Tribute- en cover-cd’s zijn steeds een beetje gevaarlijk. Vergelijkingen dringen zich op en het is soms zeer moeilijk om het origineel los te laten. Het wordt helemaal riskant wanneer een legende of een icoon wordt aangepakt. Meshell Ndegeocello (de schrijfwijze van de naam varieert van cd tot cd) maakt het zichzelf dan ook helemaal niet gemakkelijk wanneer ze op Pour Une Ame Souveraine niets minder dan de nummers die onvermijdelijk met Nina Simone verbonden blijven, onder handen neemt.
Ndegeocello staat er echter niet alleen voor. Ze omringt zich met rasmuzikanten en haalt er een resem vocalisten bij om u tegen te zeggen. Opener “Please Don’t Let Me Be Misunderstood” vliegt er meteen op de juiste toon in. Een gedreven bas en een gezapige drum starten het nummer, een piano komt erbij en Meshell die de zanglijn haast hijgt. Wanneer ze tijdens het refrein haar stem via overdubs laat weergalmen, wordt elke twijfel de kop ingedrukt. Hier zullen we geen kopie van Nina Simone krijgen, maar een waardig eerbetoon dat z’n eigen leven zal kunnen leiden. “Suzanne” (inderdaad, van Leonard Cohen, maar tijdens leven en welzijn een van Simones lijfliederen) krijgt een swingende versie mee. Ndegeocello hijgt verder maar maakt er een echt feest van. Het bluesnummer “Real Real” wordt met de hulp van Toshi Reagon een fijne gospel. Diezelfde Toshi krijgt de lead in de traditional “The House Of The Rising Sun” en laat opnieuw haar gospelbackground doorklinken.
Het mag duidelijk zijn. Meshell Ndegeocello heeft niet geprobeerd om Nina Simones eigen nummers te interpreteren, maar de attitude waar Simone voor stond. Die heeft ze naar 2012 vertaald en er haar eigen verdraaide kijk op gegeven. Die kijk is er vaak een van berusting en tegemoetkoming, iets waar Simone dan weer helemaal niet voor stond. En toch valt alles hier zeer mooi in de plooi. Die houding wordt treffend duidelijk in “Feeling Good”, een nummer dat Simone, niettegenstaande de hoopgevende tekst, toch vrij agressief bracht. Ndegeocello brengt het hier met een laissez-faire attitude waardoor het nummer een loungejas krijgt aangemeten. Op één plaats loopt deze behandeling van de nummers volledig verkeerd. “Four Women” is zowat Nina Simones meest shockerende nummer over rassenonderdrukking en dient dan ook met de nodige discretie benaderd te worden. Hier wordt het nummer echter van alle kracht ontdaan en muziek en tekst gaan niet meer samen naar die finale die hier zelfs gewoon wordt weggelaten.
Ergens in het midden van de cd zitten drie nummers die met kop en schouders boven de rest uitsteken. Misschien niet toevallig drie nummers die door drie geweldige zangeressen gedragen worden. Sinead O’Connor komt erbij voor “Don’t Take All Night” en laat voor het eerst Nina Simone volledig vergeten (en dat alleen al is een verdienste zonder weerga). Op haar zo kemnerkende slepende manier zingt O’Connor het nummer over een relatiebreuk alsof het haar eigen kindje is. Hetzelfde geldt voor Lizz Wright die met “Nobody’s Fault But Mine” haar eigen carrière hoegenaamd geen schade zal berokkenen, integendeel. (Even tussendoor: wie haar samen met Angelique Kidjo, Dianne Reeves en Simone (yup, dochter van Nina) aan het werk zag op Gent Jazz 2009 tijdens het Sing The Truthproject, wist al dat Wright een artistieke nazaat van Nina Simone zonder gelijke is.) De derde zangeres is de jonge belofte Valerie June. Hier gaat ze aan de slag met “Be My Husband” en doet er misschien niets spectaculairs mee, maar het geheel klopt als een plaatje en soms moet dat gewoon niets méér zijn.
In de rechterbovenhoek van de cd-hoes staat “#10”, en Pour Une Ame Souveraine is inderdaad Ndegeocello’s tiende. Ergens lijkt het op een kantelmoment in een carrière, anderzijds kan het evengoed een weldoordacht tussendoortje zijn. Het geheel glijdt alleszins naar binnen als goeie wijn, en we weten allemaal dat goeie wijn geen krans behoeft. En net zoals Nina’s platen zal ook deze tijdloos worden, en z’n plaats op zondagochtend veroveren.