Het zijn tegenpolen, de jongens van Holy Fuck. Brian Borcherdt blijkt een spraakwaterval van jewelste, terwijl Graham Walsh het grootste deel van het interview lethargisch voor zich uit zit te staren, als een monnik die een hoger bewustzijnsniveau benadert. Beiden zijn ze er zich echter al te goed van bewust dat voor hun bandje een nieuw hoofdstuk aangebroken is.
Latin wordt immers gretig opgepikt en lijkt Holy Fuck naar een groot publiek te zullen brengen. Het heeft de band alvast interviewsessies opgeleverd, waarmee voor Walsh en Borcherdt een heel nieuwe wereld opengaat.
Brian Borcherdt: "Het is een unieke ervaring voor ons, dit hele gebeuren. We hebben nog nooit zoveel promo gedaan. Het is dan ook de eerste keer dat we in deze positie zitten, dat we het gevoel hebben iets aan de man te kunnen brengen. Bij het vorige album moesten we het hebben van mond-tot-mondreclame. Dus we konden alleen maar groeien, eigenlijk."
"(denkt even)De boel hoeft daarom nog niet te ontploffen, het is gewoon al geweldig dat onze plaat een leven in het reguliere circuit krijgt."
enola: Holy Fuck bleek, althans uit de berichten die hier in pers verschenen, een van de revelaties van SXSW (South by Southwest, festival in Austin, Texas nvdr) te zijn eerder dit jaar.
Borcherdt: "We hebben er op drie dagen negen shows gespeeld, dus dat gaf het publiek wel de kans om ons aan het werk te zien. Maar of ons dat tot revelatie maakte, weet ik nog zo niet. We hebben vooral nieuw materiaal gespeeld, dus voor het publiek waren het hoe dan ook kennismakingsconcerten."
enola: Is negen concerten op drie dagen niet een beetje veel?
Borcherdt: "Het is een beetje veel, ja. Hoe het negende concert klonk? Dat was waarschijnlijk een van de betere. Ik denk dat het zesde of het zevende het slechtste was. (lacht) Het is dan ook een uitdaging, zeker om van elk concert iets unieks te maken. Al was dat misschien verloren moeite, want hoeveel mensen gaan naar meer dan één concert van dezelfde band op een festival? Er is zoveel te zien en dan staan wij daartussen, nog volop aan het uittesten hoe we het nieuwe materiaal live moeten brengen."
enola: Is dat moeilijk? De songs die in de studio in elkaar geknutseld zijn, vertalen naar een liveset?
Borcherdt: "Het is de eerste keer dat we dat gedaan hebben. In het verleden benaderden we het concertgegeven enigszins anders. Dan schreven we tijdens soundchecks of op het podium nummers en dat maakte de hoofdmoot van onze concerten uit. Gewoon, omdat live spelen ons anders verveelde. Maar aan de andere kant zit je natuurlijk met het materiaal dat je in de studio gemaakt hebt en waar je achteraf toch ook iets mee wil doen. Vroeger negeerden we dat studiowerk veelal tijdens concerten, maar nu zijn we een beetje bijgedraaid. Voor het eerst hadden we bij het verlaten van de studio het idee: "hmm, het zou leuk zijn om dit live ook eens te proberen"."
Graham Walsh: "Plus, mensen die de plaat gehoord hebben en naar een concert komen, kunnen al eens een klein beetje in de war raken."
Borcherdt: "Het is zoeken naar een middenweg: je wilt niet dat het publiek naar een concert komt en je niet herkent doordat je alleen maar nieuwe dingen doet, maar we willen ook geen band zijn die klakkeloos zijn platen naspeelt. Dus proberen we de songs op een herkenbare, maar toch nieuwe manier te spelen."
enola: Hoe zou je zelf je muziek uitleggen aan iemand die nog nooit van Holy Fuck gehoord heeft?
Borcherdt: "Ik noem het meestal noisy, fun, instrumental music. Ik ben niet bang om het woord ’fun’ te gebruiken: mensen die naar ons komen kijken, hebben meestal plezier wanneer ze ons aan het werk zien. Al is het niet onze primaire doelstelling om als partyband door het leven te gaan. Daarom dat we een voorzichtige afstand proberen te houden van dance."
enola: Op welke manier is deze plaat anders dan zijn voorgangers?
Borcherdt: "Latin heeft meer melodie. Nu ja, we hadden altijd wel al een beetje melodie, maar ditmaal is het meer een (denkt na) liefdesmelodie, meer atmosferisch dan voorheen. Al is dat eerder per ongeluk: we weten nu beter hoe ons materiaal werkt en krijgen er dus andere geluiden uit en dat heeft waarschijnlijk wel een invloed op het songschrijven. We moeten niet per se een vreemde, gestoorde beat laten overheersen, we hebben nu ontdekt hoe we daar mooie dingen overheen kunnen leggen."
enola: Die noise lijkt vandaag zijn weg naar een breder publiek gevonden te hebben: bands als Nice Nice en Fuck Buttons worden vlot opgepikt.
Borcherdt: "We hebben ook het gevoel dat we tegenwoordig met meer kunnen wegkomen. Niet dat er volgens mij een soort movement is of iets dergelijks. Maar in Toronto, waar wij vandaan komen, is er altijd al een grote hoeveelheid noise-bands aanwezig geweest. Het is nooit het populairste genre geweest, maar het is er altijd geweest."
