Een ongeluk als wake-up call. Meer was er niet nodig voor Marcel Vanthilt om eindelijk werk te maken van die soloplaat. Vandaag, op zijn zestigste, ligt Ca$h Ca$h in de platenzaak, een album waarop dwarse synthesizers en krolse teksten een plezante rondedans maken. “Laat iedereen maar weten dat ze Marcel Vanthilt de komende jaren in hun buurt mogen verwachten.”
Marcel Vanthilt ziet er tevreden uit. Jarenlang was hij vooral de man die elk televisieprogramma kon dragen, vandaag mag hij eindelijk opnieuw zijn wie hij het liefst is: de knotsgekke muzikant. Meer nog: met Ca$h Ca$h heeft hij voor het eerst een soloplaat uit, en zelfs al klinkt die als een verlengstuk van moederschip Arbeid Adelt, het is niet de bedoeling dat dit een eenmalig uitstapje is, zo verzekert hij ons meteen in een Brussels restaurant.
Vanthilt: “Dit is het begin van alles. Ik heb nu zoveel jaren televisie gedaan — ook later dit jaar opnieuw, overigens — en ik wil niet alleen dat blijven doen. Na twintig jaar terugkomen met Arbeid Adelt was ook erg plezant, maar het volstond niet. Ik wil nog andere dingen doen in mijn leven, en dan vooral optreden. De enige manier om dat verkocht te krijgen is een eerste vierkanten visitekaartje van 12 inch maken. Laat het maar een statement zijn dat ik niet tot het einde van mijn dagen televisie wil blijven maken.”
enola: En toch moest je eerst van de trap vallen voor je er effectief aan begon.
Vanthilt: “Een wake-up call, zeg maar. Ik was dood, dacht ik enkele seconden lang. Eerst brak ik mijn hand tegen de trap, vervolgens botste ik tegen de muur. Ik bleef vallen, tot ik bont en blauw onderaan tegen de leuning eindigde. Vier ribben gebroken, een klaplong, en een gat in mijn hoofd. Ik draaide weg, en dacht: ‘Dit is het, maak dat mee’. Ik moest er bijna mee lachen, want zo is het leven wel: de meeste eindes zijn eerder stom en onzinnig. Toen ik na een uur toch wakker werd, en besefte: ‘we gaan nog even door’, vond ik dat ik er ook maar eens mee moest beginnen. De dood is een goede stimulans om te leven.”
enola: Meteen was er dan toch een besef van eindigheid? “Ik overschrijd de houdbaarheid’, zing je ergens.
Vanthilt: “Ik ben zestig geworden, en nu pas begin ik te merken dat ik de grip op de tijd soms verlies. Sommige hedendaagse muziek, die geformatteerde dingen, gaan voorbij aan me. Toen ik vijftien was, waren er in de Top Dertig zo’n vijf à zes nummers die ik goed vond, nu is dat nog minder geworden, en de rest begrijp ik niet eens meer. Het is muziek die uit een zangwedstrijd is voortgekomen, en dat is het dan: een fenomeen. Ik merk dat het mij niet interesseert. Ach, dan ben ik maar uit de tijd.”
enola: Hoe fris Ca$h Ca$h ook klinkt, het is duidelijk dat de hoekige synthmuziek van Arbeid Adelt je thuis blijft. En toch kon het niet met dat trio?
Vanthilt: “Zelfs al wilden de anderen wel, het ging niet vooruit bij Arbeid Adelt. Dus heb ik deze plaat maar zelf gemaakt. Ik hou ook van blues en kleinkunst, maar dat is niet mijn ding; synths wel. Ik zit liever te prutsen met oscillatoren en distortie op mijn nieuwe Korg. Dan ben je bezig met pure atonaliteit. Ik vind dat heel interessante instrumenten, ook de nieuwste generatie. Het zijn soms zelfdenkende machines waar je iets insteekt, en plots krijg je een ander geluid terug.”
