Vorige week 20 juni overleed de Amerikaanse rapper Prodigy. Onder eigen naam misschien beperkt bekend, maar als lid van Mobb Deep behoort hij wel zonder twijfel tot een van de belangrijkste rappers uit de New Yorkse hiphop scene. Vooral de twee platen The Infamous en Hell On Earth blijven meer dan twintig jaar later nog steeds begeesteren.
We schrijven 1992: twee jonge rappers uit de beruchte Queensbridge wijk weten de aandacht van het toonaangevende tijdschrift The Source te trekken met hun eerste demo Flavor For The Nonbelievers en krijgen vervolgens de kans om een debuutplaat op te nemen voor 4th and B’way, een op hiphop focussend sublabel van Island. Kejuan Muchita, oftewel Havoc die zowel productie als raps voor zijn rekening nam, en Albert Johnson, die onder de naam Prodigy de grimmige raps aan elkaar reeg, hernoemen hun partnerschap van The Poetical Prophets naar The Infamous Mobb Deep, om al snel enkel die twee laatste woorden te behouden.
“To mobb deep”, zo vertelt het Urban Dictionary ons, is in grote getale met je gangstervrienden de straten in te trekken. Klinkt stoer? Dat is exact wat het tweetal wou uitstralen op debuut Juvenile Hell dat in 1993 werd uitgebracht. Kijk maar naar die cover waarin ze op een dak zitten met in de achtergrond een verlichte New Yorkse wolkenkrabber, gekleed in obligate wijde zwarte broeken en beige Timberlands, Prodigy zelfs met een zeis over de schouders. Met bijdrages van enkele topproducers zoals Large Professor en DJ Premier, schreven Havoc en Prodigy zich duidelijk in in de traditie van het moment: jazz samples, knallende drums, en hardcore teksten. Klinkt als een klassiek recept, maar het pakte niet: Juvenile Hell vloog volledig onder de radar en weet ook vandaag maar matig te boeien. Een brave plaat vol stoerdoenerij van twee snotneuzen die nog erg op zoek waren naar hun eigen stem. Enkele maanden na de teleurstellende release werd Mobb Deep van het label gedropt.
De groep zou later naar die eerste plaat refereren als een leerrijke ervaring. Al was het misschien eerder de periode erna die echt fundamenteel was: een moment van herbronning waarin ze met een minimum aan budget opnieuw naar de tekentafel trokken. Terwijl ze het overtuigingsgehalte van hun teksten verfijnden, verdiepte Havoc zich met hulp van onder meer Q-Tip (van A Tribe Called Quest) volledig in productie. Waar het tweetal ook op hun debuut al het gros van de beats zelf had aangeleverd, gingen ze nu op zoek naar manieren om nog meer een eigen stempel op het geluid te drukken, een merite makend van hun beperkte werkingsmiddelen. Na enkele losse tracks werden ze getekend bij het opkomende label Loud Records, waar ze een nieuwe plaat mochten opnemen. Het resultaat was ongehoord: een koppeling van een volledig eigengereide en herkenbare productiestijl die de perfecte ondersteuning bood voor de cynische, aartsdonkere en bikkelharde schetsen van het New Yorkse straatleven aan het eind van de jaren tachtig en het begin van de jaren negentig.
The Infamous: de gangsterificatie van New York
Doorbraakplaat The Infamous uit 1995 werd voorafgegaan door de single “Shook Ones Pt. 2”, dat ook vandaag nog de perfecte samenvatting is van het klassieke Mobb Deep geluid. Ondefinieerbare geluiden klinken als een sirene terwijl knisperige drums een meesterlijk vertraagde, verknipte en vervormde gitaarlijn ingeleide doen. Hier geen ijle saxofoon- of trompetlijnen om de pompende bassen te vergezellen, zoals in de klassieke contemporaine producties van DJ Premier of Pete Rock, maar een kale loop die door ingenieus knip- en plakwerk toch moeiteloos vijf minuten lang boeit. Voeg er nog een hook aan toe die blijft plakken en een tekstuele interplay tussen Prodigy en Havoc die levensechte ervaringen uitwisselen over de criminele onderwereld (met vooral de legendarische lijn “ain’t no such thing as halfway crooks” in de hook) aan toe en je hebt een wereldsong.
Het straffe aan deze tweede plaat was dat er zo nog een hele resem op te vinden waren. Neem bijvoorbeeld “Eye For An Eye (Your Beef Is Mines)”, dat te boek staat als een typevoorbeeld van de posse cut, met Nas en Raekwon die zich perfect aanpassen aan het geluid van Mobb Deep. Of “Survival Of The Finest”, aangedreven door een donkere pianoloop en voortvarende drums terwijl Prodigy opnieuw zijn zwartgalligste kijk op het straatleven laat horen: de openingslijn “there’s a war going on outside no man is safe from” zou een van de meest geciteerde zinsneden in de hiphop worden. The Infamous is een behoorlijk lange plaat, maar bevat geen filler: elke track draagt bij aan het donkere narratief van verloedering, criminaliteit en uitzichtloosheid dat het duo verklankte op basis van hun eigen ervaringen. Daarbij was echter ook plaats voor een meer ingekeerde en lichtere noot in “Drink Away The Pain”, waar de rappers tussen de stoeremannenpraat een ode richten aan hun beider geliefdes boven een geile saxofoonlijn.
