Coely :: ”Ik was vergeten wie ik als zangeres was”

Ze werd moeder, ze overwon een depressie, ze maakte een nieuwe plaat. Elf jaar na “Ain’t Chasing Pavements”, vijf jaar na debuut Different Waters, is Coely Mbueno iemand anders geworden, maar ook weer niet. Op het kersverse Alive klinkt ze steviger en gewortelder dan ooit. “Ik weet nu iets beter wie ik ben en waar ik voor sta.”

enola: Je bent na je debuut Different Waters lang weggebleven. Wanneer zijn jullie begonnen met deze plaat?

Mbueno: “We hadden al een paar dingen van kort na Different Waters, toen we in de studio zijn beginnen jammen in een zoektocht naar songs. Op een bepaald vlak was het een nieuw begin, want we wilden ons verbeteren, en wilden dus ook een nieuwe sound ontdekken. Dat was niet evident. Ik moest een nieuwe ik ontdekken, manieren vinden hoe mijn stem nog beter kon klinken, de producers onderzochten hoe hun beats beter konden worden. We hebben véél geprobeerd. Het werd een zoektocht van jammen, met ups en downs, en ondertussen kwam ook het persoonlijk leven ertussen gefietst – ik werd bijvoorbeeld zwanger – en dus duurde het allemaal wat langer. We hadden wel wat liggen, toen we herbegonnen, maar daarom waren we niet zeker dat dat overeind zou blijven. Pas na mijn zwangerschap zijn we er vollenbak voor gegaan.”

enola: Was er een plan? Een voornemen?

Mbueno: “Sowieso start je met het verlangen andere dingen te doen dan op de vorige plaat. Mensen vergeten vaak hoe lang we met Different Waters hebben getourd, op een eind ben je uitgespeeld met die nummers. Eigenlijk is het knettergek om dat een paar jaar lang te doen, en dus kom je terug, zit je neer en is de vraag vooral ‘wat willen we niet meer doen?’ We wilden in eerste instantie beter worden, maar daarbinnen ook zoeken naar klanken. Er waren ook vragen of we moesten inpikken op nieuwe stromingen die ondertussen waren ontstaan, of we daarbij onze identiteit moesten behouden…”

“Zo zijn we met vallen en opstaan aan het werk gegaan. Wat we vaak doen, is bij het jammen iets in verschillende stijlen proberen om te zien waar mijn stem op past, wat goed voelt. Net zo goed zijn er echter momenten waarop we even doorgaan op iets, maar zo in de vibe zitten dat we niet meer luisteren naar wat we maken. En dan hoor je twee of drie weken later dat je helemaal verkeerd zat. Dan heb je daar soms veel tijd in gestoken, om hoogstens te leren dat je die benadering niet meer moet volgen. Tot je plots beseft dat diezelfde track op een andere manier wél werkt.”

enola: Welke track is zo flink van aangezicht veranderd? 

Mbueno: “Bijna alles, eigenlijk. Wat jij hebt gehoord, komt vaak van heel ver. We hadden altijd wel iéts, maar vaak was er twijfel. Er komt dus een punt dat je de dingen moet gaan afwerken, zeker de songs waar je het echt hoort, waar je weet wat er moet gebeuren. En door dat te doen, krijg je plots ook zicht op welke andere schetsen daarbij passen, en die je dus ook onder handen moet nemen. Dat was het geval met “Runaway”, bijvoorbeeld. We hadden de stem, maar de juiste beat vinden was een ander paar mouwen. “False Gods” had eerst een andere tekst, het refrein van “Mayor” stond er al, maar de vibe was verder helemaal anders dan hoe het nu klinkt. Jongens toch, dat was een werk. Maar dat is het leuke aan muziek maken, want je weet waar het vandaan komt, en hoe het is geëvolueerd met de tools die je hebt kunnen vinden. Soms was dat ook een kwestie van opzoeken op internet hoe iemand een bepaald geluid op zijn plaat heeft gecreëerd, en ons dat eigen maken binnen onze stijl.”

enola: Het was ook een zaak om je eigen stem te vinden, las ik. Je had je zodanig bekwaamd in pakweg een Rihanna neerzetten, dat je niet meer wist hoe Coely klonk?

Mbueno: “Zo was het. De rappeuse Coely, die was er. Maar de chanteuse? Die was ik kwijt. Dankzij corona heb ik de tijd gehad om mezelf daarin opnieuw te kunnen ontdekken. En te leren hoe ik de beide kan scheiden. Ik weet nu hoe ik een Rihanna kan neerzetten, maar ik weet ook wat míjn stem is. En dat doet deugd. Ik weet nu waar ik goed in ben, en die twee dingen combineren zorgt net voor magie.”

enola: Hoe klinkt de echte Coely volgens jou?

