ademt de sfeer van het platteland uit, van zijn geboortestreek in het rurale zuiden van de staat Georgia. Daar, diep in het hart van het Zuiden, liggen de roots van Cobb. Het resultaat is een album vol muziek die zich ver houdt van het drukke en jachtige stadsleven. Met verhalen over een streek waar de natuurelementen nog steeds een grote rol spelen, waar de mensen nog met de handen werken, waar gewoon rondtrekken al een reis op zich is.
De muzikale uitwerking is grotendeels akoestisch en – zoals we dat van producer Dave Cobb ondertussen gewoon zijn – sober en warm. Opener “Solving Problems” zet meteen de toon: ergens tussen folk en country klinkt het aangenaam en tijdloos. Het is het soort muziek dat evengoed veertig jaar geleden opgenomen had kunnen zijn, maar nog altijd fris en hedendaags klinkt. “South Of Atlanta” is een wals met een refrein dat zo uit de pen van Jason Isbell had kunnen komen. In “Let The Rain Come Down” huist dan weer de geest van Ry Cooder.
Dat muziek echt wel in de genen van de familie Cobb zit, wordt nog meer bewezen door “Country Bound”, een nummer (mede) van de hand van zijn vader Patrick Cobb. Een liedje dat herinneringen oproept aan de country zoals Neil Young die bracht ten tijde van Old Ways. Zo gaat het eigenlijk het hele album door: rustige nummers waarin de pastorale geneugten des levens bezongen worden. Cobb blijft het hele album in dezelfde klankkleur schilderen. De ene keer wat meer uptempo (“Digging Holes”, “Traveling Poor Boy”), de andere keer laidback (“Shine On Rainy Day”). Enkel op slotnummer “Black Crow” mogen de gitaren – met een gastrol voor Jason Isbell – even uithalen.
Met dit debuutalbum lever Brent Cobb meteen zijn visitekaartje af. Shine On Rainy Day is een evenwichtig werkstuk zonder mindere nummers, maar evengoed zonder echte topnummers die het album boven zichzelf doen uitstijgen. Het soort debuut waarvoor we graag het predikaat “veelbelovend” bovenhalen.