Over stoffige vlakten draven we in troep, nu en dan luid hinnikend, zeker van onszelf en de lange weg die we nog af te leggen hebben. Wanneer de nacht valt, zullen we halt houden terwijl enkelen onder ons de wacht optrekken. Het gevaar slaat steevast in de duisternis toe, maar eens de eerste zonnestralen onze huid verwarmen, zullen we opnieuw draven en hinniken van levensvreugde.
Band Of Horses stormt ongegeneerd onze huiskamer binnen met Everything All The Time, dat titelgewijs weinig bescheidenheid aan de dag legt. Het prachtige artwork trok onze aandacht, maar het zijn de vaak langoureuze melodieën die ons blijvend aan onze stoel nagelden, ademloos. Uiteraard zijn we het eens met onze collega’s die in Band Of Horses echo’s horen van My Morning Jacket en The Shins, zij het dat de songs deze maal baden in een psychedelische sfeer.
Maar Band Of Horses is meer dan een psychedelische variant op The Shins of My Morning Jacket: "The First Song", zoals het eerste nummer toepasselijk gedoopt is, bijt de spits af. De drum gaat voluit voor het betere cimbalenwerk en de gitaren laten hun uithalen eindeloos nazinderen opdat Ben Bridwell zijn falsetto, die ergens tussen Jonathan Donahue (Mercury Rev) en Jim James (My Morning Jacket) zweeft, ten volle op de voorgrond plaatsen kan. Onmiddellijk wordt de sterkte maar ook de zwakte van Band Of Horses duidelijk: Bridwells stem is duidelijk love-it-or-hate, een tussenweg zit er niet in.
In "Wicked Gil" wordt het evenwicht al wat meer hersteld, al blijft de stem het hoge woord voeren. "Our Swords" plukt zijn baslijntje uit de Pixies-backcatalogue maar meet zichzelf wel een eigen identiteit aan door zacht te rocken en Bidwell ingehouden te laten zingen. Ook in "The Funeral" — kan het anders — is het soberheid troef. Voorzichtig worden de gitaren aangehaald om na anderhalve minuut dan toch voluit te gaan in een song die openbarst: "Every occasion I’m ready for a funeral".
Met "Part One" wordt de kaart van My Morning Jacket voluit getrokken: al klinkt de indie-alt.country een weinig psychedelischer dan we van Jim James en de zijnen gewend zijn. "The Great Salt Lake" mag zich opnieuw een strakker rockjasje aanmeten en ook Bidwell schakelt zijn stem nu en dan in een hogere versnelling, al blijft het een voorzichtig aftasten van grenzen. Dat "Weed Party" daarna iets uitbundiger mag starten, is — nomen est omen — niet geheel onverwacht te noemen.
De kater volgt in "I Go To The Barn Because I like The", dat zich zachtjes ontplooit. Bidwell wordt deze maal ondersteund door Mat Brooke, wiens warme gebrom wonderwel samengaat met Bidwells ijle stem. Ook "Monsters" houdt het beleefd en rustig: Bidwell beperkt zijn typerende zang tot een enkele uithaal en klinkt opvallend zacht, net zoals in "Saint Augustine", waar Brooke opnieuw voor de tweede stem zorgt.
Band Of Horses draaft op Everything All The Time rustig verder in de woestenij die tussen My Morning Jacket en The Shins ligt, en waar peyotes de enige planten zijn die de continue droogte weten te overleven. Everything All The Time is geen hapklare brok psychedelische emopop/alt.country geworden, vooral niet vanwege Bidwells typerende zang. Maar wie zich daar mee verzoenen kan, haalt zonder meer een te koesteren kleinood in huis.