Hoewel het niet de eerste plaat was die een New Yorkse twist gaf aan het gangsta rap genre, was de unieke focus op dat donkere en grimmige toch een frisse wind (zeker als je het naast de zonovergoten Californische gangsta rap van Dr. Dre en consorten beluistert) die een blauwdruk legde voor heel wat latere rappers en groepen. Dat 50 Cent tien jaar later Mobb Deep tekende op zijn G-Unit label is veelzeggend: Havoc en Prodigy zetten hier de toon voor het geluid dat 50 Cent later naar de hoogste regionen van de pop zou katapulteren.
“The Start of Your Ending”: de consolidatie en de neergang van Mobb Deep
Het is tamelijk uitzonderlijk dat hiphopfans niet in grote getale dezelfde plaat als favoriet kiezen in een oeuvre. Bij Nas zal je bijvoorbeeld slechts enkelen iets anders dan Illmatic horen noemen, en er is geen kat die eraan denkt iets boven Enter The Wu-Tang: 36 Chambers te plaatsen (buiten misschien een van de Wu-Tang soloplaten). Maar in het geval van Mobb Deep zijn de meningen behoorlijk verdeeld: er is een grotere groep die The Infamous zouden aanduiden als favoriet, maar het in 1996 uitgebrachte Hell On Earth heeft evenzeer een uitgebreide groep aanhangers. Er valt wel wat voor te zeggen: was The Infamous het vinden van een eigen geluid, dan is Hell On Earth een rigoureuze uitdieping daarvan die mogelijk nog donkerder en rauwer klinkt dan zijn voorganger.
Hoewel het duo meer budget had om de plaat op te nemen (deze keer mochten ze ook simpelweg aanblijven bij label Loud), bleven ze vasthouden aan het succesgerecht van hun eerdere klassieker. Of zoals Prodigy het aan het begin van opener “Animal Instinct” stelt: “You know how we did it on the Infamous album, right? So we’re gonna do it again, son.” De productie is niet noemenswaardig meer hi-fi te noemen en steunt nog steeds volledig op Havoc’s diep dreunende samples en zware drums, en ook de gastbijdragen blijven beperkt tot een kleine kerngroep van Nas, Raekwon, Method Man en Big Noyd. Ook hier leverde het duo echter een plaat af die van begin tot eind een coherent, grimmig narratief van de New Yorkse onderwereld schetst. Gelijkaardig aan Nas’ transformatie naar Escobar op zijn tweede plaat It Was Written (die in hetzelfde jaar uitkwam en enkele producties van Havoc, en features van Mobb Deep bevatte) teerden Prodigy en Havoc hier alsmaar meer op cinematische invloeden van zulke gangsterklassiekers als Scarface en The Godfather.
Toch is er een voorbode te horen op de latere evolutie van Mobb Deep, wanneer Prodigy in de titeltrack “Hell On Earth (Front Lines)” deze lijn uitspuwt: “Fuck rap, I’m trying to make cream and that’s that.” Voor wie dat ten tijde van de release hoorde, klonk dat niet als een doemscenario maar als een vette punchline, want de kwaliteit was hier nog torenhoog, maar in de achteruitkijkspiegel van de geschiedenis is het veelzeggend. Op latere platen zou het duo stelselmatig minder overtuigend uit de hoek komen doordat ze teveel een mainstream publiek wouden aanspraken naast de hardcore fans. Murda Muzik uit 1999 bevatte nog wel behoorlijk wat uitstekende songs (vooral “Streets Raised Me” en “Quiet Storm” zijn blijvertjes) maar wist niet meer over de hele lijn te overtuigen. Latere platen waren in hetzelfde bedje ziek, of waren zelfs ronduit ondermaats.
The Infamous en in mindere mate Hell On Earth zouden doorheen de hele verdere carrière van Mobb Deep een referentiepunt blijven. De groep bracht in 2001 het flauwe Infamy uit en de laatste officiële release van het duo heette zelfs The Infamous Mobb Deep (2014), als een poging om de magie van die doorbraak opnieuw te vatten. In het geval van die tweede slaagden ze daar weliswaar gedeeltelijk in met een degelijke plaat, maar toch toont het goed hoe ook Prodigy en Havoc zelf erkenden hoezeer ze met hun doorbraakplaat on the money zaten, en dat hun latere pogingen om écht grof geld binnen te halen te veel gekost hadden in compromissen naar de radio en het bredere publiek toe.