Ignaas Devisch :: We informeren ons kapot – Pleidooi voor onwetendheid

Helder geschreven, vanuit een laagdrempelige stijl die vlot wegleest, is 'We informeren ons kapot' wederom een van Ignaas Devisch’ verschillende lovenswaardige bijdrages aan het publieke debat.

Filosofie vanuit de ivoren toren? Die is niet aan Ignaas Devisch besteed. De denker boog zich in boeken als Ziek van gezondheid, Rusteloosheid en Vuur niet toevallig over thema’s die onze dagelijkse werkelijkheid tekenen, met name medicalisering, chronische stress en klimaatverandering. Devisch ramt daarbij geen eigen theorieën door de strot, maar plaatst vooral belangrijke kanttekeningen bij een zorgwekkend monotoon maatschappelijk debat. Zo ook doorheen We informeren ons kapot, waarin hij de kennisexplosie die het internet mogelijk heeft gemaakt, zorgvuldig onder de loep neemt.

We maken het ons de dag van vandaag niet gemakkelijk meer. Komen er experts aan het woord, dan menen we zelf te moeten verifiëren of wat ze beweren waar is. Komt een zoveelste maatschappelijk schandaal in de openbaarheid, dan geloven we dat de hele samenleving rot en verdorven is. En worden we zelf voor een belangrijke dan wel minder belangrijke keuze gesteld, dan rijden we ons vast in tegenstrijdige opinies die overal op het wereldwijde web te vinden zijn. Hoe nog omgaan met deze ‘infodemie’ zoals Devisch haar noemt, deze stroom die ons zonder enigerlei handvat dreigt te overstromen? Hoe ons bewegen in en verhouden tot die schier oneindige hoeveelheid data, waarvan we overigens niet mogen denken dat die ons ongefilterd bereikt? Allemaal zijn we immers onderhevig aan wat algoritmes voor ons uitselecteren. Waarheid wordt op die manier een bijzonder kneedbaar begrip, en feiten een fragiel gegeven, zo stelt Devisch in de eerste hoofdstukken van zijn jongste boek.

Kunnen we het collectief nog eens worden over bepaalde te nemen beslissingen als we vanuit andere feiten en andere aannames naar de werkelijkheid kijken? Devisch werpt dergelijke vragen heel terecht op als hete hangijzers om onze democratieën verder te laten functioneren. Zomaar in debat treden, heeft immers geen zin als we dat wat we zouden moeten delen – zoiets onaanraakbaars als “de realiteit” – niet meer gemeenschappelijk hebben. De filosoof oppert dat het, onder meer om die reden, aan wetenschappers is om de publieke arena te betreden. Meer concreet zijn zij het die dergelijke moeilijke vragen moeten expliciteren, om ze waar mogelijk te beantwoorden. In een tijd waarin zowat alles gepolariseerd lijkt, kunnen academici bij uitstek een licht laten schijnen op de werkelijkheid zoals ze nu eenmaal is, ongeacht politieke voorkeuren en ongeacht wat mensen in de echokamers van hun eigen gelijk en hun al dan niet radicale ideeën krijgen opgespeld. Dat niet alle professoren daarop zitten te wachten, spreekt voor zich. Het is evenwel aan universiteiten om ook denkers die zich ostentatief willen engageren voor socio-maatschappelijke duiding, binnen hun opdracht te honoreren.

Devisch komt met het begrip ‘weloverwogen onwetendheid’ op de proppen, als attitude om opnieuw te leren functioneren in een wereld die van strijdige opinies aan elkaar lijkt te hangen. We moeten ons durven geen expert te wanen, we moeten durven autoriteiten te vertrouwen, we moeten durven keuzes uit te besteden. Het vertrouwen dat daarvoor nodig is, kan vanuit een kritisch burgerschap en een autoreflectieve ingesteldheid langzamerhand gekweekt worden. Aan bestuurlijke instanties is het dan weer om het noodzakelijke vertrouwen te verdienen, door heikele punten in alle openbaarheid ter discussie te durven stellen, en geen dissonante stemmen uit het debat te weren.

