Wees eens eerlijk: met wie zou u het liefst op de lappen willen gaan en achter de wijven aan zitten? Met Bono of met de Canadese zanger-gitarist van de gelijknamige band Danko Jones? Laat het wereldverbeteren maar aan gezonnebrilde klojo’s over, podiumbeest Jones tovert met zijn nieuwe no-nonsenseplaat Below The Belt weer een wellustige grijns op uw bakkes.
The Mango Kid ("You can call me the Mango Kid / but your girl calls me baby") had wel iets goed te maken na het wisselvallige Never Too Loud maar oudgediende Matt DeMatteo (zie: We Sweat Blood en Sleep Is The Enemy) mocht tot groot jolijt weer de producerhonneurs waarnemen.
Opvallend: Danko Jones aka The Brown Panther is niet langer het slachtoffer van de uppercuts der liefde. Zijn alter ego’s passeren allemaal de revue: Jones de onverschillige hartenbreker, Jones de veelpoeper, Jones de ontembare libertijn, Jones de party crasher en Jones de pick-up artist pur sang. Hij verkneukelt zich wanneer een ex haar ongelijk inziet ("Apology Accepted") en toont zich slechts heel even berouwvol ("Full Of Regret"). Voor Danko Jones is monogamie – – terecht — een misdaad tegen de menselijkheid. Een hersenloze nozem is Dr. Evening echter allerminst: de rockgod is gezegend met een stevige dosis humor, nam eerder deel aan een spoken word tour, werkt momenteel mee aan verschillende radioshows en schrijft gesmaakte columns over rockmuziek.
Geopend wordt met het sterke en niets of niemand ontziende "I Think Bad Thoughts" waarvan "I can screw your girl in the back of my Cadillac" er eentje is. "Had Enough" en "(I Can’t Handle) Moderation" zijn punkrocknummers die de energie van een dozijn kerncentrales voortbrengen.De spannende gitaren op "Full Of Regret" zetten de bekken-vooruit-rock van het album extra in de verf. Het hyperkinetische en moddervette gitaarwerk in de slotnummers "Apology Accepted" en "I Wanna Break Up With You" nodigt uit om in spandexbroek wijdbeens de luchtgitaar te bepotelen als ware ze een misdienaar in de handen van een losgeslagen priester.
Het is opletten geblazen met "Tonight Is Fine": het nummer helt bij momenten gevaarlijk over richting eighties hair metal (Poison, iemand?) maar herpakt zich gaandeweg als hommage aan flamboyante glamrock van KISS. Een ander product van de KISS-dweeperij is "Active Volcanoes" waarin Jones het heeft over zijn favoriete bezigheid (Neen, geen kleiduifschieten of bierviltjes verzamelen) en ook de opwindende, met omineuze gitaren en een koebel omkaderde machosong "Like Dynamite" – – hoe zou het eigenlijk nog zijn met Dennis Black Magic? — tapt tekstueel uit hetzelfde vaatje. Het moge duidelijk wezen: Jones’ tong heeft al meer pussy afgewerkt dan Leterme voorkeursstemmen haalde. Gene Simmons is in deze materie de te kloppen man.
’Subtiel’ staat niet in het woordenboek van de driekoppige band en in de songs wordt elke nuance gezwind overboord gekieperd. Het procedé is eenvoudig: partynummers met staccato beukwerk en prikkelende riffs om Angus tegen te zeggen, aanstekelijke hooks, meezingbare refreinen en banale en narcistische lyrics. Toch zijn het rawksongs met lekker in de mix staande drums-gitaar-bas die, zelfs al zouden ze in het Oezbeeks of Papiamento worden gezongen, overeind blijven. Geüpdatete Thin Lizzy, Motörhead of AC/DC zo u wil. Danko Jones-songs zullen nooit als PhD in de metafysica aan Oxford afstuderen maar … who gives a toss? Wie elke week een hermetische roman van een obscuur Sloveens auteur doorploetert, heeft uiteraard niks aan dit album. Below The Belt is best wervelend, maar niet elke gitaarsolo is even geïnspireerd. De songs zijn soms inwisselbaar en de plaat mist dat tikkeltje zindering van debuutalbums als Born A Lion en We Sweat Blood.
Leg Below The Belt op onder het douchen, besprenkel u rijkelijk met Hugo Boss aftershave of Emporio Armani eau de parfum, hijs u in uw Calvin Klein boxershort en bijhorende uitgaansoutfit en u kunt als een bronstige neushoorn de nacht induiken.The game is on!