De jongens en meisjes van de Leuvense punkrockband Starfucker luisteren naar oerdegelijke namen als Marlies, Stefanie, Mattias en Stijn en zien eruit als innemende jongelui met een gezonde blos op de wangen die altijd hoffelijk met twee woorden spreken en een bord spruitjes gedwee leegeten. U, de luisteraar, wordt door hen aangemaand om hun debuutplaat vol poppy punksongs oorverdovend luid af te spelen.

Een starfucker, uw nederige dienaar is er zelf één: gisteren nog in een weelderig hemelbed een verkwikkend triootje met Jennifer Aniston (wat kan dat mens zeuren over een zekere Brad) en Kylie gehad (Kate Hudson had te elfder ure afgebeld), maar vandaag roept de verdomde recensieplicht en ligt For Crying Out LOUD! ongeduldig op een onderbouwd oordeel te wachten.
Starfucker, naar eigen zeggen grootgebracht op een dieet van Nirvana, The Cure, Hole, Opeth, Lagwagon en hard- en emocore, reeg na haar ontstaan in 2005 een groot aantal optredens aan elkaar en won uit maar liefst drieduizend inzendingen de Labo De Lux-wedstrijd van Luc Janssen. De formatie versierde daardoor een plaatsje op de Pukkelpopaffiche en werd zelfs boven de Moerdijk gesmaakt. Voor hun debuutplaat namen de jonge snaken producer Huub Reijnders onder de arm die helaas door o.a. zijn samenwerking met Krezip of Keane niet echt over geruststellende geloofsbrieven beschikt.
Starfuckers muziek is lekker no-nonsense maar het album bevat vooral tamme dertien-in-een-dozijn punkrocknummers. Snedige uptemposongs als "Over In A Minute" en "Boys Will Be Boys", dat losbarst met een jennerig Offspringachtig "nananananaahnaah", zijn verdienstelijk en bij een nummer als "Tantrum" kan een gemompeld "mja" volstaan, maar meestal baat de mantel der liefde niet.
Een gruwel is het akoestische "Stories": iel gepingel en een zang die doet herinneren aan Sarah Bettens. U begrijpt, vrouwen en kinderen eerst.
Vergeet waterboarding, "You Wear Me Out" en "Gimme A Break" zijn als marteltechniek ideaal om bekentenissen uit de onbuigzaamste Guantanamo Bayverdachte los te peuteren en een nummer als "Sorrow" is simpelweg irritant schreeuwerig. Dat frontvrouw Marlies in een zeurderig, ver van loepzuiver Engels als een Kim Wilde met ADHD zingt, doet de ganse zaak ook geen goed.
Aan hun enthousiasme kan geen afbreuk gedaan worden en een poging tot explosieve Foo Fightersrock in "All The Way" en "Better Than That" is live en na inname van het nodige geestrijk vocht waarschijnlijk best te pruimen, maar oprecht ziedend en geïnspireerd als Dave Grohl en de zijnen is Starfucker allerminst.
"We drew a line, a line we never meant to cross": tekstueel wordt er bij de Foo Fighters van den Aldi niet op een cliché meer of minder gekeken. De lucht is zwanger van woorden als "dreaming", "wondering", "shouting" en "breathing", de luitjes voelen zich "agitated" en "frustrated" en laat dat laatste nu net het gevoel van elk manhaftig recensent na het beluisteren van dit schijfje zijn. Een gehavend puberhart zal er weliswaar wel bij varen.
Neemt u eens de proef op de som: zelfs de albums van The Ramones in hun nadagen speelden de Green Days, Blink 182s, Good Charlottes en het ziljoen andere duffe MTV-punkrockgroepjes op een hoopje. Ook in de Lage Landen staat ergens een verholen fabriekje waar bandjes à la Janez Detd., Nailpin of de Nederlandse gesel Di-Rect worden vervaardigd. Met Starfucker is een nieuw product van de band gerold: nep, zielloos, gemakzuchtig, eentonig en gevaarlijk als een tandeloos besje. Hey ho let’s go nog aan toe, Joey, Johnny en Dee Dee draaien zich om in hun respectievelijke graven. Of nog: waar zijn de Paranoiacs als je ze nodig hebt?
Wie wil horen hoe het echt moet, grasduint best in de oeuvres van The Hives, Blood Red Shoes, Be Your Own Pet of menig andere boeiende punk- of garagerockband.
"Foreplay is over, it’s time to fuck!" mompelt klasbak Mickey Rourke in de ninetiesthriller White Sands, om te kennen te geven dat de zaken dringend aangepakt dienen te worden. De hoogste tijd om te fucken dus, beste Starfucker.