Devisch keert af en toe terug naar de covidpandemie, en hoe beslissingen toen stelselmatig over de hoofden van de burgers heen werden genomen. Hij verdedigt daarbij de virologen als wetenschappers, die met talloze onzekere factoren rekening moesten houden, waardoor uitkomsten dikwijls anders bleken dan voorspeld. Een reële epidemie is nu eenmaal geen proefbuiswetenschap: allerhande variabelen spelen gelijktijdig een rol en grijpen onvoorspelbaar op elkaar in. Funest was evenwel dat politici hun beleid eenzijdig door deze wetenschapstak lieten dicteren, alsof andere disciplines eensklaps ondergeschikt werden aan de geneeskunde. Die schijnbare onvrijheid binnen het sociale weefsel dreef veel burgers tot principiële scepsis en radicalisering. Dat men tot op vandaag een nieuwe federale coalitie bij elkaar probeert te bricoleren, heeft veel met de ideologische versplintering te maken die tijdens de covidperiode zeker welig kon tieren.

De ondertitel van Devisch’ boek is Pleidooi voor onwetendheid. Toch een uitspraak die men niet van een filosoof zou verwachten? De schrijver bedoelt de term ‘onwetendheid’ evenwel niet als globaal concept, maar als geestesgesteldheid die we vaker zouden moeten omarmen. We hoeven niet op elk nieuwsbericht onze opinie te spuien, we hoeven niet overal een mening over te hebben, en we hoeven niet elk feit door een factchecker te laten verifiëren. Zalig zij die, vanuit een evenwichtig buikgevoel, niet altijd en overal tot keuzes gedoemd zijn, omdat zij kunnen diversifiëren wat voor hen relevant is, en wat niet. Het is, in tijden waarin een mens verondersteld wordt zich overal gelijktijdig in te bekwamen, een hoogst verfrissende gedachte. Een van de vele die in Devisch’ boek staan opgetekend.

Helder geschreven, vanuit een laagdrempelige stijl die vlot wegleest (ook voor een lekenpubliek), is We informeren ons kapot wederom een van Devisch’ verschillende lovenswaardige bijdrages aan het publieke debat. Tevens is het een zoveelste bewijs dat de filosoof urgente vraag- en uitroeptekens durft plaatsen bij wat we allemaal als evident zijn gaan beschouwen. Een boek dat geen wereldschokkende ideeën verkondigt, maar in het hier en nu niettemin broodnodig is.

7.5

recent

Elizabeth O’Connor :: Walvistij

Denk aan het leven op een nauwelijks bewoond eiland,...

Heraclitus :: Alle Woorden

Alle Woorden als titel van een boek klinkt indrukwekkend,...

We Are Open 2025 :: Een bosaardige bodem vol bloed

7 februari 2025Trix, Antwerpen

We hadden de MIA's, de Week van de Belgische...

Yūko Tsushima :: Een Vrouw rent over een Berg

Onder het pseudoniem Yūko Tsushima publiceerde Satoko Tsushima (1947-2016)...

Paddington in Peru

n 2014 zorgde een combinatie van CGI en ‘motion...

aanraders

Samantha Harvey :: In orbit

Ging de prestigieuze Booker Prize anno 2023 nog naar...

Barbara Kingsolver :: Demon Copperhead

Barbara wie? Barbara Kingsolver! Hoewel al jarenlang een vooraanstaand...

Yūko Tsushima :: Een Vrouw rent over een Berg

Onder het pseudoniem Yūko Tsushima publiceerde Satoko Tsushima (1947-2016)...

Elizabeth O’Connor :: Walvistij

Denk aan het leven op een nauwelijks bewoond eiland,...

Hans Mulder (red.) :: Verhalen van de Natuur

Hoe kan een universiteit omgaan met haar erfgoed? Wat...

verwant

Ignaas Devisch :: Een kleine filosofie van grote emoties

Liefde, jaloezie, begeerte, enthousiasme: het zijn grote emoties waar...

Ignaas Devisch :: Vuur – Een vergeten vraagstuk

Weinigen zullen het met filosoof en hoogleraar medische ethiek...

Ignaas Devisch & Jean Paul Van Bendegem :: Doordenken over dooddoeners

Filosofen op de radio? Het is meer uitzondering dan...

Ignaas Devisch :: Het empathisch teveel. Op naar een werkbare onverschilligheid

Kan, moet en zal empathie alle maatschappelijke problemen oplossen?...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in