Sinds Mexico in de tweede helft van de jaren negentig en de eerste helft van de jaren tweeduizend zijn filmzonen uitzond, is het land uitgegroeid tot de exporteur par excellence van cineasten die hun onuitwisbare stempel hebben gedrukt op het cinematografische landschap van het eerste kwart van de eenentwintigste eeuw. Opmerkelijk hierbij is dat er zowel gescoord wordt bij een arthouse als bij een breed publiek. Namen als Guillermo del Toro, Alfonso Cuarón en Alejandro González Iñáritu zijn al lang geen onbekenden meer bij de filmliefhebber.
Amat Escalante vormde hierop een nobele uitzondering. Hoewel het talent van de man niet ter discussie staat, is zijn filmstijl niet de eenvoudigste en vraagt het een zekere inspanning van de cinefiel om zijn werk te doorgronden. In 2018 maakte de Mexicaan echter een onverwachte knieval naar het grote publiek met de serie Narcos: Mexico en was er dus schijnbaar een opening naar meer toegankelijke cinema in de toekomst. In Perdidos en la Noche, zijn eerste, nieuwe rolprent in maar liefst acht jaar, zijn we echter terug bij de aard van het beestje. We krijgen een duistere neonoir te zien waarin de maalstroom aan gebeurtenissen tegelijkertijd fascineert en frustreert.
In het eerste kwartier zien we Paloma, een milieuactiviste die de verontreiniging door een lokaal mijnbedrijf aanklaagt, aan het werk. Met haar striemende commentaar komt ze in botsing met de mijnwerkers die er hun brood mee verdienen. Bij haar terugrit naar huis wordt ze op een gewelddadige manier ontvoerd. Vervolgens switcht de film met een flashforward naar Emiliano. Hij is de zoon van Paloma die al drie jaar probeert om haar verdwijning op te helderen. Na een handige tip gaat hij aan de slag als klusjesman bij de familie Aldama. Langzamerhand wint hij hun vertrouwen en hoopt hij op een ultieme doorbraak in de zaak rond zijn moeder.
In een van de allereerste shots van de film komt een poster van Possession, een rolprent van Andrzej Zulawski, in beeld. Een knipoog naar La Region Salvaje, Escalantes vorige werk die een soortgelijke body horror deelt met voornoemde film of eerder een voorafspiegeling van de eveneens soortgelijke psychologische terreur die de regisseur wil evoceren voor dit werkstuk? De eerste referentie lijkt ons valabel, de tweede al een heel pak minder. Perdidos en la Noche wil tegelijk een detectiveverhaal, een sociale satire en een politieke thriller zijn, maar slaagt slechts gedeeltelijk in zijn opzet om al deze genres met elkaar te verenigen. Voeg daarbij enkele expliciete seksscènes die in tegenstelling tot eerder in het oeuvre van Escalante elke urgentie missen, en je zit opgescheept met een film die een pak interessante ideeën in zich draagt, maar die ook weinig slagkracht genereert. Fotografieleider Adrian Durazo brengt een en ander toch nog interessant in beeld door te suggereren dat de hitte overdag en de koelte ’s nachts elkaar eerder versterken dan compenseren. In welke periode van de dag of nacht het verhaal zich ook afspeelt, de personages vinden er letterlijk en figuurlijk geen soelaas. De unheimliche atmosfeer die door dit alles gecreëerd wordt, is echter grotendeels een lege doos.
Perdidos en la noche is een ‘mixed bag’ van verschillende genres waarin de zelfverzekerde keuzes van films als La Region Salvaje of Los Bastardos vervangen worden door dramatische hyperbolen die geforceerd aanvoelen.