Een celliste, een parttime drummer, een folkgitaar en uiteraard één van de mooiste stemmen uit de popmuziek; meer had Heather Nova niet nodig om een uitverkochte Roma helemaal in te pakken. Als vanouds gaf la Nova een concert om door een ringetje te halen, al verraste onze favoriete sirene vriend, vijand én zichzelf met een goudeerlijke uitspraak over haar vaak wollige bindteksten.
Maar eerst zou de Britse, in Bermuda geboren zangeres dus stevig uit haar rijkgevulde songcatalogus graaien, inclusief die albums die met twee voeten verankerd staan in een elektrische sound. En jawel, ook die songs bleven zijdezacht overeind in een akoestische setting. Wat dacht u van een bloedmooi “Rewild Me” uit Pearl waarin de elektrische gitaren moordend accuraat vervangen werden door Midori Jaeger op cello. Jaeger bleek niet te beroerd om herhaaldelijk mee te zingen en toverde ook heuse, gloednieuwe solo’s uit haar instrument.
Nova, klein zonnebrilletje op haar bevallige gezicht, zou ook rijkelijk putten uit haar prima laatste plaat, en dat begon al met “Ghost in My Room”. Toch bleek het grootste applaus uiteraard gereserveerd voor kleppers uit haar vorige platen zoals bij “Walk This World” uit doorbraakplaat Oyster. “This was an invitation to someone,” zo kondigde Nova de song aan. “Now it’s an invitation to me, to bring my music to the world.” Applaus verzekerd, dat spreekt. “The Lights of Sicily”, zowat de mooiste song uit haar pas verschenen Breath and Air, bevatte een cellopartij die op gezette tijden iets dreigender klonk dan op plaat, en dat was ook zo voor “The Wounds We Bled”. En die goudeerlijke uitspraak over haar bindteksten dan? Die kwam er met de aankondiging van “Ebbs and Flows”: Nova stak namelijk van wal met een warrig verhaal waar moeilijk een touw aan vast te knopen viel, maar concludeerde dan tot haar eigen verbazing dat dit exact de reden is dat ze haar ideeën in een song giet. Die beker voor zelfrelativering is de hare, geen twijfel mogelijk.
In “Hey Poseidon” vervoegde Jake Hutton het duo op drum terwijl Nova zelf plaats nam achter een elektrische piano. Allemaal mooi en wel, maar toch zakte het concert vervolgens met het weinig memorabele “Not Only Human” en “Butterflies and Moths” een heel klein beetje in elkaar als een niet helemaal geslaagde kaassoufflé. Gelukkig was daar net op tijd het machtige “Island”, alweer uit Oyster, met als vanouds behaaglijk tegen je trommelvlies leunende torenhoge zang. In “London Rain” vroeg la Nova een vrijwilliger uit het publiek om een piepklein stukje achtergrondzang te verzorgen en het dient gezegd, de moedige dame die het podium opklom, bracht het er uitstekend vanaf. Nooit klonk het applaus enthousiaster. Van een mentale opkikker gesproken.
En zo bleef het succulente songs regenen: “Breath and Air”, de loepzuivere zang van “Singing You Through” en, één van de allermooiste songs uit haar rijkgevulde discografie: “Like Lovers Do”. En wat een goede muzikante bleek die Jaeger telkens weer op cello! Haar spel klonk in heel wat refreinen van diverse songs voller dan een driegangenmenu, terwijl ze in de strofes van diezelfde songs vaak zo staccato als een mes op schuurpapier speelde. Speciaal voor een superfan die al 220 (!) concerten van haar had bijgewoond zong Nova het zelden live gespeelde “Spirit in You” uit Glow Stars, zeg maar een song uit haar absolute beginperiode. Hekkensluiters van de reguliere set betroffen het suikerspinnen “Maybe an Angel” en het nog zoetere “Doubled Up”.
In de bissen noteerden wij nog ijverig “Fireproof”, een cover van The National die mooi staat te pronken op Nova’s vorige worp, de coverplaat Other Shores en het sublieme “Doubled Up”, maar dan was het dus echt gedaan op deze laatste show van haar Europese tournee. Of er iets te merken viel van enige metaalmoeheid? Nauwelijks. Nova geniet na al die jaren nog steeds van haar optredens, dat moge duidelijk wezen. En dat genieten op het podium slaat, haast als een hoogst besmettelijke verkoudheid, over op genieten als toeschouwer. Deze Britse deerne is nog lang niet uitgezongen, dat moge duidelijk wezen. Knap concert.