Mbueno: “Ik heb zeker soul in mijn stem, maar ook een tikkeltje rock. Ze klinkt ook wat groots en stoer, maar tegelijk ook speels. En als ik wil zelfs wat R&B. En het is zaak te kiezen wat ik eruit wil halen op welke song, zonder dat het klinkt alsof ik iemand anders neerzet. Neen, dit ben ik: ik ben én speels zoals op “Nightcall” of “Mayor”, én serieus zoals je hoort in “False Gods”.”

enola: Het resultaat van die hele zoektocht klinkt mij veel potiger in de oren dan Different Waters.

Mbueno: (lacht) “Dat is goed gezegd, want zo is het wel. Ik ben natuurlijk ook als mens, als vrouw veranderd. Ondertussen ben ik bijna dertig, terwijl – wow, hoé jong was ik niet toen ik begon? Het mag dus wel dat ik nu volwassener ben, iets beter weet wie ik ben en waar ik voor sta. Het blijft een zoektocht, hoor, maar ik heb mezelf toch iéts meer gevonden.”

enola: En volwassener equals harder gaan, dus?

Mbueno: “Absoluut. Er is nieuw zelfvertrouwen, en dat hoor je in dat steviger geluid. Ik heb geworsteld, met corona, ik was zwanger, maar er komt een punt dat je je demonen hebt aangepakt. Dat je de klik hebt gemaakt, en beslist dat het gedaan is. Dat is me gelukt. Beetje bij beetje heb ik leren omgaan met alles wat ik vroeger opkropte. Ik kan eerlijk zijn met mezelf, toegeven dat iets niet klopt, zonder dat ik mezelf daarom iets ga verwijten, of mezelf slecht ga voelen. Er is zelfvertrouwen gekomen, en dat bepaalt het geluid van Alive. Het heeft ballen.”

enola: “False Gods” is als opener eentje van de soort ‘met de deur in huis vallen’. Maar wie zijn die valse goden voor je?

Mbueno: “Dat kan op alles slaan. Ook op valse vrienden, ja, maar in het algemeen zijn het mensen die zich real voordoen, je laten denken dat ze je graag zien, maar dat niet doen. Mensen met een agenda. En misschien ben ik dat ook ooit geweest, ik sluit dat niet uit.”

enola: Waarom wil je in “Mayor” de burgemeester zijn? Als je dan toch bezig bent, kun je je net zo goed uitroepen tot president.

Mbueno: (schatert het uit) “Waarom? Ik weet het niet, het kwam er gewoon zo uit in de studio. We waren hard aan het viben op die track, aan het zoeken naar een refrein, en plots had ik dat beet: (fluistert) ‘I’m the mayor / I get calls for tons of favors’. ‘Doe dat nog eens maar luider’, was de reactie meteen: dat was het. ‘I’m the president’? Had niet gewerkt in de flow, en daar gaat het over: de flow, hoe je je op dat moment voelt. Zoiets is dan dé shit.”

enola: Is de plaat ook zo heftig vanuit een soort honger om op te treden?

Mbueno: “Oh, ja. Natuurlijk. Alive is gemaakt om live te brengen. We hebben al een try-out gedaan, en je voelt gewoon dat dit een andere energie brengt dan Different Waters. Het is echt fijn om dat te brengen en te zien dat het publiek méé is. Zo werk ik ook in de studio. Dan probeer ik me voor te stellen hoe ik daar zal staan voor hen. Deze nummers zijn gemaakt om live te brengen en om ze dan nog te veranderen. We kunnen intro’s en outro’s toevoegen, iets langer laten duren,… Dat is echt goed.”

enola: In “Run It Up” zingt Albi X mee, een Duits-Congolese rapper. Hoe ben jij bij hem terechtgekomen?

Mbueno: “Ik volgde hem al even, en ik wilde hem graag voor een song. We hadden elkaar bijna ontmoet bij zijn optreden in Brussel, maar ik was die dag ziek en moest afzeggen. Waarop hij me een erg lief videoberichtje stuurde. Dat was heel erg fijn, hij heeft een echt hart. Ik voelde dat onze energie matchte, ik klikte echt met zijn energie en opwinding. En wat een talent. Uiteindelijk is het nummer dan toch gelukt.”

enola: Zorgden jullie gedeelde Congolese roots ook voor een verstandhouding?

Mbueno: “Sowieso. Mijn oma was net als hij een albino, dat was een mooi toeval; alles kwam samen. Het was op een goeie manier emotioneel, alsof hij meteen deel van de familie was. Net als Dvtch Norris – die nu onder zijn echte naam Fahad Seriki meedoet op “Mayor” – die ook mijn broer is. Ik vind het belangrijk om zo’n club rond me te hebben met producers en features. Zo draait het om plezier en muziek maken.”

enola: In “Fruit Of Bantu” gaat het ook over je afkomst. Houden je roots je meer bezig sinds je moeder bent?

