De hoes zegt het allemaal. Ethiobraz is een kleurrijke kruisbestuiving, een uitbundige ode aan de muzikale openheid, positieve energie en het leven. Tweeëntwintig artiesten uit drie continenten, samen goed voor een opwindende, emotioneel intense trip van een dik uur.
Het begon met The Ex, die sinds het begin van dit millennium talloze bevriende muzikanten meenamen naar Ethiopië. Europeanen en Amerikanen speelden er met Afrikanen, terwijl die laatste ook uitgenodigd werden om mee op tournee te gaan. Saxgigant Getatchew Mekuria en het dans/muziekcollectief Fendika werden zo ontdekt door een Westers publiek, terwijl er allerhande kruisverbanden ontstonden en nieuwe releases het licht zagen. Drummer Paal Nilssen-Love omschrijft zijn eerste bezoek aan Ethiopië in het zog van de Nederlandse band in 2009 ook als een gebeurtenis die z’n leven op z’n kop zette. Iets dat ook van toepassing was op zijn eerste bezoek aan Brazilië iets later. Natuurlijk werden het ook invloeden die zich gaandeweg in zijn muzikale praktijk gingen nestelen, met dit eenmalige concert tijdens het Molde Festival in 2018 als voorlopige culminatiepunt.
Voor die gelegenheid bracht de Noorse drummer zijn Large Unit, waar ook al twee Brazilianen in zaten, samen met het zeskoppige Ethiopische Fendika, met als extra gast nog gitarist Terrie Ex. Samen een 22-koppige (!) band die zich een uit z’n voegen barstende weg baant door een reeks van Ethiopische traditionals, een compositie uit Brazilië en eentje van Nilssen-Love zelf. Met zes blazers, elektronica, twee gitaren, twee bassen, twee drummers en nog die Ethiopische band (zang, dans, krar, masinko en kobero) erbovenop beschik je over een kolossaal potentieel, wat hier wordt uitgebuit in bruisende variaties, waarbij dosering en maximale impact in evenwicht gehouden worden, het collectief regelmatig ten dienste staat van de traditie, maar soms ook gespeeld wordt met zo’n energie en levenslust dat het gewoon onmogelijk is om er onbewogen bij te blijven.
“Zelesegna” viel ook al te horen op het Fendika-album dat in 2017 verscheen via Terrie Ex’ Terp Records. De zang van Nardos Tesfaye en masinko van Habetamu Yeshambel nemen je zo mee naar de azmari bet Fendika, de club in Addis Abeba waar je avond na avond kan onderduiken in de muzikale cultuur van Ethiopië. Zij krijgen gezelschap van Kalle Moberg op accordeon, een instrument dat vaker voorkomt in de Ethiopische muziek (zie ook Hailu Mergia). Daarna zijn het even de Brazilianen die centraal staan, met “Capoeira Mata Um”, opgebouwd rond de berimbau van Celio De Carvalho. Wat start als een sobere introductie van een catchy thema wordt al snel opgepikt door de hele band, tot er een carnaval ontstaat van opzwepende percussie, handengeklap en pompende blazers. Het Ethio-festijn moet dan nog beginnen.
“Anbessa” geeft de aanzet met percussieve accenten, de felle aanwezigheid van Tesfaye en een call & response van extra stemmen. Je voelt de muziek aanzwellen en aandikken en WHAM, ze zijn vertrokken voor een eerste opruiende trip. Dit is muziek van het collectief, van vereende krachten, maar met zo’n massieve brok geluid is er ook volop ruimte voor solomomenten, zoals hier een baritonsolo van Klaus Ellerhusen Holm. In het compacte, rollende “Fluku” is het dan weer Kristoffer Berre Alberts die de boel aan flarden scheurt met een tenorsax. Het is dan dat je ook voelt dat de band steeds scherper gaat spelen, en het drietal “Gue”, “Shellele” en “Nargi” steekt het vuur al helemaal aan de lont, met het rollende kobero-spel van Mesay Abebaye als motor van het eerste, de klassieke strijdmuziek van het tweede met ontregelde, bevlogen, bandeloze solo’s van o.m. Terrie Ex, Mats Aleklint en Tommi Kerränen. Traditionele muziek, een XL improvisatieband en noisy opvlakkeringen in een even vanzelfsprekende als ontvlambare combo.
Nilssen-Love stelt daar even de band voor, maar heeft vervolgens nog een en ander in petto. “Gonder”, waarin Fendika het voortouw neemt, kent een paar vrije, zelfs abstracte uitweidingen en is de aanloop naar “Hay Loga”, waarin Fendika-voorman Melaku Belay het publiek inviteert voor een bekend gedeeld concertritueel. De ontlading die er deel van uitmaakt is zoals altijd goed voor een explosie van contrasten en energie, een dansfestijn met over elkaar tuimelende ritmes, stemmen en blazers. Een mengelmoes van stijlen en geluiden die leidt tot iets groters, vrij van labels en beperkingen. Muziek als ultieme troost en ontlading. Het is dan ook mooi dat afsluiten niet gebeurt met een knal na een knal na een knal, maar een beheerst en ongemeen intens “Tezeta”, een blues met een bloedend hart, en Tesfaye die diep tast. Een prachtig, pakkend einde voor een concert waar je bij had willen zijn en dat gelukkig opgenomen werd.
Er stond een concertreeks gepland in mei-juni, maar die wordt verplaatst naar latere datum. Luisteren en kopen kan intussen via Bandcamp.