Ruim tien jaar zijn er verstreken sinds Tallulah Hazekamp Schwab achter de camera stond voor de tv-reeks Taart en ook Dorsvloer vol Confetti, de debuutroman van Franca Treur, bewerkte tot een succesvolle langspeelfilm. Nu laat de in Noorwegen geboren, maar in Nederland gevestigde scenarist-regisseur opnieuw van zich horen met een eerste Engelstalige productie.
In het prettig gestoorde Mr. K speelt Crispin Glover een rondreizende illusionist die de eindjes aan elkaar probeert te knopen en in kleine zaaltjes of cafés optreedt voor een ongeïnteresseerd publiek. Als hij de nacht doorbrengt in een afgelegen hotel, raakt de goochelaar echter verstrikt in een kafkaiaanse nachtmerrie.
Uit deze simpele premisse groeit een even bizarre als donker komische film die de grenzen van de absurditeit aftast en existentiële vragen oproept zonder een eenduidig antwoord te bieden. Mr. K herinnert vaag aan het werk van Tim Burton, Terry Gilliam of Jean-Pierre Jeunet. Zonder zich met deze illustere namen te kunnen meten, komt de Noors-Nederlandse cineast toch uit de hoek als een creatieve duizendpoot. Ze zet de vreemde capriolen van het hoofdpersonage om in een kleurrijke chaos die met zichtbaar plezier op de spits wordt gedreven.
Het merkwaardige Mr. K, dat voor meerdere interpretaties vatbaar is, kan gezien worden als een surrealistische reis naar het onbekende. Het is een film waarin je nooit goed weet wat je als kijker te wachten staat en niets is zoals het lijkt. Die raadselachtige sfeer wordt trouwens al van bij de start opgeroepen: wanneer de protagonist zijn intrek neemt in het bouwvallige hotel, treft hij een zonderlinge man aan onder zijn bed en heeft een kamermeisje zich stilzwijgend verscholen in z’n kledingkast.
Nagenoeg de hele film speelt in de beslotenheid van het etablissement, waarvan K ten alle koste tracht om de uitgang te vinden. Hoeveel gangen hij ook doorkruist, hoeveel hoeken K ook omslaat of trappen hij wel neemt, de lobby lijkt in rook te zijn opgegaan. Het is een schier eindeloos labyrint dat ontsproten zou kunnen zijn aan de fantasie van M. C. Escher – al lijkt ook de geest van de Britse schrijver Lewis Carroll nooit ver weg.
De charme van Mr. K zit in de kleine dingen. De geestige vertolking van Crispin Glover draagt daar zeker toe bij. De veelgeprezen karakteracteur, die zijn faam dankt aan de kaskraker Back to the Future, is geknipt in de titelrol. Tallulah Hazekamp Schwab omringt haar antiheld met een bonte stoet aan nevenpersonages, maar de echte ster van de prent is met voorsprong de bijzondere setting. Met zijn saaie groen- en bruintinten, afbladderende verf en rammelende pijpleidingen, is dat bepaald geen toeristische trekpleister of een verblijfplaats om vrolijk van te worden. In de handen van production designers Manolito Glas en Maarten Piersma wordt het muffe hotel zowaar een personage op zichzelf (de muren lijken te kronkelen als een levend wezen en uit de geheime deuren komt plots een volledige fanfare tevoorschijn). De film heeft op visueel vlak in ieder geval meer te bieden dan de aanblik van het in verval geraakte hotel. Dat de plot naarmate het verhaal zich verder ontvouwt hier en daar wat begint te haperen, kan de pret niet bederven.