Er deden nogal wat geruchten de ronde over ‘Hypermagic Mountain’,
Lightning Bolts vierde langspeler. Eerst werd er gefluisterd dat de
Brians – Gibson op basgitaar en Chippendale op drums – meer
improvisatiegericht te werk zouden gaan. Daarna werd, tegenstrijdig
genoeg, verklaard dat de groep zijn scherpe kantjes eraf had
gevijld en hun muziek toegankelijker zou worden. Het eerste blijkt
een kern van waarheid te bevatten; begin volgend jaar komen de
heren al op de proppen met een vrijere plaat, gebaseerd op
improvisatiesessies.
Het laatste is natuurlijk (en gelukkig) gezever. ‘Hypermagic
Mountain’ neemt gewoon de draad opnieuw op waar Wonderful Rainbow die liet liggen. De
luisteraar wordt zelfs letterlijk meteen in het geweld gedropt: ‘2
Morro Morro Land’ start immers meteen met een knal, alsof er net
een ander nummer afgewerkt werd.
Na amper één luisterbeurt wordt duidelijk dat Lightning Bolt
opnieuw een klein meesterwerkje afgeleverd heeft, zonder ook maar
enig teken van muzikale evolutie in hun geluid te ambiëren. Niet
dat dat moet, overigens. In de plaats krijgen we immers meer
vakmanschap en songs die nog beter in elkaar steken. Luister maar
eens naar de furieuze opbouw van ‘Magic Mountain’. Al vanaf het
begin van het nummer weet je wat de uitkomst zal zijn, en toch kan
je niets anders dan verbijsterd blijven luisteren. ‘Riffwraith’
kiest daarentegen voor een frontale aanval op het gehoor. De valse
starten in de intro laten er geen twijfel over bestaan: in de
studio houden de heren de teugels nog steeds strak in handen. In
het begin van ‘Megaghost’ experimenteert Brian Chippendale met
echoënde vocals, waardoor de geluidsexplosie die op deze enge
kreten volgt nóg harder aankomt. Na afloop wordt de honger naar
meer nog eens extra versterkt door ‘No Rest For The Obsessed’, dat
naar een furieus hoogtepunt toewerkt, maar brutaal net voor de
climax eindigt.
Lightning Bolt heeft in de loop der jaren in ieder geval een heel
eigen smoel en geluid ontwikkeld. Vaak kan je wel horen waar ze de
mosterd haalden, maar het lijkt alsof het duo elk genre waar ze
zelf naar luisteren – heavy metal, punk, … – opvreet en overgoten
met noise terug uitspuwt. Op ‘Infinity Farm’ na – het enige rustige
nummer op de plaat – en misschien daardoor ook het enige dat ten
prooi kan vallen aan de skip-knop – ligt het tempo dat Gibson met
zijn drums aanhoudt verschroeiend hoog.
Wat kunnen we nog meer wensen? Het enige wat hier nog aan
ontbreekt, is de live-ervaring. Door de guerillaoptredens, vaak
slechts voor een vijftigtal man in een sportzaal of kelder en de
enorme wall of sound is de live-act van Lightning Bolt nu
reeds legendarisch. En hoe rauw de productie ook is, op plaat zal
dit nooit op dezelfde manier overkomen. Toch is dit voor de
minderbedeelden (de woordkeuze is in dit geval volledig voor de
rekening van de recensent – nvdr), voorlopig de enige manier om van
hun muziek te kunnen genieten.
br> Laat er ondertussen geen twijfel over bestaan: met
‘Hypermagic Mountain’ heeft Lightning Bolt zichzelf opnieuw
overtroffen en de lat binnen het genre wel erg hoog gelegd. Nu is
het enkel afwachten of de groep zich in 2006 op de volgende release
heruitvindt.