"En goh, of dat hele noise-verhaal nu populairder wordt… We hebben altijd zo’n beetje in onze eigen bubbel gezeten."
enola: Vandaar de groepsnaam? Ofwel heb je die gekozen om te provoceren, ofwel écht uit een soort naïviteit?
Borcherdt: "Mja, we hebben er niet echt over nagedacht. Of we ondertussen spijt hebben dat we zo’n naam gekozen hebben? Niet echt. Langs de ene kant is het zelfs positief gebleken: de groepsnaam heeft ervoor gezorgd dat we opgemerkt werden, maar tegelijkertijd heeft hij ook voor heel wat obstakels gezorgd. Al is ook dat relatief: een band die de muziek speelt die wij brengen, zal sowieso obstakels tegenkomen. Onze carrière zou veel vlotter verlopen zijn als we af en toe wat zanglijnen in de nummers gestopt hadden."
enola: De clichévraag die in die context gesteld moet worden: hoe kiest een instrumentale band songtitels? Want de reguliere manier — neem een regel uit de tekst — is geen optie.
Walsh: "Het is anders bij ons, in die zin dat we niet te veel betekenis aan titels willen geven. "Psychedelic Pink Clouds" zou bijvoorbeeld niet werken, omdat je dan nog voor je het nummer beluistert een beeld in je hoofd krijgt. Doorgaans zijn de titels gewoon woorden waar Brian en ik opkomen tijdens het werken aan de songs. We proberen eigenlijk titels te bedenken die alleen voor ons een betekenis hebben. Stel dat we hier op het podium een nummer zouden maken, dan kunnen we dat bijvoorbeeld "Brussels" dopen."
enola: Latin is de eerste plaat die, na een titelloos debuut en voorganger LP, een échte titel meekreeg.
Borcherdt: "Dat werd hoog tijd. Voordien konden we nooit iets zinnigs bedenken. Maar voor onze volgende plaat hebben we ook al een albumtitel: Sweet Sixteen."
Walsh: "Yeah."
enola: Nog over die instrumentale kant: veel bands starten zonder zanger. Is het er bij jullie gewoon niet van gekomen om eentje te zoeken?
Borcherdt: "We vonden wat we deden gewoon heel opwindend, omdat het een beetje anders was dan wat andere bands deden. Ik zong al in een andere band en door niet te zingen in Holy Fuck, werd het verschil in de verf gezet."
enola: De line-up van Holy Fuck is al zo vaak veranderd dat er ondertussen meer ex-leden dan huidige groepsleden zijn.
Borcherdt: "Voor Graham en mij is dat een manier om een frisse kijk op onze muziek te houden. Het is een uitdaging om op het podium te staan met een band waar je nog niet vaak live mee hebt opgetreden. Maar tegelijk is het ook fijn, want je weet niet wat er zal gebeuren en hoe het publiek daarmee zal omgaan. Tot je op een punt komt dat je vaststelt dat je niet constant van samenstelling kunt veranderen, want dat zou touren onmogelijk maken. We hebben een tijdje met de handen in het haar gewacht tot in het kringetje van ons bekende muzikanten iemand opstond die zei: "Ik doe het". En nu hebben we Matt en Matt (McQuaid en Schulz)."
enola: Is deze line-up ook tijdelijk? Of is het de bedoeling dat hij permanent wordt?
Borcherdt: (letterlijk:) "Euh. Well. Yeah. No. It’s… No. I Know. Of Course. Definitely. I hope so."
"Kijk, nieuwe mensen in de band brengen, is een belangrijk onderdeel van onze muziek. Als iemand de band vervoegt, proberen we hem bijvoorbeeld niet te dwingen de oude songs te leren."
Walsh: "In het bijzonder bij de drummers. Drummers hebben hun eigen feel, we proberen ons aan hen aan te passen in plaats van omgekeerd. Het is dus vooral zaak om goede drummers te zoeken."
"Er komt sowieso een pak improvisatie bij kijken. Het is nu eenmaal onmogelijk om elke avond feedback in dezelfde toonaard te produceren. Dus het heeft weinig zin om de nummers aan te leren, of dat zelfs maar te proberen."
Borcherdt: "Al zit ook daar een interessante evolutie in. Tijdens de laatste tournee hebben we vastgesteld dat we avond na avond een beetje meer in een, zeg maar, reguliere band veranderden. Plots werden setlists uitgeschreven en stelden we na concerten vast dat nummers waarvan we dachten dat we ze nooit live konden brengen, best oké klonken. Waardoor je dat de volgende avond natuurlijk opnieuw wil proberen. Maar hoe zo’n tour ook verloopt, het uiteindelijke doel blijft toch om de nummers zo sterk mogelijk live te brengen."
enola: Tot slot: waar luisterden jullie eigenlijk naar als tieners? Wat heeft jullie beïnvloed?
Borcherdt: "Alles. De belangrijkste inspiratiebron vroeger was waarschijnlijk zelfs het gegeven om anders te zijn. Het was niet: "Hé, laten we iets proberen zoals die metalband of dat popgroepje." Het was bij ons eigenlijk niet anders dan bij eender welke band: "Hey Graham, wanna come over and play? En breng gitaarpedalen en speelgoedsynthesizers mee."
Walsh: "In mijn familie werd geen muziek gespeeld, maar het werd wel aangemoedigd. En ze houden wel van wat we nu doen."
Borcherdt: "Mijn ma had graag gezien dat we een andere naam hadden, zodat ze er bij de kruidenier meer openlijk over kan praten. Maar ik heb de indruk dat ze wel trots is."