“Ik vind het soms vervelend dat ik dan moet uitleggen dat dat ook muziek is. Ja, het zijn apparaten, maar je maakt er muziek mee. Je doet het wel zélf. Dat vind ik interessant, net zoals zo’n Ed Sheeran, met zijn loopstation. Leen Diependaele, die alle backing vocals voor haar rekening heeft genomen, werkt er overigens ook mee. Echt geweldig wat ze doet. Ze pikt in op wat ik doe, manipuleert, antwoordt me,… Ze maakt er soms een Afrikaanse chant van, zodat het bijna Talking Heads wordt uit de tijd dat David Byrne en Brian Eno nog samenwerkten.”
“Dus ja: het is belangrijk om dit onder mijn eigen naam te doen, want met Arbeid Adelt spelen we alleen maar ‘Arbeid Adeltsongs’, en wil het publiek ook altijd “De dag dat het zonlicht niet meer scheen”, “Death Disco” en nog drie andere dingen horen. Daar wil ik niet aan blijven vastzitten. Nu kan ik ook oud sologerief als “Paracetamol” en misschien zelfs “Singer Naaimasjien” brengen. De anderen begrijpen dat erg goed, en we zijn zeker van plan om volgend jaar met Arbeid Adelt opnieuw aan iets te beginnen, maar nu wil ik even de wereld verwittigen dat Vanthilt de komende jaren ook in uw geburen te vrezen is, en dat in allerlei gedaanten.”
enola: In allerlei gedaanten?
Vanthilt: “Ja. Dit leunt nog behoorlijk aan bij wat we met Arbeid Adelt doen, want het is in eerste instantie de bedoeling om komende zomer allerhande stadsfestivals te mogen spelen. Dan kun je maar beter wat beukend repertoire hebben. Hierna wordt het waarschijnlijk experimenteler, of net radicaal het tegenovergestelde: het betere luisterlied, en dan de culturele centra in.”
enola: Hoe kwam je bij Arne Van Petegem van Styrofoam terecht om de plaat op te nemen?
Vanthilt: “Wat hij doet, vind ik al jaren interessant, en bovendien klikt het tussen ons. We hebben samen Slik van Arbeid Adelt gemaakt, en het bleek dat we heel snel werken. Niet onbelangrijk, aangezien ik dit uit eigen zak gefinancierd heb. Sinds mijn scheiding heb ik thuis ook geen studio meer en dus was de zijne meer dan welkom. Hij heeft een geweldige koffiemachine, de Expobar, waar we ’s ochtends één straffe koffie uithaalden en dat volstond; dat was dynamiet voor de rest van de middag. (lacht) Als we dan vier uur doorgingen, hadden we meestal wel een groot stuk.”
“Wat ook is met Arne: hij denkt al verder door. Hij houdt net als ik enorm van die vintage synths, maar koopt ook allerhande kleine oscillatoren van kleine bouwers in onder meer Tsjechië om dat geluid verder te trekken. Je haalt er de gekste dingen uit als je daar iets doorjaagt. Eigenlijk hadden we daar nog veel verder in kunnen gaan als we gedurfd hadden, maar uiteindelijk moet het ook op de radio kunnen. Daar had ik eigenlijk niet over mogen nadenken.”
enola: Ik dacht ook dat het de bedoeling was om dat niet te doen.
Vanthilt: “Neen. En toch. Een beetje, dus. Niet dat ik erop reken dat Studio Brussel me een kans gaat geven. Ze beluisteren mijn plaat ongetwijfeld niet eens. Ik heb de perceptie tegen, want één, ik ben te oud, en twee, ik ben een soort BV. Dan heeft wat ik maak zelfs geen enkel belang meer.”
