Met 6° Skyquake brengen cultmuzikanten Stephen O’Malley en Atilla Csihar een album uit dat weliswaar heel nauw aansluit bij wat ze in het verleden deden, maar toch totaal anders klinkt. Geen wonder dat de plaat gemengde gevoelens oproept.
Dat Stephen O’Malley tijd te veel heeft, zou ondertussen al lang duidelijk mogen zijn. Een knappe jongen die zomaar uit het blote hoofd alle groepen kan opsommen waar de man lid van is en / of was. Al behoren tot zijn de bekendste uiteraard Sunn O))), Khanate en sinds kort KTL. Helemaal volgens de traditie in het voormalig Oostblok klust ook Atilla Csihar aardig wat bij. De frontman van het Hongaarse Tormentor is sinds 1993 niet alleen één van de zangers voor black metallegendes (The True) Mayhem maar ook een veelgevraagde schreeuwer voor tal van andere groepen.
Nadat hij eerder al op Sunn O)))’s White 2 en Oracle te horen was, sloeg hij de handen in elkaar met Greg Anderson (de andere helft van Sunn O)))) en Oren Ambarchi voor The Burial Chamber Trio, waarvan vorig jaar een lp verscheen. Volledig conform het verleden en de achtergrond van de leden grossiert de groep in ondergrondse bulldozergeluiden afgespeeld op een hoog volume. Het is dan ook opvallend te noemen dat 6° Skyquake met die traditie, althans ten dele, breekt.
Op 6° Skyquake zijn er immers geen scheurende metalgitaren of drillende bassen te horen, alleen koorgezang en nauwelijks hoorbare klanktapijtjes, achteloos weggegooid. Csihar ontpopt zich tot een getrouwe volgeling van de spirituele broederschap die hoopt via hooggestemde koorzangen nader tot God te komen. O’Malley van zijn kant schuift hier en daar wat ruis, mystieke klankschalen of hoog frequentiegezoem er tussen om de pastiche op Gregoriaanse en boeddhistische gezangen niet te dik in de verf te zetten.
De heren laten met andere woorden hun variant op de meditatie–cd los op de wereld. Ze weten treffend aan te sluiten bij wat gemakshalve onder “een cd tjokvol mystiek geneuzel” gecatalogiseerd mag worden. 6° Skyquake is kortom de perfecte plaat voor wie graag eens een half uurtje mediteert. Of dat een meerwaarde is, is uiteraard een ander paar mouwen. Want het is nog maar de vraag of de wereld, en in het bijzonder de fans van Csihar en O’ Malley daar op zitten te wachten.
Het kan immers niet ontkend worden dat 6° Skyquake maar een mager beestje is. Niet alleen deden groepen als Laibach het al eerder (en inventiever), ook O’ Malley zelf weet op zijn andere releases veel beter het meditatieve te koppelen aan het onheilspellende. De plaat klinkt te steriel, te veel als een vingeroefening, of een stretchen voor het echte werk begint. Dat het album voortvloeit uit een meer dan acht uur durende soundscape, maakt het allemaal nog erger. Dit is een kladje dat dankzij het talent van beide heren fraai oogt. Maar zelfs een mooi kladje blijft de facto niet meer dan een kladje.