Er bestaat zoiets als artistieke vrijheid: het vermogen van een kunstenaar om zijn visie en interpretatie op te dringen aan het werk dat hij creëert. Wanneer het op film aankomt wordt dat al eens vergeten, zeker als het over verfilmingen van historische feiten gaat. Het lijkt wel alsof films over belangrijke periodes in de geschiedenis de perfecte uitnodiging zijn voor mierenneukers om nog eens naarstig met het vingertje te wijzen. Kijk maar naar recente voorbeelden als Zero Dark Thirty en Lincoln. Beide films kregen enige tegenkanting omwille van hun historische accuraatheid en hun portrettering van bepaalde feiten. Ons antwoord daarop is (in de onsterfelijke woorden van een bepaalde mediageile plastische chirurg die we nog niet écht gemist hebben sinds hij niet meer op tv komt): ga toch in een ander hol keffen! Een volkomen objectieve film afleveren is compleet onmogelijk en het dramatiseren van historische feiten is soms een noodzaak om aan de wetten van de cinema te voldoen. Zolang de filmmaker maar trouw blijft aan het historische belang van zijn verhaal. Met het Chileense politieke drama No was het weer hetzelfde liedje. Volgens de één een banalisering van de geschiedenis, volgens ons gewoon een knap gemaakte prent over de kracht van de media en de marketingmachine.
No neemt ons mee naar het Chili van eind jaren tachtig. Het land wordt nog steeds geregeerd door het dictatoriale bewind van Augusto Pinochet, maar de internationale druk op de wanpraktijken van de Chileense leider wordt steeds groter. De overheid is verplicht om een referendum te houden waarbij het volk dient te beslissen of Pinochet nog acht jaar mag aanblijven of niet. Daarbij krijgt de oppositie elke dag vijftien minuten zendtijd op de staatszender om het volk te overtuigen om nee te stemmen. Om een goede campagne uit te dokteren wordt de hippe en jonge reclamemaker Réne Saavedra (Gael García Bernal) aangetrokken. Deze Chileense Don Draper verwerpt het idee om al de gruwel van Pinochet aan te kaarten in de campagne, maar opteert voor een luchtigere en flitsendere aanpak om het land te overtuigen van el tata’s wanbeleid. Gehinderd door de koppige visie van links op de No-campagne en de dreigementen van rechts probeert Saavedra zijn land via de beeldbuis een nieuwe koers te doen varen.
“Een grove simplificatie die niets te maken heeft met de realiteit”, wist Genaro Arriagada, de toenmalige directeur van de No-campagne, te melden over de film. Een reactie waar we enigszins kunnen inkomen. Natuurlijk zal het verlies van Pinochet in 1988 niet enkel te danken zijn aan een uitgekiende media-actie en zullen er ook andere factoren hebben meegespeeld, maar zoals we eerder al vertelden: dit is film. “No” concentreert zich specifiek op de opbouw van de televisie-uitzendingen van het No-kamp om het publiek ‘nee’ te doen stemmen en stelt de mensen achter heel dit gebeuren op als centrale helden. Dat kon zeer eenzijdig en naïef hebben geleken, mocht regisseur Pablo Larrain er niet zo’n beheerst en onderhoudend politiek mediadrama van gemaakt hebben.
Larrain mikt nooit op een thriller met Amerikaanse allures, maar behoudt steeds een bewonderenswaardig historisch bewustzijn en forceert nooit het tempo van zijn film. Wat meteen opvalt is zijn opmerkelijke visuele stijl. Waar de meeste regisseurs tegenwoordig voor digitaal opteren, kiest Larrain er voor om de hele prent te draaien op Sony U-matic videocassettes, een formaat dat in de jaren tachtig gebruikt werd voor Chileense nieuwsuitzendingen. Daardoor krijgt de film een felle retrolook die de grens tussen de fictie en de archiefbeelden zeer dun maakt en het verhaal een weinig geziene historische validiteit meegeeft. Als kijker is dit even wennen, maar het zorgt er ook voor dat je onmiddellijk mee bent met de hele sfeerschepping, setting en periode. Geen afgelikte digitale beelden, maar dus wel een groezelige documentaire-look met overheersende sepia-tinten, een sporadische handheld-camera en contrasterend lichtgebruik.
Naast zijn experimenteel, maar geslaagd uitzicht is No vooral een fascinerend portret over de werking van de media onder een dictatuur, plus een blik op het denkproces dat schuilt achter een groots opgezette marketingcampagne. In de jaren tachtig was televisie wereldwijd grotendeels aanvaard als hét middel om in te zetten in de politieke strijd. Het was zowaar het perfecte middel om propaganda te voeren. Hoewel het in No wordt opgevoerd voor de goede zaak, doet de film je wel stilstaan bij de verregaande manipulatie die er bij komt kijken en hoe we als kijker fungeren als marionetten van die lichtbak in de woonkamer. Weinig nieuws onder de zon, maar we nemen aan dat dat besef in de jaren tachtig veel minder aanwezig was, laat staan in Zuid-Amerika. De reclamejongens die optreden in No zijn kerels die trachten hun land te kneden naar hun wil en verlangen. Door de hele No-campagne centraal te stellen zonder andere elementen te belichten in het anti-Pinochetgebeuren, wordt dit idee enkel maar versterkt. Helemaal intrigerend wordt het wanneer je de reclamefilmpjes van de No-kant te zien krijgt met onmiddellijk daarna de propaganda van het Pinochet-apparaat. Een heerlijk en verbijsterend contrast dat een kleine glimlach van ongeloof afdwingt.
Verwacht van No geen film die met grote verrassingen afkomt. In zijn kern kent de prent een zeer standaard verhaalverloop, is hij soms wat langzaam en is het einddoel meer dan duidelijk, ook al ben je niet bekend met de feiten. Het geheel wordt boven de conventionele middelmaat geheven door de straffe regie en inkleding, maar ook door de innemende prestatie van ieders favoriete Mexicaan, Gael Garcia Bernal. Bernal zet Saavedra neer als een ambitieuze kerel, maar niet als een idealistische jonge hond die met passie Pinochet wil neerhalen. Saavedra is een ingetogen persoon die het oneens is met het dictatoriale bewind, maar eerder goed en degelijk werk wil afleveren dan dat hij de held van de natie wil worden.
No is een film vanuit een duidelijk links standpunt, maar Lorrain vermijdt een geforceerd moralistisch gepreek. Dit is een film over het verlangen naar democratie, over de meedogenloze werking van opiniemakers en over hoe absurd een propagandistische mediastrijd wel niet kan zijn. Nee, dit is geen objectieve vertelling van de geschiedenis, maar een sterke film die zijn verhaal weet te brengen zonder de historische realiteit te negeren. Kijken die handel!