“Natuurlijk ben ik bang dat Ca$h Ca$h bekeken zal worden als het vanity project van Marcel-de-presentator, en niet van Marcel-de-muzikant, maar wat kun je daaraan doen? Ik kan dat alleen maar counteren door goede optredens te geven, en op een geloofwaardige manier voor het publiek te staan. Ik snap de reserves hoor. Veel te vaak heb je van die presentatoren die ook eens iets in de zaal willen doen, en dan maar afkomen met Brel, of Italiaanse liedjes, want dat doet het altijd goed. Liedjes van Marva, dat had ik ook kunnen doen, maar dat wil ik helemaal niet. Ik maak het de mensen daar helemaal niet gemakkelijk mee, want ik solfer ze op met dingen die ze niet kennen. Maar goed: ik heb een try-out gedaan in Leopoldsburg, noem het maar een thuismatch, waarbij we mensen hoogstens twee liedjes boden die ze al kenden, en toch vonden ze het goed. Daar ben ik tevreden mee. Meer kun je niet doen: proberen te overtuigen met een goede set, en niet met je Wikipediapagina. Ik ben meer dan dat.”
enola: Ik heb het gevoel dat de verschillende hoofdstukken op die pagina soms met elkaar botsen. Het is moeilijk om de presentator van iets als Het perfecte koppel te rijmen met de zinsnede: “Ik ben de kangoeroe op de barbecue”.
Vanthilt: “Dat zijn twee verschillende dingen, en de tijd van die programma’s is voorbij. Ik heb dat allemaal graag gedaan, maar tot mijn vreugde is mijn geschifte kop terug. Mijn kinderen worden daar gek van, zeggen me niet zo onnozel te doen, maar ik kan het niet laten. Ik zie te hard de absurditeit van de dingen, waardoor ik alles naar de vaantjes relativeer, wat ook niet altijd goed is.”
enola: Heb je die zotte kop bij nader inzien te lang tussen haakjes gezet?
Vanthilt: “Ja. In zomerse liveprogramma’s als Villa Vanthilt kon die nog wel eens naar boven komen, omdat ik live toch deed wat ik wilde, tot groot ongenoegen van de redactie. Hadden ze een ander interview voorbereid, interesseerde dat me niet en gooide ik hun vragen overboord. Zoiets geeft een programma pit, vind ik. Elders was het dan wel meer in de maat van het format lopen, dat klopt. Bij Het perfecte koppel heb ik meteen laten weten dat het de laatste keer zou zijn, maar met andere programma’s amuseerde ik me nog wel. De thuisploeg, met een team dat thuis meespeelde tegen tien ploegen in de zaal, vond ik wel tof. Ach, ik weet eigenlijk niet eens of de mensen de geschifte Marcel Vanthilt wel willen. Ik hoop dat er toch een duizendtal liefhebbers zijn, dan zijn op zijn minst de vinyls verkocht. (schatert) Dat aantal halen we wel, normaal gezien.”
enola: “De taxman pakt alles wat hij kan”, zing je in “Ca$h Ca$h”. De klaagzang van de kleine zelfstandige?
Vanthilt: “Dat ook, maar het is net zo goed een tirade tegen multinationals die géén belastingen betalen. Ik ben al heel mijn leven zelfstandige, heb er geen enkele moeite mee om af te dragen, maar de laatste paar jaar… Als je ziet wat er bijvoorbeeld in Brussel allemaal scheef loopt bij in principe zeer goede instellingen als Samusocial, of hoe er wordt geschipperd van de Turteltaks en ‘zonnepanelen zijn onbetaalbaar’ naar Bart Tommelein die ’s anderendaags komt zeggen dat we allemaal zonnepanelen moeten plaatsen… Waar zijn we mee bezig, gasten?”
