”Bompa Punk in zijne rolstoel, wat minder haar, even grote smoel, pist in de planten en speekt naar verplegers, verscheurt de gazet en krast in de tegels. Bompa Punk, Bompa Punk…”. Die tekstflard uit Belgian Associality’s punkklassieker “Bompa Punk” is wel van toepassing op deze band, want drie van de vier leden zijn oud geworden. En kalend. Maar hun punkmentaliteit hebben ze altijd behouden en hun muziek krast en kerft nog steeds in ons hart.
Colin Newman en co. hebben tijdens hun lange carrière nooit hun ziel ingeruild voor commercieel succes en verdacht toegankelijk klinkende singles waren steeds Trojaanse paarden from hell; wat volgde waren vaak met bizarre noisetrips vol gestouwde platen. Muzikale avonturiers dus, die experimenteerden met zowel rechttoe-rechtaan-punk (Pink Flag), arty teringherrie (Chairs Missing en 154) en new wave (The First Letter) als met dance pop (The Ideal Copy en The Drill). Beeldenstormers die allergisch zijn voor de spotlights; tijdens optredens negeren ze steevast de publieksfavorieten en in ruil voor een grote koffer Gazprom-dollars, met veel poeha aangekondigde reünieconcerten speelden ze nog nooit.
Die experimenteerdrang en fuck you-houding was een inspiratiebron voor talloze andere bands; tijdens het schrijven van “What’s The Frequency, Kenneth?“ van R.E.M. moet Wire’s “Feeling Called Love” wel op endless repeat hebben gestaan. Het feit dat op Guided By Voices’ schijfjes zo veel en zulke korte nummers staan hebben we aan de art-punkers te danken en ook The Cure’s Robert Smith stak zijn bewondering voor hen nooit onder stoelen of banken. Ook gaven Newman en diens makkers Johnny Marr het nodige zelfvertrouwen om zijn solodebuut te maken en zijn ze de helden van zowat alle Bloc Party’s en Franz Ferdinands dezer wereld. My Bloody Valentine eerde hen met een cover van “Map Ref 41°N 93°W”, Big Black en Low deden hetzelfde met “Heartbeat”. Elastica’s hit “Connection” was trouwens een schaamteloze kopie van “Three Girl Rhumba”.
Met Change Becomes Us schrijft het monument Wire zijn dertiende langspeler op zijn conto maar — anders dan de titel doet vermoeden — een stijlbreuk is dat allerminst. Sommige nieuwe nummers komen immers voort uit ruwe schetsen oude muziek waardoor Red Barked Tree ‘s opvolger weer meer klinkt als 154 en Chairs Missing ,maar dan de eenentwintigste eeuw in gekatapulteerd. “Doubles & Trebles” klinkt immers als door Newmans favoriete speeltje Pro Tools gemanipuleerde vintage Wire waarin de beproefde start/stop-aanpak uiterst effectief blijkt.
Ook het in weëe synths badende “Keep Exhaling” is straf, maar pas vanaf “Adore Your Island” komt het viertal op kruissnelheid; Matt Simms (die sinds 2010 Bruce Gilbert vervangt) en Newmans gitaren als bosmaaiers lijken van het Europese reddingsplan een Russische Stroganov te willen maken terwijl een wild in het rond hakkende Robert Grey met zijn drumsticks Angela Merkel een doef op haar bakkes verkoopt. Newman en bassist Graham Lewis willen zich trouwens nog steeds niet laten vastpinnen op één genre; “Eels Sang” is Brian Eno ( ten tijde van Here Come The Warm Jets) op speed en “Attractive Space” klinkt als gewichtsloze Earth. Het melodieuze, dromerige en fluks galopperende “Love Bends” ten slotte, is een love song tegen de Unie van Rechtse Krachten én het hoogtepunt van de plaat.
Dat hoge niveau houden de vier punks niet het hele album vol, want zowel “& Much Besides” als “B/W Silence” zijn leefloners van nummers die dringend geactiveerd moeten worden. En ook het new wave-achtige, door een bolle basriedel vooruit gestuwde, “Magic Bullets” zit onder de bloedarmoedegrens.
Baanbrekend is dit schijfje zeker niet en een nieuwe 154 mogen we niet meer van hen verwachten, maar Grey, Simms, Lewis en Newman hebben alweer een knap, licht psychedelisch aandoend pop-postpunk album gemaakt. Eentje dat ook in 2013 nog het gros van de concurrentie achter zich zal laten.