Driing! Het is weer reünietijd. In een tijd waarin God en klein Pierke terug samenkomen, mocht ook Richard Ashcroft — een Olympusbewoner in zijn diepste gedachten — niet achterblijven. Het venijn werd dus uitgezogen en de verzuurde relaties met gitarist Nick McCabe opnieuw gezoet. Tromgeroffel, want na een geslaagd optreden op Rock Werchter is dit de grootse terugkeer van The Verve.
U was het bijna vergeten, maar toen in die hete zomer van 1997, was The Verve éventjes de grootste groep van de wereld. Radiohead mocht in juni met OK Computer dan één van de klassiekers van de jaren negentig hebben uitgebracht, het was de groep rond Richard Ashcroft die de alternatieve hit van het seizoen scoorde. De strijkerssample van "Bittersweet Symphony" was letterlijk overal en The Verve was de nieuwe supergroep van het volk.
Het was dan al het tweede leven voor een groep die in 1995 na het veelgeprezen A Northern Soul uit elkaar spatte met een spitant "All farewells should be sudden". De spanningen tussen snarenheld McCabe en de egomane frontman waren teveel geweest, en zouden dat opnieuw worden: na een topjaar 1998 was het wispelturige sprookje alweer uit en vertrok Ashcroft in 1999 op een solocarrière die maar langzamerhand aan momentum won.
Misschien is dat nog het vreemdste en meest belovende teken aan de wand; dat deze reünie wel iets meer zou kunnen zijn dan louter gemakzucht van figuren op hun retour. Net nu Ascroft in 2007 de schaduw van The Verve was ontworsteld met het sterke Keys To The World en ronduit overrompelende concerten, besluit hij dat krediet niet te verzilveren, maar terug naar de thuisbasis te vliegen. Daar moet wel volle overtuiging achter schuilen.
Hoeveel ruzie een groep vrienden ook kan hebben, de magie van weleer verdwijnt dan ook nooit helemaal. Met de strijdbijl begraven, vinden McCabe en Ashcroft elkaar terug en is The Verve met overtuiging opnieuw zichzelf: episch, psychedelisch, zwelgend in de eigen vermeende genialiteit, maar soms ook vlakaf en moeiteloos briljant. Net zoals Urban Hymns is dit een album dat waggelt onder zijn eigen zware gewicht maar weigert door de knieën te gaan en af en toe zwelgt in de schoonheid van de pure krachttoer.
En dus blikt The Verve ons gloedvol in de ogen op de wijdlopige opener "Sit And Wonder": bijna zeven minuten psychedelisch snarengeweld, met daarover het welgekende open armen-sjamanisme van Ashcroft. Wanneer daar die galmende sample van single "Love Is Noise" achteraan komt, wordt er al gekscherend op ruggen geslagen bij zoveel vreugde om de terugkeer van een oude bekende: dit is wat The Verve op het randje van mega bracht: een combinatie van breed gebaar, wijds echoënde klanken en ijzersterke popmelodieën.
Dat gaat trouwens zo maar door in die eerste helft. "Rather Be" brengt opnieuw die typische langoureuze strijkers, "Judas" is een heerlijke weidse droomsong die een ferme vleug U2 anno The Unforgettable Fire in zich herbergt. Een bloedmooie trage krijgen we nog met "I See Houses". In "Valium Skies", dat nog even begint als Spiritualized-for-dummies maar al snel in het vertrouwde idioom valt, krijgen we opnieuw de soulvolle Ashcroft van zijn soloplaten, en dat is niet onwelkom.
Als Forth toch loodzwaar aanvoelt komt dat doordat The Verve net in het midden van deze plaat nodeloos begint te prutsen. Eindeloos lang naar ons aanvoelen doet "Numbness" zijn naam alle eer aan met een psychedelische shoegazejam die nergens heen gaat. Ook "Columbo" komt het feestje op een zelfde manier nog eens stevig verpesten, net voor het warme "Appalachian Springs" dit Forth toch weer knap afsluit. Net niet gestruikeld dus, maar toch een beetje meer verpletterd onder al dat psychedelische gitaargeweld halverwege.
"Forth". "Voorwaarts". Dat zou wel eens de boodschap kunnen zijn: The Verve heeft zichzelf teruggevonden, de vetes van het verleden lijken ook daar te blijven rusten, en de creatieve vonk is verre van weg, al sputtert de aansteker soms wat. Mad King Richard had zijn troon al terug sinds zijn laatste soloplaat, nu zijn eindelijk ook de hovelingen teruggekeerd, hopelijk is wat volgt een herstel van de oude glorie.