Vorige keer duurde het 4 maanden en 16 dagen. Deze keer leek het een eeuwigheid. Maar kijk, daar zaten we dan: 50 mensen, te luisteren naar het Julien Tassin Trio – drie muzikanten die ook geen blijf wisten met hun opluchting. Live muziek. Man!
Tassin is de laatste jaren bezig aan een boeiende opmars. Eerste trioplaat Sweet Tension (2018) was een mooi visitekaartje en soloalbum Momentum (2019) maakte duidelijk dat de gitarist uit Charleroi een blijver was, met z’n intussen herkenbare combinatie van jazz, roots en filmische toetsen. Tussendoor was er ook nog een lockdown-album (Pictures From Home), maar Moondancer zou in het najaar van 2020 nieuwe deuren moeten openen. Het liep anders. Of gewoon met vertraging, want een half jaar later stond Tassin dan toch met Nicolas Thys (bas) en Dré Pallemaerts (drums) in Gent voor twee namiddagconcerten.
Het was duidelijk even wennen, ook voor het trio, want opener “Slow Motion” startte met een onstuimigheid die ook hen verraste. En meteen doken een paar fraaie contrasten op, met de slome standvastigheid van Thys, Pallemaerts die meteen heftig rond de beat roffelde en de souplesse van Tassin. Die heeft een old school sound met veel twang waardoor je elk moment een “Moon River” lijkt te mogen verwachten, maar kan ook behoorlijk snedig uitpakken, zoals in de country-getinte single “Blackout”. Vervolgens werd de rest van het album zowat chronologisch gespeeld.
“Fairy Tale” en “Lady Blue” vloeiden moeiteloos in elkaar over met hints naar surf/exotica via lichtvoetig trippelend samenspel, klanken die de weidse vlaktes van de Amerikaanse flyover states opriepen en meer meanderende mood pieces. “Rhodos” bevestigde nog maar eens dat Tassin al z’n invloeden op een eigenzinnige manier combineert, terwijl de titeltrack aanvoelde alsof hij aan de haal gegaan was met een themaatje van The Ventures. Hier bracht Pallemaerts, anders een toonbeeld van subtiliteit, al helemaal vuur in het samenspel. Dat had wat ruwe en slordige kantjes, maar dat kan die muziek wel verdragen. Het werd bovendien ruimschoots gecompenseerd door een voelbare gretigheid.
Met twee nieuwe stukken en ‘oudje’ “Last Call From The Factory”, een ode aan zijn thuisstad, werd ingezet op verschillende stemmingen en temperamenten. Tassins spel kan stekelig zijn, maar is net zo vaak suggestief en subtiel, met broeierigheid en bedachtzaamheid in een fijn evenwicht. Daarvoor heeft hij ook de ideale compagnons gevonden. De band miste duidelijk nog wat concertritme, maar liet je tegelijk voelen hoe spannend dat moment kan zijn. We snakken allemaal naar meer.
Voor wie wil: het trio stelt zijn album op 16 juni voor in Flagey.