Mbueno: “Ik was er altijd al mee bezig, maar niet zoals nu. Er is sinds de geboorte van Jabari wel een lading bij gekomen. Dat is ook lastig, en daar gaat het over in “Fruit Of Bantu” waarin ik zing ‘dit is hoe ik ben. Jullie kennen mij als dit, maar vergeet niet dat ik ook dat ben.’ Dat is een belangrijke boodschap voor mijn publiek.”

enola: Je hebt ooit gezegd dat je je lang ’too white for the black en too black for the white’ voelde. Is dat iets waar je nu uit bent? 

Mbueno: “Ja. Nu denk ik: ik ben ik. Ik ben wie ik ben en de juiste mensen accepteren me als wie ik ben. Zo had ik onlangs een vriendin die over een gemeenschappelijke zwarte vriend zei: ‘dat is echt een Congolees’. Dat voelde zo goed. Ze zag mij als wie ik ben en dat wil zeggen: beide. Ik bén een Congolees die op zondag de kerk full blast opzet, die Congolese muziek opzet als ze daar zin in heeft. En ik éét Congolees eten, maar ook friet met stoofvlees als ik daar zin in heb of spaghetti. En ik ben gestopt om daar nog uitleg over te geven, want ik heb me in het verleden bij momenten zeker verloochend. Maar ik zou het nu niet anders doen, het moest toen om te geraken waar ik nu ben. Als ik het niet had gedaan, was ik nu misschien niet met mijn roots bezig, en dat is nochtans wel belangrijk. Je moet jezelf soms verliezen om jezelf te vinden.”

enola: Hoe herinner je je het meisje dat elf jaar geleden haar eerste single uitbracht?

Mbueno: “Super-excited. Ze kon niet geloven wat er aan het gebeuren was. Alles was zo nieuw! En dat blijft zo. Tot vandaag zijn er nog veel dingen die ik niet weet. Ik groeide niet op in een omgeving waarin ik makkelijk de wereld buiten kon verkennen. Daar kon ik pas elf jaar geleden pas mee beginnen, toen ik met die muziek begon. En op een bepaald moment kletst de werkelijkheid je in het gezicht. Je begint te groeien en wat je leuk vond, voelt plots als werken aan. Het plezier gaat weg en je weet niet wat je moet doen. Je valt in een depressie. Alles is te veel, er wordt langs alle kanten aan je getrokken.”

“Ik wist niet meer hoe het met mijn moeder ging. Ik was bezig met muziek, weggetrokken van thuis… Alles gebeurde tegelijk en dan waren er ook nog trauma’s van vroeger die ik erbij moest nemen. Ik heb lang niet geweten hoe ik daarmee moest omgaan, want naar een psycholoog gaan was bij ons taboe. Ik was toch niet zot? Maar als ik daar nu allemaal op terugkijk, doorheen al die ups and downs, dan zie ik er ook de schoonheid in. Daarom heet het album ook Alive: ik heb geleerd om de persoon die ik elf jaar geleden was opnieuw op de eerste plaats te zetten. Ik heb nu de tools om -als het even niet goed gaat-met de dingen om te gaan en ze niet langer op te kroppen. Ik kan nu eerlijk en open communiceren.”

Coely speelt op 25 maart in de AB in Brussel en op 31 maart in De Roma in Antwerpen.

Universal
Top Notch
Beeld:
Matías Batallé

recent

J. Bernardt :: Contigo

Op Contigo slaat Jinte Deprez’ alter ego J. Bernardt...

Ronker

15 mei 2024Ancienne Belgique, Brussel

'Welkom op onze babyborrel!' Hoezo, al een albumpresentatie? Onze...

Maria Iskariot :: ”We zijn heel verschillende persoonlijkheden die elkaar versterken”

'Bedankt', zongen ze al in de preselectie, maar de...

I.M. Steve Albini

Steve Albini is overleden. Een hartaanval. Volgens sommige berichten...

The Lemon Twigs :: A Dream Is All We Know

De Amerikaanse band The Lemon Twigs komt terug met...

verwant

Coely

18 augustus 2022Pukkelpop, Hasselt

JAZZ MIDDELHEIM: Coely :: ”Ik stond huilend te rappen”

Coely Mbueno heeft het moeilijk gehad. Niet alleen waren...

Coely

6 augustus 2022Lokerse Feesten

Cactusfestival 2022 :: Het geluid van een dozijn motoren

Het Cactusfestival beloofde dit jaar, met een affiche die...
Vorig artikel
Volgend artikel

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in