“Al wat ik krijg, zijn rekeningen vanuit elke hoek, en na veertig jaar zelfstandigheid begint dat op te tellen. Mijn hele leven hebben energiemaatschappijen mij afgezet en heb ik te veel betaald. Mag het even dat ik kwaad word? Toen ik 55 werd, heb ik een brief gekregen met info over hoeveel pensioen ik mag verwachten. Dat is twee keer niets hé. Heb ik veertig jaar betaald voor duizend euro in de maand? Ik wist dat op voorhand, maar waarom is daar niets aan veranderd? Dan vind ik het wraakroepend hoe de Apple’s en de Starbucks’en jarenlang niets hebben betaald. Dan komt de communist in mij boven. Ik wil zelf geen belastingen ontwijken, maar waarom mogen zij dat wel? Dan stem je of heel rechts, of heel links. Ik? Ik weet niet wat ik moet doen.”
enola: Zoals jij het zingt, hoor ik Gwendolyn Rutten goedkeurend knikken.
Vanthilt: “Het is zo: we worden overdreven getaxeerd! En er wordt niet over nagedacht. Ik heb veel vrienden in de horeca, je houdt het niet voor mogelijk wat ze betalen. Een stoel buiten? Hopla, betalen. Een lamp? Ook. En daarbovenop: Sabam. Op het eind betaal je meer dan je verdient. Ik ben voor een flat tax, maar dan voor de hele fucking wereld, en dus ook in Jersey en Panama, want anders trekt men naar daar. Er moet een nieuwe wereldstructuur komen, dat is nu wel heel duidelijk.”
enola: Dat is een lang betoog voor één nummer. Ben je zo kwaad dat Ca$h Ca$h ook de eerste elektronische protestplaat had kunnen worden?
Vanthilt: “Goh. Er was een nummer dat de plaat niet heeft gehaald, “Punthoofd”, dat één lange tirade was: tegen de radio, tegen televisie, religie, politiek,… Uiteindelijk vond ik het liedje zelf gewoon niet zo goed. Live bleek dat mensen het wel ok vonden.”
enola: Stijn Meuris, een bijna-leeftijdsgenoot, trekt tegenwoordig het land rond met een Tirade. Is dat iets dat komt met de leeftijd?
Vanthilt: “Neen. Er gebeurt veel op dit moment, maar ik heb die verontwaardiging altijd gehad. Nu is het interessanter dan toen wij twintigers waren. We leven in een veel heftigere tijd. De bomaanslagen van de CCC, eigenlijk mislukkingen, waren niets in vergelijking met IS. Die hebben een soort wereldschrik veroorzaakt, en zelfs al lijken ze nu weg, dat is niet zo. Dan heb je nog de algemene vraag of het een minderheid of een meerderheid is, die tegenwoordig zo haatdragend is naar zwarten, homo’s, islamieten, of zelfs blanken, want het gaat in alle richtingen. Mocht het al een minderheid zijn, dan is die in elk geval erg bepalend voor de sfeer, en die is niet leuk op dit moment. Ik zie het niet verbeteren.”
enola: Laten we de wereld dan maar tussen haakjes zetten en op persoonlijk vlak vooruitblikken: heb je met die hernieuwde muzikale carrière nog veel ambitie?
Vanthilt: “De ambitie is om met deze en met de volgende platen heel fijne optredens te kunnen geven. Dat zal niet alleen popmuziek zijn. We zijn nu wat stadsfestivals aan het boeken en na de zomer krijgen we hopelijk wat CC’s overtuigd. Als we dit jaar dertig keer mogen spelen, ben ik tevreden. Volgend jaar zorg ik weer voor iets anders. Het is een langetermijnproject, dat vooral draait om: op een podium gaanstaan en mijn broek afsteken. Zo is het ooit begonnen, zo zal het eindigen.”
enola: Want Marcel-de-muzikant heeft zijn hoekje van de wereld nog niet genoeg afgepist?
Vanhilt: “Dat is zo. Toen de plaat af was, in oktober, wilde ik meteen naar nummer twee en drie, want die zijn al klaar in mijn hoofd. Ik draag tegenwoordig ook altijd een boekje bij me om invallen op te schrijven. Zo is het nu wel: de kraan staat weer open, en het wil eruit.”